Een jaar of tien zal ik zijn geweest, toen ik opeens bijna niet meer kon zitten. Op mijn linkerbil bleek een enorme steenpuist te groeien. Zomaar uit het niks te voorschijn gekomen. Mijn moeder, ex-verpleegster, kwam meteen enthousiast aanzetten met een grote glazen pot met zalf, waarvan de inhoud er uit zag als een soort appelstroop, maar rook als een stationair draaiende motor. En zo rook ik dus ook in de volgende twee weken.
Maar ik mocht thuis blijven van school, dat was mooi meegenomen.

Wat een nog groter voordeel bleek, in ons gezin met acht kinderen, was de speciale aandacht die mij ten deel viel. Bij de eettafel lag op de zitting van mijn stoel een zacht kussentje klaar, waarop ik mij uiterst voorzichtig en uiteraard luid kreunend, liet zakken. Elke dag kreeg ik bovendien een brandschone onderbroek en een schone handdoek plus washand.
Een keer mocht ik met een spiegeltje kijken naar mijn zere bil voor ik weer verbonden werd. Ik viel bijna flauw. Wat een monsterlijk ding! het had de grootte en dikte van een zandkoekje. Ik wilde daarna niet meer kijken. En zandkoekjes lustte ik nooit meer.

Mijn moeder meldde, met een verstand-van-zaken-gezicht, dat er veel pus uitkwam en dat vond ze heel goed. Schoon gaas, verband en watten toverde ze in grote hoeveelheden tevoorschijn en het vuile spul verdween in onze zinken vuilnisemmer. Ze waste heel vaak haar handen met lysol. Dat rook naar, nou ja, naar lysol. En ze genoot. ‘Nee, je moet geen negen-oog krijgen, daar moeten we voor oppassen’, meldde ze geregeld stralend.
Dat gebeurde niet en daar had ze ook absoluut op vertrouwd.

Waarom vertel ik dit nu op mijn ruim zeventigste?
Vorige week kreeg ik het authentieke steenpuistgevoel achter op mijn schouder. Ik herkende het ogenblikkelijk.
En ja, daar was-ie: groot, gloeiend en ouderwets, meldde mijn spiegeltje. Ik heb dus echt aanleg, want eens in de zestig jaar krijg ik er een. Gelukkig werd het dankzij de bekende moedermaatregelen geen negenoog. Alleen is de benzinezalf inmiddels niet meer verkrijgbaar en adviseerde mijn arts alleen maar gewoon stromend water van de douche en een nat washandje. jammer…

Maar bedankt nog, mam.

Categorieën: Algemeen

pally

Genieten van leven en mensen en natuur om mij heen. Schrijven als belangrijke drijfveer om te ordenen, te relativeren en te communiceren.

22 reacties

Mien · 19 mei 2016 op 07:37

Trekzalf met teer. Nu schiet het me weer te binnen. Zo heette die zalf. Die schoot inderdaad niet alleen dwars door de steenpuist maar ook door je neus. Een steenpuist op een tere plek. Doet sommige wielrenners afstappen in grote rondes. Beeldend geschreven. Zintuiglijk.

arta · 19 mei 2016 op 08:17

Een heel mooi schilderijtje met een stinkende nasmaak.

Ik vind het altijd mooi hoe jij ‘verhalen van toen’ naar deze tijd vertaald.

Mooi geschreven!

NicoleS · 19 mei 2016 op 13:24

Mooi stuk, Pally. Ik hoop dat je geen pijn meer hebt van deze steenpuist. Je moeder was denk ik wel een heel lief mens.

    Meralixe · 19 mei 2016 op 13:52

    O NicoleS, maar Pally is ook een lief mens hoor. Ik ken haar hier al jaaaaaren als een rustgevende baken. En… een uitstekend schrijfster.
    Klein voorbeeldje; ruiken als een stationair draaiende motor. Hoe kom je er op. Maar, en daar zit de kracht van haar woorden, IEDEREEN uitgenomen die van een andere planeet, weet wat je je er daar bij moet voorstellen. :p

      NicoleS · 19 mei 2016 op 14:07

      Ik bedoel dus niet dat Pally zelf niet lief is. Integendeel. Voor er misverstanden ontstaan. Ik bedoelde dat haar moeder mij heel zorgzaam leek.

      pally · 19 mei 2016 op 21:34

      Erg bedankt, Meralixe, voor je lovende woorden. Ik bloos er zowaar een beetje van…

    pally · 19 mei 2016 op 21:32

    Dank Nicole, nee het is zo goed als over. Mijn tweede moeder heeft in ieder geval erg haar best gedaan, met wisselend resultaat.

Hans Schoevers · 19 mei 2016 op 14:11

De herinneringen borrelen op.
Bij ons lag er een houten spateltje naast de pot met ’teer’.
Ook ik ben daarmee bestreken, gelukkig niet met zijn monster op het zitvlees.
Mooie, gevoelige column, Pally!

Snarf · 19 mei 2016 op 22:25

Lekkere column, Pally. Een mengsel van gedroogde spinnen, gefermenteerde knoflook, trassi en verse konijnenkeutels werkt ook goed. Mijn wratten verdwenen binnen een uur.

Bruun · 20 mei 2016 op 12:35

Geweldige column. Heerlijk beeldend en met de nodige humor. Ik hou ervan.

Esther Suzanna · 20 mei 2016 op 13:08

Gelukkig nooit een steenpuist gehad, wel een tattoo maar dat was zelfverkozen op ‘de blaren zitten’ ?. Mooi stukje Pally!

Yfs · 20 mei 2016 op 17:11

Zo’n ‘verstand-van-zaken’gezicht van een moeder ken ik!
De hele sfeer in je column bracht me terug naar de tijd dat wij ons nog wasten in een zinken tijl in de huiskamer voor de kolenkachel.
Heb even moeten googelen wat een negen-oog was, en dat had ik beter niet kunnen doen….
Heerlijk geschreven Pally. Ik heb er van gesmuld ( van je schrijfstijl) 🙂

    pally · 20 mei 2016 op 22:10

    Bedankt , Yfs. Leuk hè, even terug gaan door een column…En zo’n negen-oog: bah, inderdaad…

Nachtzuster · 20 mei 2016 op 17:33

Hahaha Pally, wat een leuke column! En hoezeer herken ik het enthousiasme van je moeder toen zij de steenpuist bij jou ontdekte. Niets fijner voor een verpleegkundige om na een tijdje het pus eruit te zien lopen. (Nee, niet eruit drukken, dan krijg je die negen-oog)
Sorry voor alle mensen die dit onsmakelijk vinden. 😉
Erg leuk geschreven!

pally · 20 mei 2016 op 22:11

Je snapt het precies, Nachtzuster!

Geef een reactie

Avatar plaatshouder