De lang naijlende zomer noopt soms tot dingen die je in kou of zomerwarmte niet zo aantrekkelijk vindt. Ik ga naar een bankje in de bocht van de rivier, Tegen de helling met een zee aan ruimte is dit in de zomer een drukbereden fietspad. Nu het rustig is, durf ik mijn dummy wel tevoorschijn te halen. Dromerig kijk ik over de uitgestrekte bedding van de rivier tussen twee dorpen in. Ik zoek mijn gedachten. Zij hangen ook ergens in between twee werelden. Met opengeslagen boekje en een vulpotlood in de aanslag bekruipt me een twijfel. Zal ik deze plek beschrijven of betekenen?

Ogen nemen de meanderende rivier in zich op en zuigen beelden naar binnen. De verdroogde grijze massa tussen mijn oren begint te golven. Het groene gras vermengt zich met de donkere stammen en de gele en rode tinten van de herfstbladeren . Stuurloos beweegt mijn rechterhand het grafiet over het papier. Er worden wat plekken gearceerd en een paar lijnen getrokken en schaduwen ontstaan. Daar waar de zon lichte lijnen trekt in mijn hoofd, brengt mijn hand de accenten aan. Ik zie niet wat er uit mijn handen komt omdat mijn ogen de beelden binnenhouden. Mijn mond vormt klotsende geluiden en mijn handen tekenen de grote keien waar op de golven in glinsterende spetters uiteen slaan. Mijn hoofd deint zachtjes mee met de golven van de langsvarende vrachtschepen met zand en grind. Alle herinneringen vanaf mijn kindertijd komen voorbij drijven. Mijn wijsvingers prikken als kurken in mijn oren om de compositie niet te vroeg weg te laten vloeien en mijn lichaam kronkelt inmiddels in het gras achter de dummy aan. Betoverende woorden ontsnappen uit mijn mond. Dus ik ontkurk mijn oren en laaf mijn droge keel met het klotsende rivierwater dat weer eens een weg zoekt, waar het eigenlijk niet mag gaan. Ik vang de woorden in mijn dummy voor ze weg kunnen waaien

Na het laatste woord sla ik het boekje dicht, krabbel weer overeind. Alsof er niets gebeurd is, fiets ik de weg weer terug zoals ik kwam. Het landschap maakt zich op voor de avond. De andere mensen die nu ook weer langskomen, genieten van een in zonsondergangrode weerschijn in het water. Ik ben nog vol van de beelden van deze middag. Een geïllustreerde beschrijving van meanderende herinneringen gelardeerd door een rivierenlandschap in zwart/wit grafiet.

Nog voor de voordeur in het slot is gevallen, kijk ik in het boekje. Ik blader nog eens iets verder. Ik vind alleen maar onbeschreven bladen.

Categorieën: Fictie

11 reacties

melady · 11 november 2005 op 18:26

Ik lees het, neem het in me op en begrijp het wel en niet.

[quote]beschrijven of betekenen?[/quote]

Wel veel mooie zinnen maar ik kan er niet echt een geheel van maken.

Ik neem vanavond een ferme borrel, lees het nogmaals en dan snap ik het vast. 😀

wendy77 · 11 november 2005 op 18:31

Dat gevoel heb ik ook een beetje. In vind het prachtig om te lezen, maar ik snap er geen hout van. Het heeft wat weg van een Troysel 😛

Raindog · 11 november 2005 op 19:34

Ik vind het wel mooi en niet mooi. Kan dat? Sluit in ieder geval wel bij de column aan denk ik. Op zichzelf een aantal mooie zinnen, als geheel wellicht iets gekunsteld. Door iets met het middenstuk te doen had dat mogelijk anders kunnen zijn. En daarom: mooi en niet mooi.

Troy · 12 november 2005 op 02:33

Wendy vergeleek dit schrijfsel met een Troysel maar ik moest persoonlijk direct aan King denken. Je column bevat een soort mijmerende romantiek en het heeft tevens iets ongrijpbaars. Ik vind het apart, anders en ook wel gekunsteld maar dat laatste stoort me niet zozeer. Misschien komt dat omdat ik al wat alcohol achter de kiezen heb, dan begrijp ik mijn eigen schrijfsels vaak ook wat beter namelijk 😀

Ma3anne · 12 november 2005 op 07:05

Meeslepend. Ja, ik kan me er wel in vinden. Niks mis met zoveel mooie zinnen aan elkaar geregen, wat mij betreft.

Trukie · 12 november 2005 op 12:52

@ Melady toch het is wel een geheel 😉
@ Wendy leeg heeft hier een dubbele betekenis :-
@ Raindog dat kan. Ik heb een en tripje in het onderbewuste in de dagelijkse realiteit gezet.
@ Troy het is ook nog lang geen Troysel. Jij begeeft je stukken begaafder in een andere wereld. King is ook te uniek om te evenaren. Ik weet eigenlijk niet meer of ik nuchter was of al aan de wijn zat, of gewoon dronken van herfstschoon. Toch ligt er een stukje van mezelf in deze column. Misschien wel geTruukseld. 😕
@ Ma3anne, dank dank dank.

Wessel · 12 november 2005 op 15:28

Ik sluit me aan bij eerdere reacties. Het is een mijmering en daardoor heeft het al snel iets zweverigs. Het is moeilijk om daaraan te ontsnappen en dat is je niet helemaal gelukt. Soms zet je het te dik aan, zoals bij “herinneringen gelardeerd door een rivierenlandschap”. Dan begint de bami van eergisteren bij mij een beetje op te spelen. Zo’n woord als “gelardeerd”,… brrrr. Er zit iets in, maar deze column had misschien nog even in de la gemoeten. Om wat stof te vergaren. En dan nog een keertje nalezen.

Trukie · 12 november 2005 op 20:09

Tja Wessel, Ik ben vlak bij de rivier geboren en ik kroop eerder in het water dan dat ik kon lopen.
Maar er zal vast wel een mooier woord te vinden zijn. Ik zag nu een paar zinnen die buiten het ritme zaten en nog wat slordigheidjes. Thanks.

vanlidt · 13 november 2005 op 11:55

ik hou hier wel van.

KingArthur · 13 november 2005 op 11:59

Wat een mooi getekende tekst heb je hier neergezet.

bert · 13 november 2005 op 20:50

Trukie, jij probeert tenminste iets anders. En dat is het. 🙂 🙂 🙂

Geef een reactie

Avatar plaatshouder