Nee, DE GROTE VANDALE is niet bepaald mijn grote vriend als ik een woordje uitleg vraag over wat ‘geloven’ feitelijk betekent. Te vaag, meerdere betekenissen, dienstbaar voor te veel benaderingen. Wat moet ik bijvoorbeeld beginnen met één van de betekenissen; ‘voor waar houden op het gezag van een ander,’ dat dit respectabele boek er aan geeft.
Geloven is iets voor waar aannemen dat men niet ziet. Punt. Dit is de eenvoudige betekenis die ik er aan geef. Tuurlijk schop ik met een dergelijke aanzet tot schrijven tegen de schenen van een gerenommeerde instelling. Mijn excuses.

Als vervolg op de column ‘Orde scheppen in een warrige kop’ kom ik nog meer in de problemen. Daar toonde ik me grote liefhebber van de logica. En, die logica, dit streven naar bewijs, IS ongeveer het tegenovergestelde van iets voor waar aannemen dat men niet ziet. Gelukkig getuigde ik er in een verder schrijven nog van andere onduidelijkheden in mijn denken. Oef, er is nog ruimte, er kan nog gemanipuleerd worden, er kan nog rond de pot gedraaid worden.

Helaas, een aandachtige lezer die me al een tijdje volgt daagde me uit. Ik citeer: “Over geloven gesproken: Ik herinner me dat je eens door de aanblik van een mooie zwangere vrouw tot de onwrikbare zekerheid kwam dat God bestaat. Ik zou wel willen weten welke logische redenering je naar die conclusie voerde. Je denkt waarschijnlijk [of is dat een vooroordeel?] dat ik het vraag om te narren, maar ik ben er oprecht in geïnteresseerd.”

Ik zit klem, drie mogelijkheden dienen zich aan: De boel negeren, over gaan naar een persoonlijk schrijven of openlijk de confrontatie aangaan. Ik doe het openbaar. Het negeren lijkt me zelfs een beetje laf en de persoonlijke confrontatie zou waarschijnlijk eindigen in een botsing, een oeverloos gezwam van voor en tegen waarbij de kat haar jongen niet meer terug vind. Bovendien, net zoals het kwassie onmogelijk is dat iemand mij bij een dergelijk schrijven mijn geloof zal afnemen is het ook nergens mijn bedoeling ‘zieltjes’ te winnen. Ik filosofeer over bepaalde zaken, ik geef er mijn mening aan en daarmee is alvast mijn kous af. Natuurlijk sta ik open voor verdere commentaren, als ze maar eerlijk geformuleerd zijn en de bedoeling niet hebben me te kleineren en zelfs af te breken.

Penibele vraag; hoe begin ik er aan.

Ik kan natuurlijk starten met het neerhalen van zowat de grootste vijand van het religieuze geloven in het algemeen in onze tegenwoordige maatschappij; de evolutietheorie. Maar, daarmee kom ik dan ook binnen de kortste keren in een welles nietes spelletje zonder weerga waarbij ik, als kleine, zeer kleine wetenschapper, blok gezet wordt. Die evolutie- theorie steunt wél op theorie en theorie is zowat het tegenovergestelde van… logische natuurwetten. Daartegenover zitten er in HET SCHEPPINGSVERHAAL echter ook onduidelijkheden waar wij als kleine mensjes met een te klein denkvermogen geen perfecte antwoorden kunnen aan geven. En hop, we zijn vertrokken… De boeken die over deze voor en tegens geschreven zijn kunnen ondertussen niet meer in een normale garagebox, zelfs als de auto buiten staat.

En toch moet ik nog even verder op deze weg. Het gegeven dat de evolutietheorie zou betekenen dat het allereerste leven is geëvolueerd tot ons mensen, ik zeg maar wat, tegenwoordige uitvinders van kernenergie lijkt me toch wel een bijzonder van de pot gerukte stelling te zijn. Maar er is meer!
Hoe komen we dan bij het vaststaand feit dat er bij elke mens in elke cultuur in al de eeuwenoude geschiedenissen steeds een godsbesef aanwezig was en is? Ik schrijf bewust godsbesef zonder hoofdletter.
Daarbij aanleunend kan de mens ook emoties hebben en is er een besef van goed en kwaad. Chemie in de hersens? Evolutietheorie? Laat me niet lachen.

Godsbesef, daar moet ik mee verder in mijn pleidooi! Wat doen we er mee?

1) De negeerder!

Binnen onze Westerse maatschappij lukt dit aardig. De materialistische consumptiemaatschappij is onder meer zeer tijdrovend, zo wat alles ligt hapklaar in de winkelrekken, zelfs de gezondheidszorg wordt moeiteloos aan vakmensen over gelaten. Wat moeten we hier en nu anno 2014 aanvangen met, ik zeg maar wat, de god van de regen?
Bovendien! Bovendien zit er in de mens een streven naar persoonlijke vrijheid waarbij Godsdienst, nu wel met een hoofdletter, het in het verleden niet zo goed heeft gedaan. Het Kerkelijk gezag wou iedereen ‘dom’ houden en persoonlijke vrijheden afstraffen. Nu zijn de mensen zelfstandiger en krijgen ze meerdere kansen om de eigen ik voeding te geven. De god of God die dan toch nog nu en dan eens aan het geweten knaagt wordt, mede door de algemene tendens van een maatschappij zonder God, ook bij het individu zonder al te veel kabaal afgewezen. Geen tijd voor God! De mens moet zich ‘ontplooien’ en ‘zin geven’ aan zijn korte leven op deze aardkloot.

Zijn persoonlijke vrijheid is één en al bedrog daar het verlossende zelfstandige individualistische leven dat hem via media en reclame in de strot geduwd wordt maar zelden echte voldoening schenkt. Het drukke leven belet hem stil te staan bij de kern van het bestaan. Goed bezig?

Tel daarbij de eerder genoemde ‘evolutietheorie’ die er ook dagdagelijks via te veel om op te noemen kanalen reeds met de paplepel in gegoten wordt en het hek is helemaal van de dam. Een Westerse beschaving zonder God is niet meer ver af.

2) De ontkenner!

Niet het zelfde als negeren. De negeerder is eerder het argeloze type, heeft weinig tijd, staat er nauwelijks bij stil. ‘God schept de dag en ik schep de soep’ is zijn leuze.
De ontkenner daarentegen zoekt argumenten om niet te moeten toegeven. Daarbij wordt ook hem dankbaar materiaal aangereikt uit de wereld van de evolutietheorie maar hij is er toch niet helemaal zeker van. Simpele oplossing voor zijn ‘probleem’ is dan het systematisch bekritiseren van alles wat met ‘geloof te maken heeft. Daar kan hij, met zeer realistische omschrijvingen zeer ver in gaan. Zo beweerde eens iemand dat de basis van alle oorlogen ‘godsdienst’ is. Wel, onder meer nu, het Midden Oosten, met al die Isis-toestanden, ondersteunt een dergelijke denkpiste.
Verder kan hij hier in het Westen eindeloos informatie putten uit de Kerkgeschiedenis om zijn zienswijze nog meer steun te verlenen. De religieuze leiders van vroeger hebben geen al te beste reputatie. Hun vroegere gezag staat bol van de schandalen.
Hij is in zijn betoog zelfs reeds zo ver gegaan dat wie dan nog durft te geloven, omschreven wordt als een twijfelende zwakkeling zonder karakter. Of, nog erger, als iemand die ouderwets en dom is.
En dan is er nog de netelige vraag waarom God, als er dan toch een God zou zijn, bepaalde dingen toe laat. Waarom natuurrampen, waarom ziektes, waarom, waarom, waarom, steeds in een verhaal waar ‘eerlijkheid’ onbegrijpelijk ver te zoeken is.
Samen met de negeerder vormt hij een ruime meerderheidspartij, weg van God.

Wat een scheldtirade!

En toch durf ik het aan deze verzameling van argumenten om alvast niet te geloven een ‘worstelen’ met God te noemen. Enkel en alleen al het feit dat het individu bewijzen verzamelt om niet te moeten geloven toont aan dat hij wel gelooft. En, hoe heviger hij daarin door gaat, hoe meer hij bezig is met dergelijke zaken, hoe groter het innerlijke godsbesef dat zich maar moeizaam op de achtergrond laat plaatsen.
Het worstelen met God kan een zeer vermoeiend bezigheid zijn.

