13 januari 2017

Samuel komt aangereden in zijn zwart-witte mini. Hij is keurig gekleed. Zijn pak oogt kostbaar. Het gezicht staat bezorgd. De bakker arriveert tegelijkertijd met een kist brood voor deze week. Samuel staat er naast te kijken hoe ik het brood aanneem.
‘Tjonge, jullie eten best veel brood,’ merkt hij lachend op. Hij hurkt, veegt een klein vlekje van zijn glimmende schoen en gaat dan weer staan.

In de praktijk is het warm. De straalkachel staat te ronken in de hoek van de kamer. Samuel ontdoet zich van zijn dure jasje en hangt het over zijn stoel. Dan begint hij zijn overhemd los te knopen. Mijn mond valt open.
‘Wat ga je doen?’ vraag ik. Zijn gebruinde borst wordt zichtbaar. Ik zie donkere stoppels op de huid. De kleine tepels. Ik zie wat ik niet hoor te zien, moet ik niet eigenlijk een andere kant opkijken? Samuel knoopt zijn broek los en kijkt me wanhopig aan. Als hij al denkt dat ik me opgelaten zou kunnen voelen, laat hij dat niet blijken.

‘Kijk,’ zegt hij, en komt wat dichterbij. ‘Denk jij dat de ene kant dikker is dan de andere?’ Hij kijkt me ernstig aan en wijst naar zijn zijdes.
‘Dikker? Wat bedoel je daarmee? Dikker.’
‘Nou, kijk, misschien, had ik zo gedacht, is een van mijn zijkanten iets dikker dan de andere. Dat kan toch?’ Ik werp een blik op zijn rechterzij en vervolgens op de linkerzij. Er is geen verschil te zien.
‘Ik zie niks,’ zeg ik. Samuel komt nog dichterbij en staat nu recht voor mij. Hij neemt mijn hand en drukt mijn wijsvinger op zijn linkerzij.
‘Voel je dit?’ vraagt hij bezorgd.
‘Wat moet ik dan voelen?’
‘Een verdikking.’
‘Ik voel echt niks,’ zeg ik en trek mijn hand terug. Samuel loopt naar de deur, neemt het gordijn dat er voor hangt in de hand, en wijst naar het motief op de stof.
‘Kijk, in mijn zij zitten spieren,’ legt hij uit, ‘die horen normaal gesproken door te lopen, maar bij mij zit een bloeduitstorting. Dat zei de echoscopist. ‘
Ik trek mijn wenkbrauwen op, kijk naar het deurraam en zie dat mijn buurvrouw vanuit haar slaapkamerraam dankzij het zojuist opengeschoven gordijn precies de praktijk in kan kijken.
‘Wat wil dat zeggen?’ vraag ik,  ‘een bloeduitstorting in je zij?’
‘Nou, die dokter zei dat het geen kwaad kan, maar ik geloof er niet in. Bij elk pijntje dat ik voel denk ik aan mijn zij. Ik word er gek van.’ zegt hij, aardig in paniek.

‘Maar Samuel, als die dokter zegt dat er niets ergs aan de hand is,’ begin ik op kalmerende toon.
‘Kijk, en daar heb je het. Dat geloof ik dus niet.’ Hij gaat zitten en neemt een mobiele telefoon uit zijn jasje. Hij scrollt wat over zijn beeldscherm en toont mij dan vier verschillende foto’s van zichzelf, treurig kijkend met zijn hand op zijn zij.
‘Die heb ik naar de rabbijn gestuurd,’ zegt hij, ‘en hij vertelde ook dat er niks is. Jij zegt het, de fysiotherapeut, de assistente van de dokter, de huisarts ook, maar ik geloof het niet. Er is wel wat.’
‘Ja, maar Samuel, je bent een hypochonder. Daarom denk je dat. Er is wel wat mis, maar niet datgeen wat jij denkt. ‘
‘Ik weet het, ik weet het.’  Hij knoopt zijn broek en hemd weer dicht en we praten over zijn angst. Het is moeilijk. En voor hem is het levensecht. Maar wat is waarheid? Niks is echt en tegelijkertijd is alles realiteit.

Manlief haalt Femke uit school. Ze moest overblijven, dus het was een lange dag voor haar.
‘Mamaaaa!’ roept ze en stormt op me af. Ze geeft me een knuffel. Ik kijk haar aan. Ze is moe.
‘Je ziet witjes,’ zeg ik bezorgd.
‘Jaaa, YESSSSS!’ roept ze enthousiast.
‘Yes?’
‘JAAA, dan lijk ik echt op een vampier! Hoeraaaa!’ Ze draait zich om en danst naar boven.

Categorieën: Algemeen

NicoleS

Door veel te lezen word je een betere schrijver. Joost Zwagerman was ervan overtuigd. Ik houd van lezen maar ook van schrijven. Ik ben bij column x terecht gekomen dankzij mijn lieve vader die hier jaren columns geschreven heeft. Kees Schilder is zijn naam. Ik hoop evenveel plezier te beleven aan het schrijven als hij. Favoriete schrijvers: Gerard Reve, J.J Voskuil, Maarten 't Hart, Adriaan v Dis, Arnon Grunberg, WF Hermans, Simon Vestdijk, Louis Bordewijk en Jean Plaidy. Favoriete boek: Het bittere kruid, Marga Minco.

10 reacties

Mien · 20 januari 2017 op 09:12

[b][url=http://www.babybytes.nl/namen/jongens/Samuel]Samuel[/url][/b] heeft dat vast gehoord van een lieve heer. De enige waarin ie gelooft wellicht. ?
Heerlijk, de relativering aan het eind. ?

van Gellekom · 20 januari 2017 op 12:33

je gaat dan toch aan bewaking van je praktijk denken, als je zo’n man binnen krijgt. Die relativering aan het eind is inderdaad briljant

Esther Suzanna · 20 januari 2017 op 13:01

Mooi!

Karen.2.0 · 20 januari 2017 op 20:37

Jij moet een engelengeduld hebben Nicole.. Ik zou dr wat van krijgen, van zo’n type Samuel. En wat heerlijk zo’n kind dat dan onbekommerd aan het vampieren slaat. Heerlijk beschreven weer!

NicoleS · 21 januari 2017 op 20:56

Geduld? ???

Blanchefort · 22 januari 2017 op 18:20

Prachtig beschreven. Je zult maar zo’n aandoening hebben en je er nog van bewust zijn ook. Gruwelijk lijkt me dat. Dat je de gevangene bent van je gedachten. Je mag je dan gelukkig prijzen dat je zoiets zelf niet hebt. En wat zorgt Femke voor een heerlijke bevrijding. Het is te hopen dat we allemaal dat kind in ons nog hebben op momenten dat mijnenvelden dichter bij ons komen dan ons lief is.

    NicoleS · 22 januari 2017 op 20:12

    Dank Blanchefort. Ja kinderen kunnen zo mooi relativeren. Ben er jaloers op soms.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder