Ik ben de zoon van de minister van Binnenlandse Zaken van België, zei Raoul, een Belgische Waal, in vloeiend Indonesisch tegen de Indonesische politieman, dus laat mij gerust.
De agent liet ons gerust en gebaarde dat wij mochten doorrijden.
Waarom zei je dat, vroeg ik.
Och, zei Raoul, Ze liegen allemaal, dus ik mag ook liegen. Het was toen tweede kerstdag in het jaar 1983. Ik was net aangekomen in Indonesië en ik vond dat een krasse uitspraak.
Nu ben ik hier al 21 jaar en nu weet ik wel beter. Raoul had gelijk.
In april 2004 zullen voor het eerst in de geschiedenis van Indonesia rechtstreekse verkiezingen plaatsvinden, zowel presidentsverkiezing als verkiezingen voor het Nationale Parlement maar ook verkiezingen voor de lokale parlementen van Bali, Sumatra, Maluku, Sulawesi, kortom, al de provincies van Indonesia.
Dit betekent dat de toekomstige president rechtstreeks verkozen zal worden door het volk en dat het volk ook de provinciale vertegenwoordigers rechtstreeks mag kiezen.
Er is nochtans een probleem : enkel 30 procent van de 220 miljoen Indonesiers begrijpen de kiesbrieven. Velen begrijpen niet waar het over gaat. Men kan niet zomaar een onderdrukt volk democratie aanleren. Eerst waren daar de Hollanders, dan de Javaanse diktators Soekarno en de super diktator Soeharto een nu weer Javanen die de rest van Indonesia onderdrukken.
Er is een verkiezingscommissie die zowel de provinciale als de nationale kandidaten controleert op goed gedrag en zeden. Deze commissie heeft vastgesteld dat er meer dan vierhonderd valse diploma?s werden medegedeeld door de kandidaten. (Diploma?s zoals Doctorandus, Meester in de Rechtsgeleerdheid, Dokter geneeskunde, enzovoort)
Sommige kandidaten zijn veroordeeld door de rechtbank (omdat ze de rechter niet konden omkopen wegens gebrek aan geld of omdat het teveel opviel en de rechter dus verplicht was een ? lichte – straf uit te spreken)
In dit land is de leugen tot waarheid verheven, is de waarheid een leugen.
In Nederland wordt er ook gelogen maar nergens zo vulgair als in Indonesia, het land dat ik haat en tegelijk liefheb. In Indonesia liegt men als hobby. Nooit is iets waar tot ik goeie research gedaan heb. Dan pas geloof ik het.
Zo was er een kerel die beweerde dat hij Prof. Dr Supriyanto was. Natuurlijk geloofde ik hem niet. Ik belde de Udayana Universiteit hier in Bali en daar bleek inderdaad een Prof. Dr Supriyanto te bestaan, maar, zei de telefoniste, de Prof. Dr. was in Londen.
En zo kan ik voortgaan.
Een land van leugens.
Zelfs mijn zoontje van tien jaar oud liegt wanneer hij zegt dat een huisleraar elke dag naar het huis van zijn grootouders komt. Hij en zijn broertje verblijven al een maand bij hun Indonesische grootouders, in Cianjur, op tweeduizend kilometer van Bali, maar mijn zoontje van acht zei de waarheid : er is geen huisleraar.
?Mama geeft ons les in Engels? zei hij toen ik hem net opbelde.
Dat zullen mooie lessen zijn, zo ergens tussen haar afspraak met de kapper en haar urendurende shopping, een minuut of tien dus. Want langer houdt zij het niet vol om Engelse les te geven. Bovendien wordt haar kennis van het Engels omlijnd door grammaticale fouten.
De moeder van mijn kinderen, mijn ex-vrouw, kwam even op bezoek vandaag. Ze was even overgevlogen van Bandung naar Bali. Twee uren per vliegtuig. Even ver als Brussel- Rome. En ze gaf mij een kadootje : 2 miljoen rupiah. Dat is 188 euro. Ze wilde wel dat ik volgende week even kwitanties voorleg teneinde te bewijzen wat ik met dat geld gedaan heb.
Dat het mijn geld is kwam niet in haar op. Hoeveel heeft ze niet van mij gestolen ?
Ach ja, ik ben slechts een van de vele bule (blanken) die bedrogen zijn door Indonesische vrouwen.
Ik leef in armoede in een toeristenparadijs. Alles heeft zij ingepikt en alhoewel de Indonesische wetgeving dit verbiedt, kan ik niks doen, want dank zij haar relaties is de rechtbank mij niet goed gezind. Vergeet de rechtbank, want de rechter buffelt met mevrouw de griffier, en de andere rechter grijnslacht omdat hij al geld heeft ontvangen van mijn ex-vrouw.
Gisteren kwam de griffier van de rechter op bezoek, en na een beleefd gesprek (wat is men toch hypocriet hier ) zei mijnheer de griffier dat de rechter graag vijfduizend euro wil hebben. Ik zou dan de zaak winnen.
Ik heb beleefd gezegd aan mijnheer de griffier dat ik geen geld heb…..
Wat ik wel aan mijn zoontjes gezegd heb is wat Willem Elsschot, de beroemde Vlaamse schrijver ook heeft gezegd over zijn kleinzoontje (maar ik heb nog geen kleinzoontje)
Langs de baan zal ik hem onderrichten: dat hij veel doen moet wat ik heb nagelaten en veel nalaten van wat ik heb gedaan; dat hij de gevulde hand moet afstoten, dat hij niet bukken mag voor het geweld, juichen noch rouwen op bevel van de machthebbers. Dat hij moet opstappen met de verdrukte scharen om vorsten en groten tot brij te vertrappen. Ik zal met hem het lied der bevrijding aanheffen en zo bereiken wij samen het land waar die gouden vogel jubelt, véél hoger dan de leeuwerik.
Dirk
7 reacties
Godspeed · 10 maart 2004 op 15:03
Welkom na lange afwezigheid, Wayan.
Toch niet in de bak gezeten:-?
Voor 500 Euro kan deze Column blijven staan, anders moet ik hem verwijderen.:-D
Kobus · 10 maart 2004 op 19:14
Goed dat je weer terug bent, ben benieuwd naar het vervolg. Is er n.a.v. je vorige columns veel veranderd in je situatie ? Je kunt gerust meepraten in het cafe over man-vrouw relaties.
Eftee · 10 maart 2004 op 19:47
Mij wordt meteen duidelijk waarom ik niet met m’n zwager overweg kan.
Leuke, informatieve, column. 😉
Mosje · 10 maart 2004 op 22:09
Mooie strijdbare laatste alinea!
Ma3anne · 11 maart 2004 op 00:33
Wat een ramp om tussen corruptie en leugens te moeten leven…
Kippenvelverhaal.
Mup · 11 maart 2004 op 10:31
Misschien een idee om Balkenellende daar in de politiek te zetten. Dan is de overgang naar een mogelijke ‘echte’ democratie daar niet zo groot.
Indrukwekkende column,
Groet Mup.
Li · 11 maart 2004 op 19:59
De naam Wayan zegt mij ‘nog’ niets.
Daar komt hopelijk snel verandering in.
Aparte column 🙂