Zusje

We zijn met drie zusjes als mijn vader hertrouwt nadat mijn moeder gestorven is.
Als middelste kijk ik jaloers toe als de jongste van drie gewassen en aangekleed wordt door onze nieuwe moeder, die alleen kan knuffelen met kleine kinderen, niet met ons, van zes en acht. We volgen aandachtig haar handen. Ik voel mij groot, monsterlijk groot. Ons jongste zusje hoort plotseling ook bij de groten omdat er al snel een meisje geboren wordt uit mijn vaders tweede huwelijk. Het moet een schok voor haar zijn geweest. We vormen daarna een soort clan met zijn drieën, de club zonder moederknuffels.

Haarbal

Hebben we altijd gedacht dat het meeste gevaar schuilt in oorlogen, ziektes, rampen en metromannen; niets is minder waar: “Stress is de grootste killer”. En je gelooft het of niet, de meest stressvolle plaats, dat is het huis van je schoonouders. Tenminste volgens het mannen maandblad “Ruim ze op”.

Boleyn

Vorig jaar woonde ik enige tijd in bij Shana, een oerchristelijke blanke Zuid-Afrikaanse. Geloof was haar rots in de branding: haar verdacht goedkope tweedehands auto was van een oud vrouwtje geweest dat er nooit in reed. Er stonden immers maar 20.000 km op de teller oftewel: wie gelooft in het ene, gelooft in alles. Wat is een rots in de branding behalve wat ondergescheten wordt door jan-van-genten?

Regendans

Hand in hand lopen we door de straten. Slechts een moment blijven onze voetstappen zichtbaar op de stoep om vervolgens weer weg te regenen. Alsof ze er nooit geweest zijn. Elk druppeltje straalt in het licht van de lantaarnpaal. Zelf heb ik geen straatverlichting nodig om te stralen. De hand in de mijne is namelijk van de knapste jongen van onze stad, van Pierro. Zwarte haren, groene ogen en een charme om van te watertanden.

Verdiende loon

De bel gaat weer en ineens merk ik hoe mijn maag knort. De dag is ongemerkt aan me voorbij gegaan in dit deprimerende hol. In de hoek een matras. Een kist met wat spullen en mijn goddank gespaarde laptop. Geen radio, geen koelkast. Wat best ironisch is, mijn gebrom helpt daarbij dus niet. Een plus een is nu blijkbaar even geen twee.