De vensterbank aan het raam in de woonkamer is ruim genoeg voor hem om op te zitten. Dat je op de vensterbank kon zitten en kon kruipen heeft hij van Cato onze kater geleerd. Als er iemand in ons huis is die parmantig over de vensterbank kan pareaderen dan is Cato dat wel. Tot een paar maanden geleden moest Cato nog lang diverse snuisterijen slalommen. Maar nu ook eindelijk de vensterbank kindvriendelijk is, heeft de kat vrij spel. Het enige obstakel dat Cato nu nog wel eens tegenkomt is onze twee jarige zoon. Tegen het raamkozijn gezeten speelt de kleine met een van zijn knuffels. Zo af en toe doet hij melding van wat er aan ons raam voorbij trekt. Autootje, fiets, wagentje en motor worden benoemd. Je moet wel weten wat er bedoeld wordt met de verschillende voertuigen want hij heeft zo zijn eigen beeld bij de verschillende voertuigen. En dat beeld verschild met de werkelijkheid. Een wagentje bijvoorbeeld is in werkelijkheid een vrachtwagen en de motor kan een brommer, scooter of een motorfiets zijn. Maar ach wat maakt het uit. Hij heeft zijn eigen werkelijkheid en die is prima.

 

De kleine heeft even genoeg van zijn knuffel en met een ferme zwaai gooit hij meneer konijn de woonkamer in. Even kijkt hij tevreden naar afstand die meneer konijn aflegde om vervolgens over de vensterbank naar de box te kruipen waar zijn zusje ligt uit te buiken van een portie moedermelk. Bij de box aangekomen buigt hij zich over de rand van de box heen, kijkt mij aan en vraagt: “Zusje aaien?” Dat klinkt heel lief en dat is het natuurlijk ook maar de kleine man houdt er een andere definitie van aaien op na. Deze definitie is in ieder geval een stuk bruusker dan goed voor de kleine meid is. Een aai die meer op een pets lijkt landt op het voorhoofd van zijn zusje. Die kijkt verschrikt op, wacht even met haar reactie en dan zet ze haar huilvolume helemaal open.

Dat laat de kleine man niet op zich zitten. Dat kan hij ook. Hij heeft tenslotte al twee jaar ervaring met huilen. Al deze ervaring zet hij dan ook dapper in de strijd

 

Daar zit je dan met twee huilen, nee blerende kinderen. Ze doen hun uiterste best om de andere te overstemmen. Het is dan dat ik de woorden van mijn lief in gedachte laat passeren. “Let je wel op dat hij niet te dicht in de buurt van de box komt” Tuurlijk zou ik daar goed op letten, niet dus. Kinderen laten huilen is geen kunst, stoppen daarentegen is een heel ander verhaal. Door het speentje dat ik probeer te sluiten laat de dame in de box zich niet foppen. Het boekje dat ik onder zijn neus schuif wordt met een resolute “ “Nee!” afgewezen. Als ik de ene op de arm neem wil de ander ook op de arm. Geef ik de een aandacht wil de tweede dat natuurlijk ook. Wat ik ook doe, het wordt er niet beter op.

 

Dan kom mijn lief binnen. Ze overziet het slachtveld, pakt de oudste op en zet hem aan de blokken. In dezelfde beweging stopt ze bij de jongste de speen naar binnen welke nu wel in de mond blijft. Binnen drie minuten heeft zij de situatie genormaliseerd. “Wat gebeurde er?” vroeg ze. “Geen idee, ze begonnen opeens te huilen” jok ik. “Ja, ja” reageert ze. In deze ja-ja zit eigenlijk alles ingebakken. En ik voel me direct terecht gewezen. Zonder het te zeggen zit erin de ja-ja “Ik zei toch dat je op moest letten” ingebakken.

 

Nog twee weken en dan gaat ze weer beginnen met werken en ben ik op de maandagen alleen met deze twee blagen. Ik hoop maar dat deze twee weken nog maar heel lang mogen duren.

Categorieën: AlgemeenDiversen

Jeroen Zwetsloot

Het dagelijks leven gaat heel snel. Ik vind het een uitdaging om deze aller dagelijkse dingen op papier te vangen.

9 reacties

Mien · 25 mei 2016 op 17:16

Welkom bij ColumnX. Een fris debuut. In het begin waande ik me heel even in de kleuterschool toen de juffrouw ons voorlas. Een spannend verhaal. Ik zat er helemaal in. Op wat kleine spelfouten na goed geschreven. Aan het einde van het verhaal sloeg het verhaal om naar een andere realiteit. Een deskundige wending. Toch hou ik meer voorkeur voor het eerste deel. Ben dan ook benieuwd hoe het je over twee weken vergaat. Doe er kond van! Succes.

Esther Suzanna · 25 mei 2016 op 18:15

Leuk geschreven. Wel wat slordig inderdaad. Wat ik als ‘vrouw’ en moeder wel weer jammer vindt is dat je het beeld van de inadequate vader versus de van nature adequate moeder (cliché) gebruikt om een leuk verhaal te vertellen.

Het jongetje is al twee. Lijkt me toch dat ‘zelfs een man’ nu wel weet hoe om te gaan met krijsende koters … 😉

Je schrijfstijl is heel leuk trouwens!

Nachtzuster · 25 mei 2016 op 22:24

Wat een leuk debuut op CX. Welkom hier! Huiselijke sferen doen het over het algemeen prima hier . De laatste zin had ik er persoonlijk uitgelaten. Heel graag gelezen! 🙂

Yfs · 26 mei 2016 op 09:23

Heel erg leuk geschreven, Mooie observaties van een vader, heel mooi neergepend.Ik wist niet eens dat het werkwoord “slalommen” bestaat.

Met heel veel plezier gelezen.
Welkom op CX, ik lees graag meer van je.

J.oost · 26 mei 2016 op 11:39

Van harte welkom! Leuk verhaal en alles heel beeldend geschreven. ‘Ja ja’, ik kon het bijna voor me zien 🙂

pally · 27 mei 2016 op 13:08

Leuk geschreven, zeker.Wel erg veel foutjes…

Bruun · 27 mei 2016 op 15:15

Welkom. Leuk debuut. Wel jammer van de foutjes inderdaad. Volgende column beter zou ik willen zeggen, want ik hoop zeker meer van je te lezen hier.

Jeroen Zwetsloot · 30 mei 2016 op 12:57

Dank voor deze fijne reacties. Mijn achilleshiel wordt door jullie feilloos opgemerkt. Ik zal harder mijn best doen om voudlooz te schrijven.

Meralixe · 10 juni 2016 op 12:18

Welkom op column x
Ben het eens met bovenstaande reacties.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder