Bastiaan B. Springfield mijmert door het leven.

Mozes kriebel. Wat heb ik een jeuk. En dat is soms echt erger dan pijn. Onmenselijk haast. En het houdt niet op. Sterker; hoe meer ik eraan denk … wat een gekietel en gekriebel. Het voelt als kolonies marcherende ettertjes die hun voeten afvegen op mijn hoofdhuid.

Al veel te lang gaan de gesprekken niet meer over buienradar, de lokale sportclub of de intermenselijke escapades. Overal waar je komt, staat de pediculus humanus capitis centraal. En terwijl ik dit aan het papier toevertrouw krab ik met mijn duim en wijsvinger geïrriteerd voor de zoveelste keer door mijn haar. De kriebels krijg ik ervan. En overal waar ik kom, let ik op mensen die datzelfde doen. Want iedereen die aan zijn hoofd zit, is verdacht. En dat zijn er nogal wat. In het café, op de fiets en zelfs bij de kaasafdeling van de lokale Jumbo. Je kunt niemand meer uitsluiten omdat het besmettingsgevaar gewoonweg te groot is.

‘Laat die blauwschimmelkaas maar zitten,’ beet ik de doorgaans vriendelijke kaasboer toe die duidelijk onder zijn Jumbopet aan zijn hoofdhuid stond te krabben. ‘Nee zeg maar niets … Het heerst weet u wel.’

De halve goegemeente lijdt aan pediculosis capitis. En dat is niet fris. Of juist wel omdat deze slopertjes zich met name nestelen in een schone shampoo omgeving waar ze eens lekker hun zuigende steeksnuiten in je hoofdhuid priemen. De tandjes zagen eerst de huid van de gastheer open om vervolgens hun rietjes in de limonade te prikken.

Met name kinderen worden te grazen genomen door deze meelifter. Omdat hij nu eenmaal graag overstapt als er fysiek contact is op scholen en kinderdagverblijven. Neemt niet weg dat er ook elders een besmetting kan optreden. En de Jumbo lijkt mij zo een plek. Boos loop ik de winkel uit omdat irritaties en boosheden nu eenmaal dicht bij elkaar liggen. En weer krab ik voorzichtig over mijn hoofd. Ik moet zuinig zijn met dat beetje haar wat ik nog heb. En dan moet ik er van mijn vrouw ook nog dagelijks een goedje in smeren om vervolgens uit te kammen met een hele fijne luizenkam. Ook tegen de neten, maar zeker niet bevorderlijk voor mijn weelderige eind veertigerscoupe.

De hoofdluis is bezig met een opmerkelijke opmars. De voorouder van deze parasiet ontstond al 770.000 jaar geleden. Een hardnekkig bijtertje dus. Bij de nationale campagne van Landelijk Steunpunt Hoofdluis werd zeven jaar geleden bij niet al teveel kinderen hoofdluis ontdekt. Tegenwoordig is dat veel meer. We staan letterlijk weer allemaal met de handen in het haar.

Is er dan helemaal niets te doen aan deze parasieten?

Jazeker wel. De overheid heeft ons decennia lang de slogan – Luis in je haar? Kammen maar! – in geborsteld. Want kammen is tenslotte de meest effectieve manier om deze krengen te elimineren. Maar dan moet je wel bereid zijn de volle strijd aan te gaan. En dit kost tijd. Heel veel tijd. En dat is nu juist iets wat we niet hebben. Omdat we heel hard moeten werken en dan geen zin hebben om 2 uur lang per neus van het gezin te gaan vechten tegen die gemeneriken. En dat iedere dag minstens een week lang achter elkaar. We hebben wel wat beters te doen op die spaarzame momenten met ons kroost. De aapmens gaat er rustig voor zitten en neemt de tijd. Als teken van liefde en affectie gaat hij lekker een uurtje of wat zitten pluizen. Wij niet. Wij hebben haast, een vol leven en een agenda te gehoorzamen. Pluizen staat daar nog niet in.

Wat doen wij dan wel? Met name er heel veel over praten. En luizentassen sponsoren. En o ja, luizenopperhoofden aanstellen op school zodat het probleem daar komt te liggen. Maar lekker luizen pluizen ho maar. En ondertussen krabben we met zijn alleen lekker door en worden we uitgelachen door die marcherende ettertjes.

Via Alibaba heb ik een speciaal krabbertje besteld. Met een plastic handje. Eentje die wat meer rekening houdt met mijn uitgedunde haar. Dat gevoel is zo fijn dat ik zelfs ga krabben als het niet eens jeukt. Preventief krabben. Zeg maar. Voelt goed. Voelt beter. Alles went.

B.B. Springfield

 

 

 

 

 

Categorieën: Algemeen

Bastiaan B. Springfield

Bastiaan B. Springfield mijmert door het leven

4 reacties

van Gellekom · 9 oktober 2017 op 18:17

Je went er niet aan, aan die luizestreken

Nummer 22 · 9 oktober 2017 op 18:41

Psoriasses…is erger.
‘ O jassus.. heb jeuk van mijn kruin tot aan mijn knarsus’. Een luizeleven begint met krabben. Luizen… Brrr… . Als je jouw column leest dan gaat t krabben alsof je een autoruit ins en sneeuwvrjj maakt.
Zo, zo..op wintersport geweest…? Nee..het zijn de schilfers..de resten neten…! Het zal mij jeuken…

NicoleS · 10 oktober 2017 op 16:43

Vreselijk een luizenplaag. Dat wassen vond ik het ergste?

Karen.2.0 · 10 oktober 2017 op 21:59

Heerlijk geschreven zeg. Hoop dat je er snel vanaf bent 😉

Geef een reactie

Avatar plaatshouder