De meeste mensen worden niet vrolijk van het vooruitzicht op een bezoekje aan de tandarts, maar de schrijfster van dit stukje wel hoor. Ik heb dan ook een hele leuke denticoloog.

Hij is piepklein, z’n hele gezicht lacht en hij vraagt en vertelt altijd van alles. Bij voorkeur als ik in de stoel lig, met m’n mond open en hij op zoek is naar keiharde knaken in mijn ivoor. Ik ben aan de beurt.

‘Nog niet gestopt met roken, zie ik?’ vraagt hij, lachend. Ik begrijp niet zo goed wat hier te lachen valt. Stoppen met roken is namelijk een serieus probleem.

Omdat ik met mond open (tegen eindstand aan) alleen rare geluiden kan produceren, zie ik de noodzaak niet om mezelf voor schut te zetten met een antwoord dat ook opgevat kan worden als ‘wee’ of ‘hee’. Een volvette knipoog lijkt me de enige optie. Ik twijfel nog even kort over een handgebaar, maar het laatste dat ik wil, is met een opgeheven vingertje zwaaien naar iemand die martelgereedschap binnen handbereik heeft. Zeker niet als ik op m’n rug lig.

Snelheid is geboden, dus beslis ik in een fractie van een milliseconde dat een knipoog voldoende moet zijn. Knipoog, èèèèèèèn touchdown! Hij begrijpt meteen dat ik niet met ‘m lig te flirten maar een creatieve manier heb gevonden om in deze underdogpositie te blijven communiceren. En dat opent perspectieven.

We spreken stilzwijgend af dat ‘ie alleen gesloten vragen stelt (anders werkt het concept niet en zit er voor mij niks anders op dan driftig fronsen). Een knipoog met rechts is een ‘Yea’ en een knipoog met links is een ‘Ney’. Duidelijk.

‘Maar je gaat toch wel stoppen met roken?’ Hij spiegelt en pikhouweelt er op los, op zoek naar cariës. Weer dat lachende gezicht.
‘Yea.’ Aangezien het eerste gaatje in mijn ruim-veertig-plus-gebit nog gevonden moet worden, weet ik dat ik degene ben die straks écht lacht.
‘Jij hebt nooit iets hè? Beetje aanslag uit de serie nicotine, cafeïne, theïne.’
‘Ney!’ Hoe erg kan het zijn.
‘Als je niet zou roken en geen koffie en thee dronk, dan zou je eigenlijk helemaal niet hoeven komen.’ Hij lacht, maar het gaat niet van harte dit keer. Hij schraapt en polijst ondertussen wat. Bijna klaar.
‘Yea!’

Knipogen met rechts gaat me stukken beter af dan met links, merk ik. Ik zie er vast raar uit, knipogend in die tandartsstoel.
‘Als je stopt met roken dan laat ik je zoutstralen. Zolang je rookt heeft het geen zin, maar dan wordt het weer prachtig wit.’
Ok, nu komt De Worst. Hij bungelt fier voor mijn open mond.
Ik frons, knipogen is geen optie, zoutstralen? Maar hij begrijpt me.
‘Een soort zandstralen maar dan met zout, geweldig resultaat, veel beter dan bleken. Je kunt even spoelen hoor, we zijn klaar.’

Ik spoel mijn mond. Schoon, fris, ontdaan van aanslag van alle –ine’s. Geen gaatjes, natuurlijk niet. En hij heeft het toch weer voor elkaar gekregen. Ik wil de worst die hij me voorhoudt. Nu een stoppoging (#12) plannen. Als is het alleen maar om te kunnen zeggen ‘Ik ben gezoutstraald. Yea!’

Categorieën: Algemeen

26 reacties

van Gellekom · 7 mei 2017 op 07:42

Na een week niet roken maar wel lijden gaat het beter. Na een maand denk je; was dat nou alles? Dit had ik makkelijk eerder kunnen doen. Als ex roker ben ik ervaringsdeskundig?

    Karen.2.0 · 7 mei 2017 op 11:25

    Van Gellekom, u bent zojuist mijn nieuwe goeroe geworden. Het onlangs geadviseerde YouTube-filmpje is een dijenkletser dus ook dit advies neem ik gaarne ter harte. Dank! 😉

      van Gellekom · 8 mei 2017 op 12:36

      Teveel eer, Karen. Zoals mijn Goeroe zei:’Neem niets serieus. De reden waarom engelen kunnen vliegen, is dat ze zo licht over zichzelf denken.’

Nummer 22 · 7 mei 2017 op 09:19

Tja… de nieuwe vertaalde roman van Radka Nicotinov
‘De Aanslag’ is een bestseller. Een verhaal over de liefde tussen een patient met een nicotine vergeeld kunstgebit en een tandarts met 6 kronen en ontstoken tandvlees. Svetlana en Waahdiemirotov uit Kiyv.

Een roman dat doet lachen net zoals deze column Karen ?

Spencer · 7 mei 2017 op 10:13

: )

Esther Suzanna · 7 mei 2017 op 12:55

De een zijn dood, is de ander zijn brood…

🙁

😉

Ik ga mezelf wel zoutstralen…

NicoleS · 7 mei 2017 op 13:46

Zoutstralen? Zandstralen kende ik al wel. Ik sta al te bibberen voor een botoxbehandeling. Ben doodsbang voor smalltalking van tandartsen. Verder goed geschreven. Hoop dat je slaagt met je stoppoging?

    Karen.2.0 · 7 mei 2017 op 20:52

    Ik kende de term ook niet, vandaar mijn verbazing. Vindingrijke rakker, die tandarts van mij 😉 Dank je wel!

Nummer 22 · 7 mei 2017 op 15:03

Je mag nooit never niet een gegeven gebit in de mond kijken! Zandstralen, zoutstralen, aardstralen..en als mondspoelwater..Jomada’s ingestraald water.?

Mien · 7 mei 2017 op 17:47

[quote]Ik twijfel nog even kort over een handgebaar, maar het laatste dat ik wil, is met een opgeheven vingertje zwaaien naar iemand die martelgereedschap binnen handbereik heeft. Zeker niet als ik op m’n rug lig.[/quote]

Geniaal. Ik neem altijd een appel mee voor mijn tandarts. Als bedankje voor een smoel vol plombeersel.
Ha, ha, ha. Smullen.

Karen.2.0 · 7 mei 2017 op 21:23

🙂 🙂

Nummer 22 · 8 mei 2017 op 05:22

Als je daar zo ligt in de stoel en je kijkt met open mond naar het licht is de lamp dan altijd schoon? Hoe ziet het gebit van de tandarts er eigenlijk uit en heb jein de wachtkamer ook ontdekt waar de tandarts graag op vakantie naar toe gaat. Kijk eens naar zijn of haar nagels…
Van die dingen dus..en dan vergeet ik maar even de zuigslang en mondklem.

Nummer 22 · 8 mei 2017 op 06:57

Herinner je nog deze reclame’ de ring van zelfvertrouwen’? Tandpasta zoals tandpasta moet zijn. Nu is het OralB en voor de klevers..kukident en tena om licht urine verlies als gelachen wordt de druppels door plotselinge incontinentie en met een gekleefd kunstgebit verborgen te houden. Boerin zoekt kiespijn lach. ” Ja, ik bedoel er moet wel iets zijn, ja uh eh anders wordt het niets tussen ons. Ik uh eh heb prostaat plasprobleem en dan ja uh ik bedoel moet er wel een vonk zijn tussen ons heh of nou uh eh..(Olke in het programma Boer zoekt plasgenoot)

    Karen.2.0 · 8 mei 2017 op 11:33

    Je reactie doet me denken aan een oude contactadvertentie die ik ooit zag:
    ‘Bovengebit zoekt ondergebit om samen nootjes te kunnen knabbelen.’ 🙂

Bruun · 8 mei 2017 op 10:36

Zó herkenbaar dat de tandarts besluit met je te gaan praten als je met een overstrekte kaak naar de Esscher prent op het plafond ligt te kijken. Ronduit hilarisch stuk over non-verbale communicatie in de tandartsstoel. Genoten Karen!

WritersBlocq · 8 mei 2017 op 19:34

Misschien kun je je column volgende keer eerst voorlezen aan jezelf, hardop, en dan nog bijstellen?
Zinnen met “m’n” en “‘ie” en al die haakjes lopen/lezen niet prettig.
Dat is het verschil tussen een “Lief Dagboek” en een echte column.

    Karen.2.0 · 8 mei 2017 op 19:38

    Dank voor je suggestie, ik neem het mee voor de volgende keer. In de hoop dat dat een echte column wordt! 😉

Nummer 22 · 8 mei 2017 op 19:54

Starend naar het plafond kom je tot inzicht dat je met een mond vol tanden gedwongen sprakeloos bent en overgeleverd aan het geluid van een black& decker dat door merg & been gaat. Leve de dentist.

Arta · 8 mei 2017 op 22:04

Je schrijft lekker, Karen!
Ook deze is weer heerlijk om te lezen.
WB’s tips zijn waardevol.

    Karen.2.0 · 11 mei 2017 op 01:04

    Dank je Arta, en elke tip is waardevol, ik neem ze allemaal ter harte. Mede daarom is CX zo’n leerzame omgeving 😉

Geef een reactie

Avatar plaatshouder