Het begin van het einde is ingeluid. En de klokkenluider was jijzelf. Knap en stoer vertelde jij mij dat alles uit handen was gegeven. De zuurstof voor de nacht zou maandag geinstalleerd worden, de procedure van de euthanasie is je uitgelegd door je arts, die haalde er voor alle zekerheid nog een assistente bij en een aantekening in je anamnese zodat je nooit gereanimeerd wilde worden. Zakelijk en koel kom je over wanneer jij mij dit zo zegt. “Zo Leny deze vracht heb ik toch maar mooi van je spekkenek gehaald zussie van me”, grap je nog. Omdat zij mij gevraagd had de touwtjes in handen te nemen als het zover was. Dat deed ik bij mijn moeder en dat had ik bij mijn oudste zus gedaan.
Als een kapitein op een schip zonder enig gevoel zakelijk de dingen voor de familie geregeld, wel in samenspraak met de man van mijn zus, maar voor de rest kwam de familie bij mij met vragen en alles wat rondom een crematie zich zou voor kunnen doen.

En ik deed dat, was het verplicht aan mijn zus, gewoon omdat het mijn liefste zus was die ik op dat moment had. Een stukje van mijn jeugd was niet meer. Nu gaat de jongste uit het nest van zeven. En we zijn nog met vier. De Lieve Heer gooit ons in de opruiming, kan niet anders.

Ik heb verdomme kanker gehad, heb geleefd als een beest, ben alcoholverslaafd geweest, verslaafd aan de sigaretten, vele relaties verknald daardoor. Doch overwon mijn ziekte en verslavingen door de wil om te willen leven, op eigen kracht omdat ik zag hoeveel verdriet mensen om mij hadden, en bezorgd waren. Dat was de wilskracht die ergens binnen in mij zat om alles te overwinnen.

Jij hebt niets om voor te vechten, de bijl is gevallen, de beslissingen zijn genomen. Je hebt de regie zelf in handen genomen net als onze moeder en ineens besef ik hoeveel jij op haar lijkt in deze. Jij wilt net als mamma zelf bepalen wanneer je gaat, maar je hebt één ding tegen.
Lucht uit een flesje, je lichaam is niets meer, je vergeet dingen omdat ook je hersenen te weinig zuurstof krijgen. Maar we blijven lachen als ik je iedere dag bel. We wonen zo ver van elkaar en je wilt niet meer hierheen, het is je al te ver. Omdat elke ademhaling een stap eerder naar je kist is. Dat weet je nu. Elke verkoudheid, een longontsteking en het is gebeurt met je.

En nog zijn er familieleden die denken dat je de boel in de maling neemt. Om te spotten met je einde is de gotspe zelf. Maar misschien is dat ook je hoofd in het zand steken, bang om er weer een weg te brengen, en we zijn nog in de rouw van onze broer en zus die we kort geleden verloren zijn. Jouw vraag “Houd het dan nooit op?”, is hiermee beantwoord. Nee het houd pas op als jij eens stopt met mij te jennen door te zeggen “Ik ben lekker eerder bij pappa en mamma dan jij nananananana”,. Maar de lach houd ons overeind, alleen heb ik gisteren in mijn achterhoofd de bijl horen vallen en de man met de zeis als een schaduw op mijn muur gezien. De zeis was nog omlaag, maar als in een vertraagde opname komt die zeis steeds hoger.
En ik? Ik wacht tot de zeis stijgt om met een bloedgang jouw leven te nemen. Als de Lieve Heer ons genadig is, laat het in je slaap gebeuren. Maar wacht even totdat we elkaar nog gesproken hebben door de foon, omdat we nog altijd zeggen “dag dag ik hou van je”. Want er kan nooit geen morgen meer voor jou komen.

Categorieën: Algemeen

klapdoos

Gewoon een Amsterdamse vrouw die met een vrouw getrouwd is, ziek is, zodanig dat de neerwaartse spiraal steeds verder zakt. maar een kniesoor die daarop let. Ik lach graag, heb genoeg traantjes gelaten om mijn ziekte en nu is het tijd om via mijn nieuwe boek eens door te gaan met uit het leven te halen wat er te halen valt, zeker in een crisistijd is het de kunst om toch vrolijk te blijven. Mijn motto is dan ook: Een dag niet gelachen is zeker een dag niet geleefd.

5 reacties

Neuskleuter · 19 februari 2008 op 15:07

Een zwaar verhaal, maar goed beschreven. De beste humor komt vaak als het niet meer veel erger kan, dus het jennende nanananana van je zusje kwam grappig aan. En toch zo triest tegelijk. Maar dat maakt dit verhaal sterk.

Mosje · 19 februari 2008 op 19:50

[quote]Want er kan nooit geen morgen meer voor jou komen.[/quote]Mij werd vroeger verteld dat in hiet hiernamaals alles kan, en alles bestaat. Dus het is er altijd morgen. Tenzij je meer van gisterens houdt, want dan is het altijd gisteren.

Fem · 19 februari 2008 op 20:43

soms lijkt de strijd oneerlijk maar je bent altijd winnaar als je je geest niet gewonnen geeft!
sterkte…

pally · 20 februari 2008 op 12:21

Veel sterkte, Leny!
Moet een moeilijke tijd zijn voor jou en je familie. De wat grove humor lijkt me prima te werken in zo’n situatie.

groet van Pally :kus:

Dees · 20 februari 2008 op 20:40

Mooi stukje Leny, heftig. Je eigen moed klinkt er doorheen. Sterkte.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder