Ze kennen elkaar al een eeuwigheid, Greorge, Pjotr en Wrisky. Nog voor het bestand van Lechniatskinsky. En nu, op dit moment, hebben ze elkaar het hardste nodig. Liggend op het strand van Snytnobirks, op de buik in het zand, de handen op de rug gekneveld, prop in de mond, voeten vastgebonden aan strandpalen, wachtend op de vloed. Totaal uitgeput. Ze kunnen helemaal niets meer. Het enige dat ze nog delen met elkaar zijn dezelfde gedachten. Zwevende gedachten. Niet aan de dood. Nee, aan hun grootste liefde. Aan Natasja, die ze allen liefhebben, Natasja Blowdimir. Waar ze allen ooit het bed mee deelden, op ieders eigen wijze, niet wetend van elkaar. Toen geluk nog heel gewoon was. Natasja uit Lechniatskinsky, waar is ze nu gebleven? Hun allerliefste maatje.

De zee kruipt steeds dichterbij, is haast voelbaar, de wind waait schuimvlokken in hun gezicht.
In wanhoop schrijft Wrisky met samen geknoopte voeten de naam van zijn grote liefde in het zand. Hij kronkelt zijn lijf en duwt twee gekromde grote tenen in het zand.

N A T A S

Na de S krijgt hij kramp.
Pjotr kijkt hem boven zijn knevel zijdelings aan. Zijn wenkbrauwen zitten bij zijn haargrens.
Hij snapt wat Wrisky doet. Ook hij begint met zijn lijf te kronkelen.

N O G 1 K E E R W I P

Dan slaat de artrose toe.
Vervolgens krijgt Greorge in de gaten dat zijn vrienden rare lichaamsbewegingen maken, alsof hun laatste uur geslagen is. In pure wanhoop kromt hij zijn tenen en graaft in het zand.

H E L P

Langzaam glijden de golven tegen de hoofden van de drie mannen. De krampachtig geschreven noodkreten in het zand zullen weldra verdwijnen. What’s on a man’s mind in zijn laatste seconden? Gedeelde vriendschap, geliefden en seks, veel seks. Drie levens schieten voorbij in koude hoofden. Totdat één hoofd plots een kluts krijgt.

“Au”, schreeuwt Pjotr binnensmonds. Zijn kreet botst hard op de prop. De prop schiet naar buiten. De golven die langzaam aanzwellen maken zijn mond ook nat.
“Verrek, een fles. Jongens. Een fles met inhoud. Een brief. Van wie?”

De fles drijft mee op een golf. Met een laatste stuiptrekking klemt Pjotr de fles tussen zijn benen. “Krak”, zegt de fles en breekt. De brief glijdt eruit en rolt open op het water, drijft mee op een terugtrekkende golf. In een flits leest Pjotr vier dichtregels. Een noodkreet.

Voor wie mij vindt
En mij bevrijdt
Die wacht gezwind
De eeuwigheid

Was getekend,

Hoogachtend,

De geest in de fles

Pjotr kronkelt van opwinding.
“Jongens, wat een geluk, mij wacht de eeuwigheid,” schreeuwt hij enthousiast.
Hij kijkt naar zijn vrienden die heftig kronkelend naar hem staren. Hun blikken zijn dodelijk, het door de prop gesmoorde gemor is duidelijk herkenbaar als gevloek in alle toonaarden.

“Rustig nou maar, ik verzin wel een list,” sust Pjotr.
“Ik weet het!” roept hij. “Blijven kronkelen, neem je benen mee, ruk aan het touw dat vastzit aan de paal. Als de zee omhoog komt laten we ons drijven. Op het water. ONTSPANNEN. Zen. Daarna is het een fluitje van een cent, de paal komt onder water en wij zijn los!”

Het protest van zijn vrienden bereikt een hoogtepunt. Paniek in de ogen. Hoe kan je in hemelsnaam ontspannen in deze positie!?
Wind op het strand zwelt aan. Zo ook de windzang. Horen ze het goed? Vertelt de wind hen een lied?

“Habe Mut und treue Zen … habe Mut und treue Zen … habe Mut und treue Zen …”.

Het lijkt wel een mantra. Unsagbar schön. Wolken drijven over. Pijlsnel. In vorm en stijl van mantaroggen. Mooi. Zo mooi. Eindigen hier drie levens? De vloed is op zijn hoogst en drie lijven dobberen op het water. Het hoge water heeft een voordeel. Greorge en Wrisky raken nu ook verlost van de prop in hun mond.

“We moeten iets doen mannen!”, roept Greorge opgelucht.

“Zingen!”, schreeuwt Wrisky.

“Ja, ja, zingen, Ramses, kop op mannen!”

“Zing, vecht, huil, lach, bid, werk en bewonder!”
“Zing, vecht, huil, lach, bid, werk en bewonder!”
“Niet zonder ons …!”

Een klein roeibootje nadert. Nee, het is niet waar? De mannen kunnen hun ogen niet geloven. Een geest, een geest. Natasja!

“Ik kom voor mijn ware liefde”, zegt ze met zwoele stem, licht nahijgend door de inspanning van de lange tocht.

“Dat ben ik!” roept Wrisky.

“Nee, ik!” schreeuwt Greorge.

“Mijn liefste, je hebt mijn roep om hulp gehoord”, fluistert Pjotr, aangedaan door haar telepathische vermogens.

“Ja, mijn liefste Pjotr, maar het is Greorge die ik begeer, ik kom hem redden van de wisse verdrinkingsdood!” verzucht Natasja met haar beiden handen tegen haar flinke boezem gedrukt, niet opmerkend dat de peddels in het water glijden.

“Maar ik heb net de eeuwigheid gekregen?!” schreeuwt Pjotr gefrustreerd.

“Daarom juist”, zegt ze, haalt een mes tevoorschijn en snijdt het touw aan Greorges handen en voeten door.

“En Wrisky en ik dan?”

“Tja, jullie redden jezelf wel, toch?”

“Maar waarom Natasja? Betekende die mooie zwoele nachten niets voor jou? Waarom?”

“Ja, waarom lieve Nat, ook wij hebben samen goed doorgehaald toch?” vult Wrisky aan. “Toe, doe ons dit niet aan, verlos ons!”

“Sorry jongens, geen plaats in de boot!”

Ondertussen hijst Natasja de uitgeputte Greorge in de boot en vlijt hem tegen haar boezem. Greorge komt helemaal bij en nieuwe adrenaline stoot naar al zijn lichaamsdelen. Hij kan nog amper nadenken. Zijn gedachten focussen zich naar twee zaken en maken achtereenvolgens een buik- en hoofdhinkel. Een merkwaardig gevoel in zijn onderbuik duidt op een intens en haast onweerstaanbaar verlangen naar seks met Nat. Maar de hoofdhinkel wint het van de buik. Zijn vrienden in de steek laten? Dat nooit!

“Sorry Natasja, maar mijn vrienden zijn mij lief. Eén voor allen en allen voor één. Je moest eens weten wat voor een toffe gozers Wrisky en Pjotr zijn, dat moet jij toch weten. Kop op meid. We delen de boot en gaan desnoods met zijn allen vrijend ten onder.”

Maar Natasja is niet gek. Ze voelt dat de boot wordt meegezogen door een terugtrekkende vloed en grijpt snel naar de peddels. Maar, maar, maar … waar zijn die gebleven!

“Oké dan,” zegt ze, want ze beseft dat ze alle mankrachten nodig heeft om Greorge en zichzelf in veiligheid te brengen.

Ze geeft het mes aan Greorge. Hij snijdt zijn drijvende kameraden los en helpt ze de boot in.

“Samen alweder in hetzelfde schuitje”, grijnst hij.

Pjotr en Wrisky grijnzen zuur terug. De afgewezen mannen zinnen ieder voor zich op wraak, een zoete. Vooralsnog moet iedereen de handen, zelfs hele armen uit de mouwen steken en terwijl Natasja ter aanmoediging een zeemanslied inzet, maaien de mannen half uit de boot hangend door het woeste water.

De wind trekt aan, golven zo hoog als huizen dreigen in de verte en komen dichterbij. De boot maakt water. In paniek scheppen ze gezamenlijk zoveel mogelijk water uit de boot maar het is vechten tegen de bierkaai. Een grote golf nadert en vol afgrijzen staren ze naar het bakbeest dat hun lot bezegelt. De boot kantelt. Ze gaan kopje onder. De woeste baren sleuren de halve notendop mee in hun wilde dans. Alleen Pjotr klampt zich vast en laat de boot niet los. Als de zee kalmeert klimt hij op de onderkant van de boot die nu boven ligt. Hij roept zijn maten en Natasja natuurlijk. Het blijft stil. IJzingwekkend stil. Daar drijft hij dan, Pjotr. Zijn wens is uitgekomen. Tot in de eeuwigheid. Alleen.

Co-column geschreven door Esther Suzanna en Mien

Categorieën: Co-Column

Mien

Bewonder luidruchtig en verwonder in stilte

12 reacties

Nummer 22 · 28 april 2017 op 17:29

Nat as ja blow di mi?

Nummer 22 · 28 april 2017 op 19:06

Da! Nat as ja blow di mir! Mir oder die 3 Männer aber jetzt nat wie immer nicht blow nicht mehr!

Nummer 22 · 28 april 2017 op 19:08

Nat as de zee, Petrov. Het is voorbij. Natasja Blowdimir..
Blowdirmirvoski…De
Zee…de zee

NicoleS · 28 april 2017 op 20:16

Natasja blowjoppie? Liefde is wreed.. Mooi gedaan, Mien!

Nummer 22 · 28 april 2017 op 20:43

Blow dir… mir…?

Esther Suzanna · 29 april 2017 op 10:58

Dank jullie hartelijk voor het peper en zoutvat. Zeer vereerd. Overweldigend.

Mien, het was me een waar genoegen. Grappig om te merken dat ‘mijn lezers’ buiten columnx mijn tekst er niet uit konden halen… 😉

‘Out of the box’ 🙂

Karen.2.0 · 29 april 2017 op 12:29

Tragi-komisch, knappe Co MiEs 😀

Mien · 30 april 2017 op 16:04

Dank voor jullie reacties en ES dank voor de twee co-columns. Het was mij ook een waar genoegen.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder