Locatie Termunterzijl 2018 in een donkerbruin klein kroegje dat eigenlijk niet open mag zijn kerstnacht laats staan kerstdag. Er zit een soort André Hazes senior op de grote barkruk aan de bar en hij houdt zijn hoofd met woelig haar stevig vast in zijn handen en schudt nee terwijl de muziek een bekend kerstmisdeuntje speelt. Iets met Halleluja en Alle kameraden en een ouwe voetbalschoen het is eigenlijk een meddley van verschillende nummers stille nacht en nu mag u komen hiep hiep hoera. Zelfs de barman of is het een vrouw, weet ik veel, wordt er een beetje misnoegd van. Misselijk ook.Van de lucht die uit de keuken komt. Bakt ie nu al oliebollen de barman/vrouw,nee toch, in fritesvet, gedver nee niet doen. En dan. We krijgen toch geen olieballen op kerstavond. Daar hoort worstenbrood bij en kindeke jesus die in de kribbe gelegd moet mag worden aldus Belgisch begrip. Daarna een pintje,toch? Duvel godnondedju. Met een dikke kraag. De ouwe andré  aan de bar schrikt wakker als ik binnenkom. Hij verwacht volgens mij niemand en ik … ik ben de weg kwijt. De eenzame weg naar mezelf ben ik al jaren kwijt en ik zoek troost ineen kroeg. Eenzaam desnoods. De kroeg dan. Zoveel mensne zitten er niet in dekroeg op een doorsnee kerstavond toch? Hoi zeg ik tegen de eenzame ouwe André. Want dat ie eenzaam is dat zie je zo. Hij gaat sosiweso heel enzaam kerstmis vieren.In de hemel denk ik dan. Die man is toch allang dood. Maar hij heet niet Andre. Hij zegt dat iedereen hem verward met die volkszanger. Maar nee. Hij heet niet Andre hij heet Piet. En hij houdt van hardrok. Pittige stijve leren rokken.Daar houdt ie van. Liefst tot net boven de knie. Zodat je nog net een klein kruisje ziet als de betreffende hardrokdrager of betreffende gewenstehardrokdrager op de imaginaire kruk naast hem komt zitten. Op hem komt zittenbij voorkeur. Wat een maffe viespeuk denk ik dan. Die hardrokliefhebber Piet. Ik zie hem zo al een stijve krijgen. Nee dat zie ik niet. Dat wil ik ook niet zien. Samen drinken we vijftien Duvels. Doen we wel eventjes over maar toch. De kroegbaas/bazin heeft verder toch niets te doen die avond en nacht. De gordijne zijn allang dicht en het licht gedimd. Over de bezem zij we gesprongen. Op zijn Potters en behoorlijk eucaliptisch. En ja, we hebben ook wat geblowd. Poerkwapa, heerlijk goedje. Stijgt naar hoofd, knie, ogen oren hoofd en teen.Onmiddellijk. Maar lekkkuuuurrrrr. Het café lijkt ook veel voller nu. Ik hoor heel veel geluiden en zie iedereen zweven. Apart. Piet heeft zich vermenigvuldigd. Wat zeg ik ik zie er wel tien. Ga eens zitten zeg ik dan. Maar nee hoor. Ze vliegen vrolijk kriskras door elkaar heen. Ik word er nu toch ook misselijk van en moet overgeven. Hele vieze zwarte olieballen. Ik lijk wel een gekke dorpsuil. Nou ja alles beter dan dorpsgek. Die lopen er al genoeg rond.Op eerste kerstdag strompelen Piet en ik de kroeg uit. Op straat laten mensen de hond uit. Ze kunnen ons ook een riem omdoen. We snuffelen, piesen en poepen net zo hard en veel sneller. Ook onze aaibaarheidsfactor is veel en vele malengroter. We bijten ook niet. Behalve op van tafel gevallen oliebollen. Dat blijft. Krijg je niet uit ons karakter. We zijn ook perfect voor oude eenzame mensen. Voor jonge trouwens ook. Neem ons toch mee, lieve mensen u krijgt er geen spijt van. Wij zijn heel heel lief.  


4 reacties

Nummer 22 · 25 december 2018 op 14:20

Welkom,! Waar staan jullie?

Mien · 27 december 2018 op 15:15

Waar ik aan denk?
De familie Hazes en hoe ze er vandaag de dag bijzitten in oorlog en vrede. Och arme. Broer en zus die elkaar niet kunnen luchten. Da’s pas armoede.

Suus · 27 december 2018 op 22:50

Dit moet Mien zijn, die nog altijd de schurft heeft aan de blocks van Gutenberg.

Mien · 5 januari 2019 op 22:30

Waar ik aan denk? It is me 1/4!

Geef een reactie

Avatar plaatshouder