Hij hield van het gevoel, de druk in zijn hoofd. Het bloed dat zijn schedel en oogkassen vulde verdrong elke gedachte. Denken was het laatste wat hij wilde. Inwendig giechelde hij. Hoogten en niet te lang nadenken was zijn habitat. Als kind had hij zijn ouders gesmeekt om een hoogslaper. Zij zagen het nut niet want als enig kind met een zeer ruim bemeten slaapkamer was de behoefte aan een ruimtebesparend bed zinloos. Ze vonden hem te jong voor een hoogslaper maar hij was wel al oud genoeg om aan te voelen dat zijn ouders makkelijk te bespelen waren. Al heel snel had hij door dat je als enig kind zekere privileges genoot die zijn vriendjes ontbeerden. Het manipuleren van zijn ouders was daar één van. Door de jaren heen bleek hij op school een zeer goede leerling. Het leren ging hem gemakkelijk af, hetgeen er toe leidde dat elke wens die hij had door zijn ouders vervuld werd. Hij hield oprecht van zijn vader en moeder, al zeer zeker van hun goedgelovigheid en gulheid richting hemzelf.
Toen hij tien was wilde hij leren vliegen. Dat was natuurlijk geen optie. Als alternatief besloten zijn ouders dat ze de eerst volgende vakantie in de Ardennen zouden doorbrengen. Daar mocht hij van hen, onder strikte begeleiding van professionele instructeurs, de grondbeginselen leren van het abseilen en bergbeklimmen. Zijn moeder stond tijdens de eerste les handenwringend en met angstige blik onderaan de berg. Het ergerde hem. Hij wist wat hij deed met zijn tien jaren en zonder aarzelen – liever had hij zonder zekering de berg beklommen maar dat was natuurlijk geen optie – beklauterde hij de grillige en steile wand als een berggeit.
Vanaf toen was er geen stoppen aan. Vóór zijn achttiende levensjaar had hij alle extreme sporten beoefent. Sommigen eenmalig, enkelen voor langere tijd. Net zoals in de liefde. Eendagvlinders als zweefvliegen, parachutespringen, kitesurfen passeerden. Hij had ze allemaal gehad.
Bergbeklimmen was zijn eerste en bleek uiteindelijk zijn grote liefde.
Zijn ouders hadden zich erbij neergelegd. Bij familiefeesten verzuchte zijn moeder ‘zo is hij nou eenmaal’. Zijn vader was op best trots, wist hij. Die was op zijn eigen manier misschien ook een ‘risicozoeker’ maar dan op de beurs. In het vak als beurshandelaar had zijn vader ook flinke risico’s genomen en was er vaak heelhuids en met gewin mee weggekomen, hetgeen hem als zijn zoon zijnde, weer had gefaciliteerd in het spelen met fysiek gevaarlijke spelen.
Zijn shirt hing over zijn hoofd. Toch wel zelfbewuster dan hij wilde zijn, wist hij dat het geen mooi gezicht was. Ondersteboven zwollen je oogleden, en je wangen, onderlip en andere zachte delen van je gezicht trokken omlaag door de zwaartekracht. Licht gelijkend op een lijk dat te lang in het water heeft gelegen wilde hij dat beeld anderen besparen. Door de opening van zijn shirt had hij enkel zicht op een gast die op handen en knieën zat. Diens achterste stak omhoog, binnen zijn gezichtsveld.
Naast het grote vraagstuk wat hij zelf hier eigenlijk hing te doen, vroeg hij zich ook af waarom die gast al een tijd over de grond kroop?

5 reacties
Meralixe · 5 februari 2015 op 09:35
Oei, column x is de weg van het feuilleton ingeslagen… 🙂
Deze IS een moeilijke met een geheimzinnige verhaallijn maar (ook) verschrikkelijk goed geschreven.
En toch Esther, als er nog iets aan te doen is, daarmee bedoel ik, als je het vervolg nog moet schrijven, wat dan ook een uiterst aangenaam punt zou kunnen zijn voor de lezer, als ik van u was, ik zou die verhaallijn ietsjes duidelijker maken.
De manier waarop je de ‘zoon van’ schetst is meesterlijk maar het zinnetje ‘Dat was natuurlijk geen optie.’ een tweede keer gebruiken kon uiteraard ontweken worden.
Ik heb Anaïs Nin eens opgezocht. Lijkt me een interessante dame. Troubadour, hou je maar klaar. Nee Esther ik wil uw verhaal niet beïnvloeden, ik zou niet durven… 😀
pally · 5 februari 2015 op 12:41
Mooi. Laatste stuk is heftig en ik vind dat ook het beste geschreven.
In de eerste alinea’s gebruik je veel woorden die m.i. afstand scheppen tot de lezer en gemakkelijk vervangbaar zijn door eenvoudiger woorden.
Paar voorbeelden:
‘ruim bemeten slaap kamer’ waarom niet gewoon ; groot of ruim?
‘ die zijn vriendjes ontbeerden’, (die zijn vriendjes niet hadden).
‘zekere privileges’ waarom niet ‘b.v. voordelen o.i.d.?
2x ‘natuurlijk geen optie’ na elkaar. voorstel; geen sprake van of zo.
Misschien ben je het helemaal niet met mij eens en hou je juist van de wat formele stijl, dat kan natuurlijk ook. ?:-)
trawant · 5 februari 2015 op 13:47
Fijn dat je mijn ‘geduld’ niet langer op de proef stelt.
Je hebt de vleermuis mooi neergezet en hem een solide achtergrond
gegeven. Soepele stijl. Ik vind alleen net als Pally dat je taalgebruik nogal deftig aandoet. Daarom wringt het hier en daar.
‘ hetgeen hem als zijn zoon zijnde, weer had gefaciliteerd in het spelen met fysiek gevaarlijke spelen.’
Misschien hoort het er idd bij maar mijn voorkeur gaat uit naar simpeler oplossingen.
Eerste twee zinnen trekken je meteen het verhaal in, daar doe je het kort en krachtig. Benieuwd naar deel 3!
Sagita · 5 februari 2015 op 14:31
Ik lees voorlopig even mee. Vooral vanwege je interesse Anaïs Nin. Had ooit een vriendin die daar ook nogal gek op was.
http://belichtingstijd.blogspot.nl/2013/05/belichtingstijd-julia-slot.html
En er staat van haar hier ook nog een boek in huis.
groet Sa
troubadour · 5 februari 2015 op 19:05
Ik snap er niets van, zal je niet meer lastig vallen. Ach, die jongetjes gingen allemaal naar het lyceum.