The(H)aters

Vrienden zaten op Terschelling, bij Oerol. Daar was de aftrap van de Mars der Beschaving. Wij waren bij de ludieke bezetting van museum Boijmans in Rotterdam. Daarna met een paar duizend mensen lopen naar het Malieveld in Den Haag.

Gekrompen

Ik neem plaats in de bus op het zitje achter de ruimte die voorzien is voor de kinderwagens. Een slechte keuze. Mijn voeten raken de vloer niet. Als ik mijn zitvlak naar voren schuif, kan ik eventueel met de tippen van mijn schoenen de grond kussen. Ik ben geen vijftien jaar meer en schuif mijn zitvlak snel terug naar achteren. Telkens wanneer de bus vertraagt of versnelt, wiebelen mijn benen. Ik lijk wel zes.

De roep van de zeemeeuw

Ze klinken zo iel. Zo ver weg. The Cats. Als ze hun hit “Marian” zingen. Een iele dwarsfluit, een iel strijkersensemble, iele achtergrondvocalen en de broze stem van voorman Piet Veerman. Maar aan dat iele geluid klopt iets niet. Ik kan mijn vinger er niet achter krijgen, maar het lijkt een leugen te herbergen.

Metalen mug

De rust is compleet verstoord. Een vreemde karavaan trekt door mijn bos. Het doet pijn aan ogen en oren. Felle kleuren vliegen door de lucht, ik kan het even niet plaatsen. Net als het scherpe geluid. Keihard wordt er luid toeterend tussen de bomen doorgereden. Uit de ramen van maffe stinkende koetsen wordt van alles het bos in gegooid. Ik maak me grote zorgen. Waar is Raakhout?

Goedenacht

Zaterdagmorgen, zeven uur. De betonnenvloer glimt nog een beetje na van het vocht. De ramen zijn beslagen. Gisteren is de constructievloer gestort. Vrolijk stond de aannemer (stiekem ben ik van hem gaan houden) met een enorme betonslurf te sproeien. En te stampen, want dat beton moet natuurlijk wel in alle kieren gestort worden. Een luchtbel is catastrofaal. Het is dat ik naar het werk moest, anders had ik gerust de hele dag gefascineerd naar het schouwspel kunnen kijken.