‘Het regent, en het is vast een regentje voor de hele dag.’ Mijn echtgenote stond voor het raam en keek naar buiten.
‘Ja, maar best goed voor de tuin, toch?’ Ik probeer altijd maar weer het positieve erin te duwen.

‘Schat, het is oktober. Er gaat nu echt niets meer groeien, dus zal het die tuin een zalige zorg zijn of hij water krijgt of niet. Je hebt er ook geen verstand van.’
‘Nou, ik vind dat ik me, startend vanaf een Haags balkonnetje met plantenbakje, toch aardig heb weten te ontwikkelen.’

‘Je hebt het nog steeds over de tuin?’ Ze keek me aan.

‘Ik heb het gevoel dat ik er even uit moet vandaag’, zei ik.
‘Vluchtgedrag?’, vroeg ze.
‘Hoezo vluchtgedrag?’
‘Je moet je met dit weer ook thuis kunnen vermaken, toch?’
‘Lieve schat, ik ben drieënzestig, je verwacht toch niet van mij dat ik de lego-kist pak en hier op de grond mijzelf ga “vermaken”?’
‘”Vermaken” is ook iets van het pakken van een boek en lezen.’ Ze glimlachte.
‘Zie je mij in hoekje zitten met een boek? Waar gaat dit over? Ik heb gewoon zin om er even uit te gaan. Hoezo vluchtgedrag.’

Het werd even stil.

‘Hm, eigenlijk zou ik de indeling van de tuin wel iets willen veranderen, een leuk prieeltje achterin met een mooie Engelse border.’ Ze keek nog steeds naar buiten. Naar de tuin. Ik reageerde maar even niet.
‘En dan links achterin iets van een jacuzzi. Dat zou best kunnen, toch?’
‘Je bedoelt zo’n houten bak water waar je een kachelpijp insteekt en dan met hout verwarmt?’ 
‘Bijvoorbeeld. Hoe noemen ze zo’n ding ook alweer?’
‘Hot-tup’, wist ik. 
‘Lijkt me heerlijk. Dat kan ook in de winter.’
‘Zie je mij in zo’n bak water zitten met zo’n smerige stinkende kachelpijp naast me?’
Ze keek me aan. ‘Ja, dat is het landleven, Bart.’
‘Ik krijg spontaan heimwee naar mijn balkonnetje.’

‘En dan een mooi beeld, of een mooie grote staande plantenbak. Zo’n ding op een sokkel’, ging ze verder. ‘Ik zou er twee nemen’, grapte ik. 
‘Ja, dat zou wel mooi kunnen, twee. En dan rechts iets van een vijver. Hoeft niet zo groot.’
‘En dan een Hollandse kabouter-Plop-border met zo’n hengel? Of heb je liever een molentje. Pfft, het klinkt zó burgerlijk.’

‘Hoe zou jij het dan willen?’, vroeg ze. Ik ging naast haar staan.
‘Ik zou die stinkende hot-tup daar links weghalen. Ik denk ook dat ik de vijver zou dempen, kabouter Plop met pensioen zou sturen en die molen in de fik zou steken. Dan zou ik vervolgens dat prieeltje slopen, de border afbreken en die twee plantenbakken inclusief sokkel verpatsen.’

‘Zullen we maar een bakje koffie gaan drinken in de stad?’, stelde ze zuchtend voor.
‘Lijkt me echt een uitstekend plan’, zei ik.

Ik vond dat ik haar moest kussen.

Bart

Categorieën: Algemeen

Bart

Bart Vlasblom, 63 jaar en met pensioen. Inmiddels vijftien jaar actief als columnist. Werkwijze: Met een kritische blik dagelijkse ontwikkelingen volgen. Zowel op politiek, maatschappelijk als persoonlijk terrein. Dit alles uitvergroot en op een humoristische wijze weergegeven. Brompotcolumns zijn "columns met een knipoog..."

7 reacties

NicoleS · 3 november 2017 op 07:47

Haha. Die vrouwen blijven altijd proberen. Ik doe hetzelfde bij mijn man. En nee hij trapt er niet in. Al gaan we nu dan wel ons half instortende hek vernieuwen.?

NicoleS · 3 november 2017 op 07:48

Oh en leuke column trouwens. Ik heb hem met plezier gelezen.

Mien · 3 november 2017 op 08:28

Gardentwist. Leuk!

Karen.2.0 · 3 november 2017 op 13:18

Wat een lief stuk!

Arta · 4 november 2017 op 07:48

Wat een sympathiek stuk!
Leuk om te lezen!

Mosje · 5 november 2017 op 11:11

Leuk geschreven Bart. Maar ik kijk nu wel een beetje met angst en beven uit naar mijn pensioen. Alhoewel, mijn pensioenleeftijd loopt sneller van me vandaan dan ik ouder wordt. 😉

Bart · 5 november 2017 op 16:54

Dank voor alle reacties.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder