Toen die man daar lag, ruggelings, zijn armen uitgestrekt op het asfalt… Terwijl die totaal verbouwereerde Ruud de Wild probeerde te beseffen wat zich zojuist op zijn netvlies had afgespeeld… Terwijl de politie een moordenaar tegen de grond werkte en onder het klikken van de fototoestellen de boeien omdeed… Terwijl de Nederlandse samenleving totaal verbijsterd vaststelde dat ze veranderd was in een bananenrepubliek… Terwijl zwaargewapende agenten het Binnenhof afgrendelden van de volkswoede en Ad Melkert zijn kruiwagens in New York belde… Terwijl dat alles gebeurde, kwam vanonder de tegels en de struiken een schier eindeloze stroom ongedierte tevoorschijn, roepend en krijsend dat zij de erfenis en de wijsheid van de dode man als enigen in pacht had. Over de tafels en de zetels krioelde het plotseling van het geteisem dat als uit het niets op de lucht van Nederland, de staat van ontbinding, afkwam. Het sloeg en het spoog, het trapte en krabde wild om zich heen. Met ellebogen en naaldhakken werkte een ieder zich naar boven, op weg naar een plek, op weg naar de macht.
Nadat de kruitdamp was opgetrokken en ‘s lands bestuur was gedegenereerd tot een poppentheater vanuit een Bentley waarnaar zelfs de kinderen hoofdschuddend keken, hadden pissebedden en kakkerlakken zich gevestigd in de toppen van de hoogste bomen. Pas na enig schudden viel het insectengebroed naar een roemloos einde. Maar zoals al het ongedierte had ook dit schorriemorrie haar eieren achtergelaten tussen de leuningen van de macht. Neten hebben geen geweten, maar vlooien jeuken bij zowel rechtsen als rooien.
Luidkeels riep het crapuul de leuzen die de simpelen van geest moesten overtuigen dat er toch een frisse wind zou gaan waaien. Dat de kinderziekten uitgebannen waren, de schuimbekkende politica’s verwijderd en de meppende partijleden geroyeerd en dat de overgeblevenen zich vol overtuiging zouden gaan werpen op het beter maken van de samenleving, indachtig ‘zijn’ nalatenschap. Het fatsoenlijke gezicht kreeg de boventoon. De graaiers en grabbelaars waren niet meer. Alles zou anders worden. Met verve werd gebrald dat de schandalige zelfverrijking van degenen die toch al zoveel hebben hen een doorn in het oog was. De vermagering van de zorg tot op het bot was hun zorg! Bovendien waren fraude en misbruik van uitkeringen een bron van ergernis en noopten tot strenge, keiharde, maar rechtvaardige aanpak.
Gisteren droegen rechercheurs van FIOD en ECD de al dan niet complete boekhouding van een al dan niet failliete boedel het al dan niet doorgestarte partijpand uit. Er is geld weg. Maar er is meer weg vanaf vandaag. De kleine hoeveelheid integriteit en oprechtheid is weg. Het geringe, toch maar doorgestarte vertrouwen van de kiezer is weg. Het tegen de verdrukking in opgebouwde fatsoenlijke gezicht van de partij verdween tegelijkertijd. De nalatenschap van die vermoorde man is achterover gedrukt. En daarmee mag het bestaansrecht van de LPF wat mij betreft ook de prullenbak in.


13 reacties

Bakema_NL · 28 augustus 2004 op 12:10

Er zal echt nooit een partij zijn waar ik me volledig in kan vinden, het is gewoon allemaal een pot nat, wat een bende.

Dees · 28 augustus 2004 op 12:26

[quote]En daarmee mag het bestaansrecht van de LPF wat mij betreft ook de prullenbak in.[/quote]

😮

Daar heeft het volgens mij al een flinke tijd door liggen rotten…

Top column dit.

Raindog · 28 augustus 2004 op 14:05

Erg goeie column. Fortuyn blonk uit in analyses van problemen. Aan oplossingen is hij jammer genoeg nooit toegekomen – iets dat hem ook vanuit zijn verleden werd nagedragen trouwens maar dat terzijde. Ik zou hem gestemd hebben als hij niet vermoord was maar dat doet allemaal helaas niet meer ter zake. Niet alleen spraken zijn analyses mij over het algemeen aan, ook keek ik verlangend uit naar de flair en de opschudding die hij bij een ingesukkeld en eigengericht establishment teweeg zou brengen. Het liep allemaal anders. Als je het cru wilt zeggen: hij werd er voor bewaard. Al de ellende die zijn eigen succes en zijn eigen partij hem zou bezorgen. Dit zag hij zelf namelijk als een van de grootste bedreigingen en wederom was dat een hele scherpe analyse die zichzelf later keer op keer zou bewijzen. Zijn gedachtengoed – voor zover je dat zo kunt noemen, ’thema’s’ is misschien een beter woord – zijn thema’s zijn stuk voor stuk overgenomen door, jawel, het establishment. Beter goed gejat dan slecht bedacht. En vooral om die reden is daarmee het oorspronkelijke bestaansrecht van de LPF achterover gedrukt. Ik hoop dat een samengaan met Leefbaar Rotterdam, met mensen die zich wél druk hebben gemaakt over oplossingen, een optie zal blijken te zijn; een oplossing voor een probleem.

Mosje · 28 augustus 2004 op 15:50

Beste Ton,

Volgens mij delen wij een voorliefde voor lange en mooie volzinnen.
Ik durf te wedden dat jij een zeer fraaie column zou kunnen schrijven over, laten we maar eens een voorbeeld noemen, beachvolley, en waarom het ooit een goede keus was om dat op het olympische programma te zetten.
Zit ik er ver naast?
😉

pepe · 28 augustus 2004 op 23:08

Een aardige vergelijking politici en ongedierte;-) Ze bederven vaak je dag of nacht.

Waar is de stem van het gewone volk gebleven?

sally · 29 augustus 2004 op 14:47

Dit soort columns kan ik volop van genieten.
Ook de reaktie van raindog spreekt me erg aan.
Geweldig hoe jullie dit allemaal kunnen verwoorden.
liefs Sally

Mup · 29 augustus 2004 op 16:20

Een column waarin het standpunt van de auteur goed tot zijn recht komt. Knap.
Het enige voordeel van een partij als de LPF was, met de nadruk op was, dat er weer eens volop over politiek gesproken werd, door alle lagen van de samenleving, vond ik. Nu is ieder woord er een te veel, als ze hun bestaansrecht aan blijven houden, vind ik,

Groet Mup.

ignatius · 29 augustus 2004 op 22:15

Prima column!
[quote]Terwijl dat alles gebeurde, kwam vanonder de tegels en de struiken een schier eindeloze stroom ongedierte tevoorschijn, roepend en krijsend dat zij de erfenis en de wijsheid van de dode man als enigen in pacht had[/quote]Die waren er al toen de man nog niet dood was. Aangezien dit soort bewegingen en de daarbij behorende simplificatie van allerlei problemen in combinatie met het afwijzen door de heersende klasse/kliek dit soort figuren aantrekt. Zij ruiken dan letterlijk hun kans. Als vliegen komen ze af op het al rottende vlees en als zo´n rijpe zweer wordt opengeprikt vindt men een made die, nog knipperend met de oogjes tegen het felle licht, angstig probeert weg te kruipen en baalt dat hij/zij nog niet volgevreten genoeg is om zich te verpoppen tot vlieg om zodoende hun pest te verspreiden.

Raindog · 30 augustus 2004 op 00:21

Dat is een weinig onfrisse maar zeer treffende omschrijving Ignatius. Misschien wel belangrijk ook, om op de voorgrond in gedachten te houden bij het lezen van deze column. Wie weet hoe zo’n beweging zichzelf in de toekomst eens zal gaan noemen. Gelukkig is het democratisch systeem voor het overgrote deel zelfreinigend.

Raindog · 30 augustus 2004 op 00:22

Oeps… ‘weinig frisse’ natuurlijk…

tontheunis · 30 augustus 2004 op 14:10

Beste Mosje,

Laat ons dan samen met kennersogen de blik laten vallen op al datgene dat schone dat ons in het leven wedervaart of voor ogen komt.
Of dat nu aan het net of aan de paal is, alles is aan de mening van deskundigen onderhevig, of het slachtoffer dat wil of niet…
Of wellicht kunnen wij ons op een minder wellustige gemeenschappelijke interesse storten, zoals de sumo-worstelaar…

TT

ReporterL · 30 augustus 2004 op 20:48

Echt heerlijk om te lezen. Ik moest in het begin even zoeken tussen de volzinnen, maar deze komen toch tot hun recht als je het verhaal na het lezen nogmaals leest 🙂

Kees Schilder · 31 augustus 2004 op 06:03

Ik moet je zeggen dat die LPF shit nou niet echt als een donderslag bij heldere hemel komt.En dan druk ik mij nog voorzichtig uit.Wat overigens niets afdoet aan het gelijk van je column.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder