Vroeg in de ochtend haast ik me naar spoor 3. In mijn broekzak klinkt een onheilspellend signaal. Low battery. Een onrustig gevoel overvalt me, want de oplader ligt thuis. Paniek! Ik herken dit uit mijn rooktijdperk; zin in een sigaret, een shot nicotine, maar… schijt, geen aansteker. Ideaal voor een sfeerverpestend vloekmoment. Heb ik de ene verslaving voor de andere ingeruild? Dag rokershoestje, hallo telefoonhoesje.

Bliep! Het rode meldingsbolletje van Facebook verschijnt. Ik glimlach, de aandacht die ik verwacht, krijg ik. Dit herinnert me aan gedragsonderzoek met apen die anticiperen op genot: knip met je vingers, leer ze op een knop te drukken en beloon ervoor. Het dopamineniveau in de hersenen stijgt. Feestje in het beloningsgebied. Daarna zal dit gebied al worden geactiveerd bij enkel het geluid van knippende vingers. Een aap? Ik? Alleen mijn weelderige borsthaar misschien.

Dagelijks vraag ik me af wat ik ga sharen. Een makkie nu mijn foto’s niet op de gevoelige plaat worden vastgelegd, maar op de ‘ugly chip’. In gedachten had ik mijn toiletbezoek al op social media gepleurd. Zo’n dampende spaghetti ‘after party’ is immers pas écht dope shit. Ik weet me te beheersen. Gelukkig maar. Een foto van het ontbijt is veiliger. Mijn ochtendbleke gezicht kleurt prima bij de yoghurt. Bliep! “Eet smakelijk”. Meteen like ik terug. Boks! Mijn vrienden diggen dat. Ze zijn net zo simpel als ik.

De trein arriveert. “Hoiii, net op tijd!” Ik kijk opzij. Een oud-klasgenootje duikt hijgend de coupé in. Het gevaar om op een afschuwelijke manier ontvriend te worden ligt altijd op de loer. Daarom ga ik tegenover haar zitten. Ze is minder knap als op haar profielfoto. Manipulatief wijf. Mijn wijsvinger veegt dwangmatig over het display. Geen meldingen die me smeken om aangetikt te worden. Háár mobieltje bliept vaak. Héél vaak. Wat zal ze zich heerlijk voelen. De dopamine staat waarschijnlijk waterpas achter haar oogbollen. Zij glimlacht. Ik voel me eenzaam.

Het eindsignaal klinkt. Empty battery. Mijn display dooft. Cold turkey, besluit ik en probeer een week zonder. Hoe zou dat voelen? Zoals stoppen met roken? Ik stel mezelf gerust dat ik slechts een sociale gewoontegebruiker ben. Geen probleemgeval en zeker niet verslaafd. Maar wat als ik steeds blijf verlangen naar de euforische meldingsbliepjes? Ik merk dat één oor mijn telefoon in de gaten blijft houden. Zinloos. Het wordt vanzelf makkelijker, herinner ik me. De eerste drie dagen zijn het zwaarst.


Robert Leek

Componeren met woorden. Ik doe dat heel graag.

4 reacties

Esther Suzanna · 28 november 2015 op 00:53

Sharp en goed. Eerlijkheidshalve te staccato voor mij. Wel toegankelijk voor hip publiek denk ik zo… 😉

troubadour · 28 november 2015 op 07:43

Not my piece of cake. De jeugd wil ook wat, ik snap het wel.

    troubadour · 28 november 2015 op 07:51

    Nee, wacht eens, de rode draad, de rode knop in dit geval, dat is dan weer wel aantrekkelijk voor mij. Wanneer ik lang geen complimentjes krijg ga ik ook balen. Bijna zou ik dan iets gaan schrijven voor op de front … uit puur dopaminetekort weet ik nu.

Kim U. · 28 november 2015 op 08:30

Dat hippe publiek dat zal ik dan wel zijn 😉 Ik vind het (helaas) herkenbaar en humoristisch. De link met de psychologie spreekt me aan en het terugpakken op het roken op het eind vind ik knap gevonden. Dat maakt het stuk voor mij compleet. Mijn complimenten dus (nogmaals 😉 )

Geef een reactie

Avatar plaatshouder