Mulisch is dood. Lang leve Mulisch. “Harry Mulisch behoort tot de succesvolste, meest gelezen en meest bewonderde auteurs van zijn generatie” vermeldt het persbericht op zijn website. De superlatieven buitelen over elkaar heen. Van al zijn literaire werken worden ‘De aanslag’ en ‘De ontdekking van de hemel’ vaak genoemd. De laatste is zelfs in 2007 door lezers uitgeroepen tot het beste Nederlandstalige boek aller tijden. Ik lees de krantenkoppen en kijk naar het journaal terwijl ik me afvraag wat ik zelf ook alweer van Mulisch vind.

Dan schiet me te binnen dat ik ooit iets over hem heb geschreven. Op zolder vind ik de klapper terug van de module “Literatuur & Ethiek”. Als afsluitende toets werd toen gevraagd een ethische kritiek te schrijven over een boek naar keuze. Voor mij werd dat Ulysses van James Joyce, een boek dat al een tijdje in mijn boekenkast stond maar waar ik niet doorheen kwam. Juist dat was de reden dat ik erover wilde schrijven. Hoe kan een 704 pagina’s dik boek dat niet te begrijpen is toch een groot succes zijn?

Ik blader door mijn essay en ja, daar is op bladzijde zeven de passage waarin ik Ulysses vergelijk met De ontdekking van de hemel:

[i]“In tegenstelling tot mijn ervaring met bijvoorbeeld Harry Mülisch’ Ontdekking van de hemel, waarbij ik de auteur irritant pretentieus vond, ben ik geneigd bij Ulysses Joyces’ arrogantie toch te vergeven. Tijdens het lezen van Mülisch’ werk zag ik telkens het beeld voor me van een schrijver die, boekenkasten vol geleerde boeken raadplegend, een in wezen eenvoudig verhaal optuigde tot een boek vol moeilijke woorden. Een schrijver heeft altijd een voorsprong op de lezer, in de zin dat de eerste er een studie van een aantal jaren van kan maken om een boek te schrijven, terwijl de laatste onvoorbereid een boek in de hand pakt met de verwachting het zonder studie in een aantal dagen of weken uit te kunnen lezen.
Het schrijven van een ingewikkeld boek is daarom geen kunst op zich, en wanneer een auteur het zo nadrukkelijk etaleert als Mülisch ervaar ik het als arrogantie. Bij ‘De ontdekking van de hemel’ deden de moeilijke woorden me krampachtig en geforceerd aan. Ze voegden ook niets toe aan het verhaal dat, naar mijn idee, vrij eenvoudig en soms zelfs kinderlijk is. Bij Joyce daarentegen voel je onder die onbegrijpelijke woordenbrij toch een bepaalde schoonheid, misschien zelfs poëzie. Bovendien wordt er hier geen verhaal opgetuigd, het zijn geen intellectuele versierselen. Het verhaal zelf is er helemaal van doortrokken, vorm en inhoud vloeien in elkaar over.”
[/i]
Het zijn mijn woorden, al zijn ze zeven jaar oud en klinken ze me niet meer bekend in de oren. “Irritant pretentieus”, toe maar. Best arrogant om De ontdekking van de hemel af te doen als een eenvoudig en kinderlijk verhaal dat met een hoop ingewikkelde toeters en bellen is opgetuigd. En waarom schreef ik Mülisch met een umlaut?

Als ik mijn essay dichtsla zie ik dat er met potlood een 9 op is geschreven. Schijnbaar vond mijn docent het goed. “De arrogantie kwestie vind ik intrigerend” staat eronder. Zou arrogantie dan toch de sleutel tot schrijverssucces zijn?

Categorieën: Actualiteiten

24 reacties

Libelle · 4 november 2010 op 13:33

Harry Mulisch zie ik als een soort ballotage.
Zo gekozen, dat de brede onderlaag domweg geen toegang heeft. Er schijnt een élite te bestaan die begrijpt dat zijn arrogantie slechts een knipoog was. Zij spreken daar met elkaar over, heel bevlogen en eloquent en keren hun rug naar…, naar mij. En ik, ik trek mij terug met Joe Speedboot, louterend. Voor mij gaat M met twee stippen de geschiedenis in, genaamd umlaut.

Avalanche · 4 november 2010 op 14:24

Interessante vraag, die laatste. Arrogantie heeft Mulisch inderdaad ver gebracht; mijn bewondering heeft hij daarmee echter nooit kunnen oogsten.

LouisP · 4 november 2010 op 14:46

Sylvia1,
Bijzonder dat je over Mulisch zó een Column schrijft. Bijzonder hoe je toen over hem dacht. Bijzonder hoe je nu over hem denkt.
Wat is dat toch mooi…dat je zo arrogant kunt zijn omdat je zo goed bent! Prachtig!

LP

pally · 4 november 2010 op 16:47

Goed stukje(werk), Sylvia. En ik kan me goed in jouw ideen over Mulisch vinden. Hij stootte af en trok ook enigszins aan, maar vaak ontstond er ook bij mij irritatie over het overduidelijk etaleren van zijn eruditie. Natuurlijk, het kan best een pose zijn geweest waar achter het tegendeel schuilging en waar hij alleen zijn beste vrienden doorheen liet kijken. Maar dat neemt je gevoel niet weg. Hij sloot daarmee een aantal lezers uit.
Heel goed geschreven :wave:

groet van Pally

Anti · 4 november 2010 op 17:36

Een beetje arrogant moet je wel zijn om te creëren, maar het helpt als je het niet zo laat merken.

arta · 4 november 2010 op 17:38

Ik vind em ook goed, ben zelf overigens (ook) geen Moelisj-fan (tja, ik doe er nog een variatie bij) Die kale kerstboom met ‘weetjes-ballen’ (ik zit vandaag in de variatiesfeer) vind ik erg leuk gevonden, jouw omschrijving, bedoel ik dan, he?

trawant · 4 november 2010 op 18:49

Tja en zo zie je maar weer dat smaken verschillen.
Zonder mezelf overigens tot de culturele elite te rekenen die jij beschrijft, vond ik de Ontdekking van de Hemel een weergaloos boek over een mannenvriendschap en heb de hoogdravende beschrijvingen van het Mulisch universum voor lief genomen of overgeslagen.
De beschreven oorlogsdilemma’s in De Aanslag kwamen in mijn herinnering huiveringwekkend dichtbij.
Maar om nu te zeggen dat schrijver mijn onverholen sympatie had.. mwaaaa.
Werk en schepper moet je echter afzonderlijk beoordelen denk ik.

dashuri · 4 november 2010 op 19:17

Mulisch arrogant? Hij was gewoon heel erg zelfbewust, denk ik. 😀

Raad_wie_ik_ben · 4 november 2010 op 22:55

Ach, waarom beoordelen we de mens niet gewoon op zijn prestaties?
Typisch Nederlands om je helden zo te verguizen.
Hulde aan Harry.

Chantalle · 4 november 2010 op 23:39

Een arrogant, lekker geschreven stukje over een arrogante schrijver die ik hoog in het vaandel heb staan.

SIMBA · 5 november 2010 op 08:49

Ik was een echte Maarten ’t Hart fan! Ook die heeft een bepaalde arrogantie over zich, maar van hem kon ik het beter hebben dan van Mulish.

Patrick · 5 november 2010 op 16:46

Boeiend, hoe velen die slechts wat middelmatig rommelen in de marge van dit bestaan, geen leven zullen leven dat de moeite waard is voor anderen dan de naaste familie (vaak zelfs dat niet), zich de (misplaatste) arrogantie permitteren te denken dan hun mening gehoord moet worden. Stuitend om te zien dat deze mensen denken zich hier te moeten etaleren met “een mening”. (wel vermakelijk, dat dan weer wel..)

Muisch?! , nog nooit iets van gelezen….

Ik stel voor dat maar 1 of 2 mensen actief op dit platform een mening mogen hebben, de rest leest en doet het het zwijgen toe.. (ik schaar mezelf zeker niet onder deze 2, dat zou arrogant zijn….)

arta · 5 november 2010 op 18:41

Nou Patrick, volgens mij schrijven schrijvers voor de lezers en is voor hen de mening van die lezers van groot belang, ongeacht of zijzelf ‘hij kent’ of ‘hij kendt’ schrijven… (ik bedoel: Zij zijn hun inkomen)
Over smaak, qua leesvoer, valt sowieso niet te twisten, denk ik, elke bekende schrijver heeft voor- en tegenstanders.

LouisP · 5 november 2010 op 18:58

Arrogantie..mooi man!
Op mijn werk was er eens een soort lezing over geweldsbeheersing. De hoofdspreker was een chinese karateexpert. Een van zijn leerlingen was Steven Seagal. Die chinese vechtsportexpert sprak over wat verschillende gemoedstoestanden met een mens kunnen doen. Angst, vernedering, trots, pijn maar ook arrogantie. Het doet iets met je. Hij vertelde niets over wat een zware knock out met een mens doet. Wat die dan liggend op het cavas allemaal uitkraamt. Vaak nog met de tandenbeschermer in de mond…maar ik kan me er wel iets bij voorstellen..

Patrick · 5 november 2010 op 19:55

schrijven voor lezers of voor zichzelf, dat is geen vaststaand antwoord wellicht (persoonlijk heb ik geen lezers in gedachten als ik schrijf) .. De tekst was niet bedoeld, een oordeel / mening over Mulisch te geven (ik ben geen voor of tegenstander) ik refereerde slechts aan de (meeste) aanwezigen hier.

dashuri · 5 november 2010 op 20:46

Je verdient de Nobelprijs voor deze geniale bedenking. Heus wel.

sylvia1 · 5 november 2010 op 20:59

Nou Patrick, het ligt wel geheel in lijn met je vorige reactie op mij:
[quote]je schrijven wekt niet de indruk dat je recht van spreken hebt[/quote]
Dat was ook zo’n heerlijke opmerking waar ik veel mee kan 🙁

sylvia1 · 5 november 2010 op 21:01

Iedereen bedankt voor de reacties!

sylvia1 · 5 november 2010 op 21:03

Trawant, gelukkig, een verdediger van het beste Nederlandstalige boek aller tijden! Ik ben het helemaal met je eens dat je het werk onafhankelijk van de schepper moet beoordelen trouwens.

sylvia1 · 5 november 2010 op 21:05

rwib, ik heb het hier over een boek, niet over een persoon. Behalve mezelf dan, die ik ook arrogant vind. Maar zelfspot mag, toch?

Dees · 6 november 2010 op 11:09

Je vroegere ik had wmb gewoon gelijk, daar verandert de dood weinig aan…

Raad_wie_ik_ben · 7 november 2010 op 11:14

Lieve Syl,

Jouw titel spreekt boekdelen toch?

Arrogant stukje over een arrogante schrijver.

Don’t let me be misunderstood.

raad_wie_ik-ben (aka Harrie)

LouisP · 7 november 2010 op 22:34

Gezien jouw verleden en eerdere vreemde ongenuanceerde reacties van jou, Patrick, verbaast het me eigenlijk niet eens, je reactie nu…maar dat dit hier zo maar kan op CX….

louis

LouisP · 5 mei 2011 op 09:07

“De arrogantie kwestie vind ik intrigerend” staat eronder. Zou arrogantie dan toch de sleutel tot schrijverssucces zijn?

check!

Geef een reactie

Avatar plaatshouder