Ik ben jong. De zon gluurt door het raam en ik speel in de halfverlichte kamer waar ik de eerste jaren van mijn jeugd heb doorgebracht. De meubels zijn reusachtig en de ommuring zorgt ervoor dat ik me koning in een kasteel voel. Ik kan staan waar ik wil en er is niemand die me ziet. Mijn moeder roept me en ik verstop me onder de eikenhouten eettafel die ik heb omgedoopt tot de ophaalbrug die naar de poorten van ons kasteel leidt. “Verstoppen heeft geen zin”, lacht ze.
Ik trek mijn knieën tegen mijn kin op, in een poging om mezelf nog kleiner te maken dan ik ben.
Met zware passen loopt mijn moeder rond de tafel.
Ze weet waar ik ben.
En ik weet dat ze het weet.

De adrenaline giert door mijn keel. Ik doe mijn best om zo zacht mogelijk te ademen en hou mijn handen voor mijn mond. Plotseling zie ik hoe een stoel langzaam naar achteren wordt getrokken. Ik storm naar voren, en grijp mijn moeder bij haar been.
“Daar ben je”, roept ze uit en de spanning is geweken. Want waar ik ook heenga, ze vindt me altijd weer terug.

“Verstoppen heeft geen zin”, denk ik.
Ik trek mijn knieën tegen mijn kin op in een poging om mezelf nog kleiner te maken dan ik me voel.
Ik zit alleen onder de tafel en er is niemand die het ziet.
Niemand weet waar ik ben.
Zelfs ik vraag het me af.

De adrenaline giert door mijn keel. Mijn ademhaling verloopt moeizaam en ik hou mijn handen voor mijn mond om mezelf tot kalmte te manen. De stilte is snijdend, de tijd staat stil, en het verleden bestaat alleen nog maar uit foto’s aan de muur. Er is geen stoel meer die langzaam naar achteren wordt getrokken.

“Hier ben ik”, roep ik uit maar er is niemand die het hoort.

Zelfs koninginnen blijken vandaag sterfelijk te zijn.

Ik vraag me af waar ze is.
En ik hoop dat ze me ziet.

Categorieën: Algemeen

13 reacties

bert · 27 december 2005 op 17:33

Als ik het huis passeer waar ik ben opgegroeid kijk ik ook altijd nog even door het raam naar binnen terwijl ik weet dat de rookstoel er niet meer staat….
Mooie herinnering, mooie column. 🙂 🙂 🙂

Mup · 27 december 2005 op 19:09

Heb ooit ook eens een stukje geschreven over het verlies van mijn moeder. Was moeilijk, kwam de eerste jaren niet verder dan de gedachte: Als mens gaf je alles, en wij namen gretig.

Heel mooi Troy!

Groet Mup.

Trukie · 27 december 2005 op 21:07

Soms zou je broers en zussen maar wat graag een onherstelbare telefoonstoring toewensen. Soms kun je ze ook zo verdomde hard missen.
Ook je duidelijke colums hebben nog zo veel tussen de regels staan, waar je geen woorden voor kunt vinden.
Mooie column Troy

melady · 28 december 2005 op 00:20

Fictie of werkelijkheid Troy, in beide volg ik je.

Deze is mooi, heel mooi.

sally · 28 december 2005 op 00:51

Deze zou heel mooi in de “eenzaam” serie van Raindog passen.
Enorm veel gevoel in een korte column.
Prachtig!
Liefs
Sally

WritersBlocq · 28 december 2005 op 01:07

Fantastische fantasie van een kind, de details zo herkenbaar geschreven, ík zat daar, onder die tafel.
De fantastische terug naar nu beschrijving die daarop volgt heb je zo knap neergezet. Wederom kippenvel aan deze kant, door een stuk van jou. Niet voor het eerst, en ook niet voor het laatst, hoop ik.

Ma3anne · 28 december 2005 op 08:21

Erg mooi Troy…
Het haalt heel diepe gevoelens naar boven die ik vergeten was…

klungel · 28 december 2005 op 08:38

Ik kijk even onder de tafel en rijk je mijn hand. Een knuffel volgd op korte afstand. En zo te horen gaat het goed met je moeder en is ze op veilige afstand.

wendy77 · 28 december 2005 op 09:07

Alles is al gezegd denk ik Troy. Prachtig!

Lynne · 28 december 2005 op 11:47

Mooi, mooi, mooi Troy. 😉

Dees · 29 december 2005 op 13:12

Ik word vaak wel erg treurig van je columns, maar ze zijn ook vaak wel erg prachtig. Petje af.

Li · 29 december 2005 op 19:46

Het gemis raakt mijn hart.
Heel mooi geschreven.
Alweer.
Li

KawaSutra · 30 december 2005 op 00:22

Ze ziet je, Troy.
En je raakt me met dit prachtige verhaal.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder