Al lopend over de werkvloer ben ik me aan het bedenken wat ik ga doen. De woorden geen zin, geen zin, geen zin, dreunen door mijn hoofd. Komt het omdat ik geen zin heb of wil ik zo graag geen zin hebben dat ik er geen zin door krijg. Eigenlijk heb ik altijd zin. Mijn hele leven bestaat uit zin, het is mijzelf nog nooit voorgekomen dat ik geen zin had. Zin om te gaan stappen, zin om te eten, zin om te ademen. Deze drie willekeurige voorbeelden geven ook meteen mijn levensbehoeften weer (niet direct in die volgorde, maar toch..).
Ben ondertussen alweer belandt in die stoel, waar ik veel door de baas betaalde tijd doorbreng. Langzaam begin ik met denken, het gebeurt niet op commando, maar een fietser komt voorbij met een orange jas aan. Meteen denk ik aan die oranje broek waarin ik alle feesten afstruinde. Van feesten kom ik bij vrienden, kom ik bij vriendinnen, kom ik weer bij diezelfde zin. Zin om te koken, misschien dat ik meer waarde krijg als ze merkt dat die dingetjes die ik bij elkaar kwak in een pan toch eigenlijk best wel appetijtelijk zijn. Dan ineens zit er een lantaarnpaal in mijn gedachten. Wat doet die lantaarnpaal daar? heb vaker verzen en verhaaltjes geschreven, en vaak kwam daar een lantaarnpaal in voor. Waarom? geen idee, volgens mij vergelijk ik mezelf met en lantaarnpaal. Kan dat wel, jezelf met een lantaarnpaal vergelijken. Mischien wil ik wel zo graag iets vergelijken dat ik dan maar mezelf ga gebruiken en de meest bizarre vergelijking wil, en ga, trekken.
Nee ik ben geen lantaarnpaal, ik geef geen licht, sta niet alleen, en de laatste keer dat er iemand net zolang tegen mijn zijkant heeft staan schoppen tot mijn lichtje uitging, kan ik me ook niet meer herinneren.
Waar wil ik heen en wat wil ik doen. Ik wil graven, spitten door mijn verleden, herinneringen omhoog scheppen tot je dat gevoel wat je toen had kan voelen, de geur ruikt van je moeders haar, toen je haar op moederdag dat zelf gekleide vaasje gaf, terwijl je met je ogen dicht dat versje stond op te dreunen. Vooral niet onderbreken en zo snel als je kan .. Het is Moederdag het is Moederdag. Ik tover op mijn moeders gezicht de mooiste lach. …. etc. Ik wil me dat versje kunnen herinneren, maar die dagen dat ik leefde op kleur en geurstoffen en van 2 toverballen door de kamer vloog zijn ook allang vervlogen.
Maar waarom ben ik dan niet aan het werk en zit ik hier op die stoel te wachten tot … ja waar wacht ik eigenlijk op?
2 reacties
Reyn_Eaglestorm · 16 mei 2003 op 12:27
Deze is veel duidelijker dan je eerste column, vooral door betere zinsbouw en interpunctie, terwijl de inhoud en het gevoel van … sja … welk gevoel eigenlijk? … nouja, dat gevoel dus, niets te lijden heeft onder de grammaticale correctheid.
Duidelijk een stijgende lijn, Stout! Ga zo door!
Barbara · 17 mei 2003 op 08:04
Verodmd Geinig, heb me bijna geen Zin verveeld…
en waarom het geinig was: de “rare’associaties in jouw hoofd…herkenbaar…
Ook beeldend:ik zie je lopen, ik zie je zitten, ik zie een kleine jongen in een woonkamer staan…opdreunen…
Toppie!
Barbara