Koeltjes schijnt het eerste lentezonnetje. Ze kan zich nog maar net boven de huizen aan de overkant tillen, dus ik vergeef haar de kilte. Koffie, boek en mijn blauwgeschilderde stoel. De peuk mis ik, dat mag écht niet meer van mijzelf, maar de lucht is blauw, de temperatuur boven nul, dus ik gá er voor. Voorzichtig plaats ik mijn billen op de, nu al koude, zitting. Adriaan van Dis probeert mij Parijs in te trekken. Het lukt hem niet. Een slok koffie. Ik kijk wat rond over mijn lege plein en besluit nooit meer een boek van ‘van Dis’ te kopen. Het is best fris. Koffie. Toch jammer dat ik gestopt ben met roken. Oja, het boek.

Een paar deuren verder hoor ik een deur open gaan. Door mijn wimpers kijk ik wie er aan komt. ‘Hai’, ‘hoi’, als hij langsfietst. Ongeïnteresseerd. Een man die ‘hai’ zegt, is geen echte vent. De desinteresse is wederzijds. Ik probeer mijzelf te laten voelen hoe fijn het is, hier buiten. Erg overtuigend ben ik niet. Beweging. Aan de overkant. Verveeld kijk ik op.

Mijn overbuurman. Uitgesproken als o-ver-buur-man. Hij ziet er namelijk erg lekker uit en dan wil ik de naam proeven, traag laten rollen door mijn mond, om die lekkerheid voor mezelf te benadrukken. Ik krijg het weer wat warmer. Hij heeft het ook warm, denk ik, want hij draagt een zwart shirtje zonder mouwen. Hij draagt ook een emmer. En een trekker en zeem. Uitdagend kijkt hij me aan. ‘Ik ga de ramen zemen en ben niet te stoppen’ straalt hij uit. ‘Doe vooral je ding’ straal ik terug.

Ik leg Adriaan op de grond en ga er eens goed voor zitten. Een ‘Coca Cola-light break’, zomaar voor mijn neus. Waar buurman in de herfst nog een beetje vadsig leek, fantaseer ik hem nu tot een waar lustobject. Zwarte lange krullen dansen op zijn rug, op de maat van de zwoele pre-lentewind. Als hij zich uitrekt naar de bovenkant van het raam piept er een klein stukje buik onder zijn shirt uit. Geen enge witte winterbuik, maar een mooie gebruinde. Als een volleerde glazenwasser hanteert hij zijn gereedschap, ondertussen niet vergetend tattoo’s en zojuist ontstane armspieren te showen.

Na elke raam die hij gedaan heeft, kijkt hij even om en gunt mij een blik op zijn voorkant. Pas als ik mijn duim opgestoken heb, draait hij de welgevormde billen, gestoken in zwarte strakke broek, weer naar me toe. Ik twijfel nog welke kant ik het lekkerst vind. Hij doet me denken aan een oermens, met van die wilde, donkere ogen. Een aantrekkelijke vent. Woest aantrekkelijk. Zo eentje die vrouwen aan hun haren naar zijn hol sleept. Hè, wat is die zon toch fijn.

Als de laatste raam helemaal schoon is, haalt hij spijtig zijn schouders op, pakt zijn spullen en loopt het huis in. Jammer. Glimlachend sta ik op. De zon heeft de strijd met de zwaartekracht verloren en is weer half achter de daken gezakt. De schaduwgrens lijkt naar me toe te rennen, als ik mijn spullen bij elkaar raap om mee naar binnen te nemen, maar ik blijf hem voor en spring over de drempel. Gewonnen.

Nét als ik mijn voordeur wil dichtdoen zie ik zijn deur weer opengaan. Hij gaat de stoep vegen. Uitslover. Stoepvegende mannen zijn mietig. Ik kijk nog eens goed naar hem. Eigenlijk is hij best vadsig.

Categorieën: Algemeen

Arta

Zijn. bewonderen, verwonderen, notuleren, opwaarderen; Het zijn zomaar wat steekwoorden, die voor mij onlosmakelijk zijn verbonden aan 'Schrijven'. *Overigens schrijf en reageer ik als arta natuurlijk op persoonlijke titel

16 reacties

SIMBA · 9 april 2011 op 09:10

Ja, de zon kleurt álles mooier!

Ontwikkeling · 9 april 2011 op 17:56

[quote]Adriaan van Dis probeert mij Parijs in te trekken[/quote]
Die vind ik leuk!
[quote]De peuk mis ik, dat mag écht niet meer van mijzelf[/quote]
Wut? Wat goed! *schrikt en kijkt naar asbak buiten*
[quote]Eigenlijk is hij best vadsig.[/quote]
Dit vind ik geweldig. Heerlijk een ochtend mijmeren en er dan achterkomen dat hij toch wel uhm tja… vadsig is.
Topcolumn! (‘k zat naast je)

sylvia1 · 9 april 2011 op 20:13

Hahaha, mijn vriend staat net de stoep te vegen.. heerlijk, zo’n vent! 😀

pally · 9 april 2011 op 21:04

Zo leuk, Arta, hoe je, omdat je nou eenmaal een klein stukje lentezon in je lijf voelt, dat gevoel als een etiket maar even op je overbuurman plakt. Zolang het je uitkomt en de zon nog schijnt, om het daarna vervolgens weer snel van hem af te halen en in je zak te stoppen. Hele geestige lentecolumn! :wave:

groet van Pally

LouisP · 9 april 2011 op 22:14

Arta,
hij is goed hoor! Bijzonder, bij rwib had ik je niet greaden. Helemaal anders dan je andere columns, vind ik. Maar wel zo mooi en lekker om te lezen. Korte zinnetjes, reclamespotje ertussen. Je gedachtetjes…jaa! Die laatste alinea, gelukkig, hij is vadsig..

L.

lisa-marie · 9 april 2011 op 22:42

:zon: :naughty:
het einde denk ik er gewoon niet bij 😀

Kwiezel · 10 april 2011 op 00:51

Arta!

Heerlijk vlot geschreven met leuke en korte zinnen. I like. Enne, als kerel zijnde denk ik die fijne buurvrouw in fleurig lentejurkje er gewoon bij 😉

Mien · 10 april 2011 op 12:05

Leuke kopje-koffie-arta-column.
Titel vind ik ietsje minder.
Luilekkerloomlentelummelland was sterker geweest. :hammer:

Mien

trawant · 10 april 2011 op 12:46

Je had de goede zonnebril op Arta, voor dit verrassende stukje..
Zó horen vrouwen naar een man te kijken..dan was het voor allebei véél gezelliger.
maar ja op het eind…(jammer.. 😉 )

Meralixe · 10 april 2011 op 14:53

Er stond daar toch ook een auto met een klapband, ja,,,die met een Belgische nummerplaat!!!
Excuseer, dit is natuurlijk een flauw mopje dat niet past na het lezen van uw bijzonder mooie column.

“Mijn vrouw en mijn kat zijn allebei krols
Het valt me moeilijk ze rustig te houwen.
Ik zal binnenkort weer een hele boel
Nesten moeten bouwen.”

Uit een liedje van Jan de Wilde

Ferrara · 10 april 2011 op 22:07

Leuk roze brilletje Arta, past helemaal bij jou.

WritersBlocq · 10 april 2011 op 22:45

Ohhh Arta, met jou, jouw kleurrijke verschijning en dit soort columns neem je me mee de lente in. De lente, die ik niet zo graag verwissel voor de lekker frisse winter. De lente, die weer hitte inluidt en mij al laat denken aan kriebelnachten vol hittegolven en beessies. De lente wordt een stuk mooier door dit soort stukjes, zéker door de uitsmijter. Lekkerrrr!! Doe mij nog maar een portie 🙂
XXX Pauline.

phoebe · 11 april 2011 op 11:11

Arta…een tip:
Je mag wel roken van jezelf als je dat echt wilt..verbied het jezelf niet. Je moet jezelf alleen afvragen of je het wilt! Wil je die verslaving? Wil je die geur? Wil je panisch zijn als je peuken bijna op zijn? Of wil je vrij zijn?
Zeg tegen jezelf: Ik mag roken, maar ik wil het niet… dan zul je zien dat je de peuk veel minder mist… ik spreek uit ervaring.. 2 m,aanden gestopt nu volgens die manier (Jan Geurtz) en het is een hele frustratie minder!!
Succes!

arta · 11 april 2011 op 16:30

Dank jullie wel voor de leuke reacties.

Ik ben aan dit stuk al even geleden begonnen, vandaar de kilte in het verhaal.
Ik zit hier enorm te lachen om de reacties van de mannen hier. heerlijk! 😀 (Overigens ben ik natuurlijk met die van de dames ook blij, maarja… het is lente, hè? :-D)

Mien · 11 april 2011 op 16:48

.

Ja, ja, what’s on a (wo)man’s mind (hi,hi).

[b][u][url=http://4.bp.blogspot.com/_aTOWvAWGvfQ/S6-meIQWABI/AAAAAAAAAJ4/vAp4VhELwKw/s1600/Picture+3.png]Fruit van Sigmund[/url][/u][/b]

arta · 12 april 2011 op 07:13

😆

Geef een reactie

Avatar plaatshouder