3) De aanvaarder!

Voor alle duidelijkheid, de groep waartoe ik behoor. God, de Schepper van alles, de Meester, de Architect. En, De Bijbel, Zijn woord. Geloven zonder te zien? Ja!
Ja omdat er in die Bijbel stukken voorkomen die ook mijn petje te boven gaan, die mijn wetten van de logica zoals ik ze tracht te handgaven in verlegenheid brengen. Wilde ik het ultieme bewijs, dan bleef ik hangen bij de ontkenners. Maar, ik heb los gelaten, ik heb mijn vertrouwen verlegd. Waarom? Omdat mijn vertrouwen in DE WERELD geschonden was! Veertig jaar lang luisterde ik naar die wereld vol leugens en valse beloften. Veertig jaar probeerde ik orde te scheppen in mijn warrige kop, probeerde ik belangrijk te zijn, was ik op zoek naar mezelf. Nu, nog eens twintig jaar later ben ik, ondanks mijn nog steeds kritische geest bij de ingeslagen weg gebleven. Mijn logica, mijn streven naar waarheid, mijn ijdele verlangens, mijn egoïstische driften, het waren stuiptrekkingen van een blinde. De ontdekking van ZIJN alles overkoepelende overzicht en waarheid reikte me oplossingen aan.

Even een stukje uit De Bijbel, meer bepaalt uit Prediker om deze persoonlijke zienswijze te illustreren …

“Toen ik mij nu wendde tot alle werken die mijn handen hadden gewrocht, en tot het zwoegen waarmee ik mij had afgetobd om die te volbrengen – zie, alles was ijdelheid en najagen van wind, en er is geen voordeel onder de zon.”

Nee, het was geen vingerknip van de ene seconde op de andere die me het zogenaamde Licht liet zien. Het was eerder een reis van een vijftal maanden, met het ene been nog in de sferen van de ontkenner. De beloning? Een moeilijk uit te leggen rust in het kopje, een weten dat het leven alhier meer betekent dan wat onder meer de evolutietheorie er kan aan geven. Een gedachtengoed dat sterk relativerend maar nergens zich zelf bedriegend tot ‘logische’ eindoordelen komt als het gaat over de mens, met al zijn verlangens maar vooral ook zijn tekortkomingen.

4) De fantast.

Wat was ik graag gestopt bij de aanvaarder. Helaas, er is nog een strekking, deze van mensen die ook ‘geloven’ maar die naar mijn persoonlijke mening dan toch een stapje te ver gaan. Goed, geloven zonder te zien zal dan ook wel onrealistisch zijn maar als men als aanvaarder na een kleine twintig jaar denkwerk tot een weldoordacht besluit komt, zonder over te gaan tot holle onbereikbare beweringen, zit men dan toch ergens in de juiste richting.(denk ik)
Onder meer iemand (ver) beoordelen is allesbehalve mooi voor iemand die zoeven nog trachtte te bewijzen dat hij een ‘goed’ mens is. Maar, ik beoordeel toestanden, uiteraard gecreëerd door mensen, toestanden die mijn inziens schadelijk zijn voor de groep van de aanvaarders die al met zo weinigen zijn.

Op het eerste zicht horen de fantasten bij de aanvaarders. Ook gelovig, wat zeg ik, nog meer gelovig, doordrukkend, strijdend voor hun idealen. Hier zeggen ze “God zal U genezen” daar zeggen ze “God geeft me dit laten zien,” nog elders zeggen ze “het is de straf van God.”
Ze steunen op een alles maar dan ook ALLES overkoepelende God die beslist over ook maar het kleinste detail in ieders leven. Ze zijn zich er amper van bewust dat een dergelijke God, zeker binnen onze moderne maatschappij, veel te weinig zuurstof biedt.

Ik zeg zeer voorzichtig “misschien heeft God me al wat laten zien” maar daar heb ik geen zwart op wit bewijs van. Ik moet het ook niet hebben. Hoe moet ik dan bijvoorbeeld een nare gebeurtenis binnen mijn leven een plaatsje geven? Met een God aan mijn zijde waarvan ik op het eerste zicht liefde en vertrouwen mag verwachten kom ik op deze manier toch in conflict?

Het zijn de fantasten die zorgen voor het gepaste klimaat om ‘ons’ in het zeer onaantrekkelijke hoekje van de ‘sekten’ te plaatsen. Zij geven Jan met de pet meer dan voldoende stof voor zijn ‘vooroordeel’ waardoor het spreekwoordelijke kind met het badwater verdronken wordt. En, zoals ik in de eerste column al schreef, vooroordelen zijn taaie beestjes in de hersenpan van velen …
Spijtig, spijtig, spijtig, hun onrealistisch enthousiasme heeft een averechts effect.

Besluit.

Twintig jaar nadenken heeft me tot de onwrikbare zekerheid gebracht dat er een God is wiens werk ik onder meer zie bij een zwangere vrouw. En, daar waar ik in de eerste column een geveinsde wanorde tekende, getuig ik hier van een weldoordachte gedachtegang met een diepe drang voor realisme. Orde en rust is mijn deel.

Categorieën: Algemeen

Meralixe

Er is een smaak, gewoon, een manier van het door het leven gaan, die zo verschillend is van mens tot mens, dat we mogen besluiten dat het eigen gelijk niet bestaat en dat respect voor de andere mening belangrijker is...

8 reacties

troubadour · 21 juni 2014 op 14:38

Meralixe, vroeger moest ik naar de kerk en de preek tijdens de hoogmis duurde net zo lang als jouw werk hier.
Ik ben een ontkenner in jouw terminologie , die daar graag van getuigt, zonder respectloos te zijn en worstel helemaal niet met het geloof, het is onomkeerbaar ‘weg’. Schoenen die je eindelijk hebt uitgedaan, knellen mij niet meer. Bedankt voor jouw verhaal, het bevestigt mij nog eens, wat mij eigenlijk zoveel rust geeft.

Mien · 21 juni 2014 op 14:42

Zolang je maar in jezelf gelooft … Dan komt alles goed! 😉 🙂

Spencer · 22 juni 2014 op 12:20

In jezelf geloven.. Zouden er – buiten de psychiatrische inrichtingen – mensen zijn die denken dat ze niet bestaan?

De wereld zou een betere plek zijn als alle gelovigen op dezelfde manier als Meralixe met hun religie zouden omgaan.

Spencer · 22 juni 2014 op 22:07

Mijn vraag is niet echt beantwoord, maar misschien is dat ook wel onmogelijk. Zelf denk ik bij het zien van een mooie zwangere vrouw nooit ‘God bestaat!’ Wel: ‘Goh, wat origineel..’ of iets dat verband houdt met overbevolking. Of helemaal niets.

Ondertussen zijn er al weer nieuwe vragen gerezen: Wat als de zwangere vrouw niet mooi maar wel lelijk is? Of lelijk en dan ook nog geeneens zwanger? Maar dat vermeld ik om te narren. 🙂

    Mien · 22 juni 2014 op 22:46

    Misschien zijn er ook mensen die meer geloven in anderen dan in zichzelf. 😉

Meralixe · 23 juni 2014 op 10:51

Aan allen dan voor het reageren.
Tuurlijk is dit een te zwaar beladen onderwerp voor deze site op zomerse dagen met voetbal op TV en zo meer.
Het contrast met wat er zich op de rest van de voorpagina en in ’t café tegenwoordig afspeelt kan niet groter zijn.
En, ja hoor, er mag tussen de lijntjes gelezen worden. Ik ben er me ten stelligste van bewust dat een dergelijke (lange) column met een dergelijk onderwerp niet bepaald ‘gezellig’ is maar hier en daar is er toch ook kolder te vinden die ook niet veel zal bijdragen aan de site. 🙂

    Spencer · 23 juni 2014 op 11:10

    Ik vind uw column wel iets bijdragen. Als gelovigen over hun overtuiging schrijven gaat het zelden over de vraag waaróm ze geloven. Dat ze geloven vinden ze meestal volkomen vanzelfsprekend.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder