De laatste tijd krijg ik vaak berichten van mensen die niet meer weten wat ze aan moeten met kerst. Omtrent kledij, maar ook de sociale situaties. Ze moeten naar familie toe en proberen er een leuke dag van te maken. Alleen weten ze niet hoe ze gesprekken moeten voeren en vragen mij derhalve om hulp. Nu kan ik niet iedereen persoonlijk beantwoorden, daarom geef ik hier even wat manieren om een gesprek te voeren, zodat het kerstleed enigszins getemperd kan worden. Ook geef ik mogelijke antwoorden van gesprekspartner om een beeld te schetsen van vloeiende conversaties.

Na pijnlijke stiltes

Gesprek 1:

Jij: He, ik zie een kalkoen in de oven
Gespreksparter: Dat is geen kalkoen maar een vis.
Jij: Die moeten er ook zijn.
Gesprekspartner: Ga maar naar huis.

Gesprek 2:

Jij: Leuk schilderij aan de muur .
Gesprekspartner: Ja, dat is geschilderd met verf.
Jij: Ik prefereer schilderen met koeienmelk, maar dissidenten juich ik alleen toe in een pre-apocalyptisch tijdperk
Gesprekspartner: Blij toe!

Gesprek 3:

Jij: Ik hou van niet kerst
Gesprekspartner: Ik hou niet van mensen
Jij: Ik hou niet van mensen die kerst trachten te vieren maar daar volledig in falen.
Gesprekspartner: Ik faal mijn hele leven. Kerst is geen uitzonderlijke situatie maar additioneel.
Jij: Kan gebeuren

Gesprek 4:

Jij: Ik heb gister nieuwe schoenen gekocht, ze zijn helemaal wit; kijk maar.
Gesprekspartner: Ik heb last van nek, ik kan niet naar beneden kijken.
Jij: Doe dan een handstand dan kun je ze bekijken zonder dat je nek eronder hoeft te lijden.
Gesprekspartner: Pogingen om handstanden te doen verwerp ik

Gesprek 5:

Jij: Mijn nieuwe fiets heeft meer spaken dan jouw fiets
Gesprekspartner: Dergelijke pocherij deponeer ik gemakshalve.
Jij: Tel mijn spaken dan gaan we daarna kalkoen eten
Gesprekspartner: Geen belang bij.

Na mogelijke scenario’s die met kerst kunnen gebeuren


Scenario: een kakkerlak betreedt de woonkamer

Jij: Aah, een kakkerlak!
Gesprekspartner: Waar?
Jij: Daar!
Gesprekspartner: Aah, ik zie het ja. Jij hebt empirisch bewezen dat kakkerlakken de woonkamer kunnen betreden.
Jij: Zouden kakkerlakken emoties hebben?
Gesprekspartner: Ik heb er eens één zien huilen, maar dat kunnen ook krokodillentranen zijn geweest.
Jij: Kunnen krokodillen ook kakkerlakkentranen ter berde brengen?
Gesprekspartner: Geen idee

Scenario: je schoonmoeder komt op visite

Jij: He, mijn moeder schoonmoeder komt op visite!
Gesprekspartner: .

Scenario: een personage in het huis wil je het huis laten zien

Gesprekspartner: Dit is onze bank.
Jij: Die is blauw
Gesprekspartner: Dit ons bed
Jij: die is niet blauw
Gesprekspartner: Dit is mijn kledingkast waar ik kledij in deponeer. Zoals broeken en sokken; maar ook wel eens overhemden.
Jij: Dit loopt de spuigaten uit
Gesprekspartner: Wat vind jij van spuigaten die uitlopen?
Jij: geen mening

Scenario: een hond springt op tafel

Jij: He, een hond springt op tafel.
Gesprekspartner: Waarom gebruik je een indefiniet lidwoord terwijl je over je eigen hond praat?
Jij: Ik bewaar liever afstand tijdens kerst. Anders lopen de emoties hoog op.
Gesprekspartner: Steekhoudende argumentatie, doch niet voorzien van empirische verificatie.

Scenario: een man houdt een redevoering over Socrates

Jij: Leuke redevoering over Socrates!
Gespreksparter: Dank je!

Scenario: Je wilt een film gaan kijken, maar weet niet welke

Jij: Zullen we een film gaan kijken?
Gesprekspartner: ik weet niet welke
Jij: een met plothole?
Gesprekspartner: Je moeder heeft een plothole! Haha!
Jij: Je-moedergrappen verwijs ik gaarne door naar de figuurlijke prullenmand
Gesprekspartner: Dat is je eigen keus

Scenario: Een man vertelt een tragisch verhaal over een familielid, maar onderwijl moet je poepen

Jij: Heel erg allemaal, doch mijn behoefte om te kakken blijft steekhoudend. Daarom verwijs ik mezelf door naar het letterlijke watercloset.
Gesprekspartner: *Pinkt een traantje weg*

Puike ijsbrekers

1: Het is vandaag kerst, maar dat betekent niet dat ik abjecte meningen over hyena’s zomaar over mijn kant laat gaan.

2: Aah; het eten is er. Het ziet eruit als poep, maar dat mag geen reden zijn om het te laten staan. Daarom verwijs ik mezelf door naar de eettafel waar er zinnige gesprekken kunnen worden gevoerd over kippenneukerij in een pre-socratische periode.

3: Ik heb dan wel je vriendin geneukt, maar dat zag jij schijnbaar niet als reden om mij niet uit te nodigen. Derhalve neuk ik je vriendin nog vijf keer, zodat ik de komende kerstdagen ook geramd zit.

4: Aah, je hebt een kerstboom zie ik. Je hebt er ook versiersel in zitten. Wat leuk allemaal. Ik heb zin om die kerstballen te kietelen. Hihi!

5: Ik ga vandaag niet met iemand praten. Dan weten jullie dat alvast. Drie uur voor mij uitstaren volstaat om een leuke avond te hebben. Sociale prikkels maken een mens toch alleen maar tot waanzin.

6: Het kan zijn dat ik straks mijn diarree over het kerstmaal uitlaat, maar dat moeten jullie dan niet persoonlijk opvatten. B.v.d.

7:Hier een snoepje voor je kind. *Geeft snoepje aan kind*. Lekker snoepje!

8: Ik heb vandaag speciaal voor de gelegenheid twee verschillende sokken aangedaan. En als ik drie benen had gehad, zou ik drie verschillende sokken aan hebben gedaan. Dergelijk rebels gedrag steek ik niet onder stoelen of banken. Doch die heb ik niet. Wel heb ik een dikke lul, maar met een sok daaromheen kun je moeilijk plassen.

9: Ik heb zin om tijdens het kerstdiner straks onder de tafel te kruipen en jullie tenen te likken. Ik wilde deze confessie eerst niet doen, maar mijn moeder zei me altijd dat eerlijkheid het langst duurde. Maar hoe lang tenen likken duurt weet ik nog niet.

Voorstellen die je kunt doen om er een gezellige avond van te maken.

1: Zullen we straks het spelletje Ik loop tegen de muur doen? Ik ga keihard tegen de muur aanlopen tot ik bewusteloos val; en dan moeten jullie mij wakker applaudisseren. Degene die mij het eerst bij bewustzijn krijgt wint een mikado-doos.
2: Zullen we ons kerstdiner ondersteboven verorberen? Op die manier doe je ook nog niets voor de wereld en het houdt het bloed stromend!
3: Zullen we proberen tot honderd te tellen zonder het getal 98 te gebruiken? Degene bij wie dit het eerst lukt wint honderd dalmatiërs. De andere houd ik voor mezelf.
4: Zullen we het spelletje Ik-gooi-een-tegel-tegen-je hoofd-aan- doen? We gooien tegels tegen elkanders hoofd aan, totdat iemand er bij neervalt. En die kan zijn bestaan elders op een andere wereld doorbrengen.
5: Zullen we het spelletje ik ben blij doen? We gaan de hele tijd lachen, totdat onze spieren creperen. Daarna wenen we.

Categorieën: Algemeen

3 reacties

troubadour · 27 december 2015 op 09:04

Leuk, beetje mosterd na de maaltijd, maar daar kun jij niets aan doen Haku.
Puike ijsbreker sub 3 vind ik het leukst, ook van jezelf?

Mien · 27 december 2015 op 12:47

Armando kan hier nog een puntje aan zuigen. ?
Op dan maar naar kerst 2016 …
Another year over.

Hakunamatafa · 28 december 2015 op 00:09

Oh hij is nu pas geplaatst. Helaas.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder