Columbiana!

Het is al laat in de middag als ik in de oude, ommuurde binnenstad van Cartegena een kroeg binnenloop. Aan de tafeltjes zitten gebruinde, tanige mannen en een enkele vrouw druk te praten terwijl het bier rijkelijk door hun dorstige kelen vloeit. De muziek van Pastor Lopez en zijn band zijn nog net boven het geroezemoes uit te horen. Aan de toog is nog een kruk vrij en als ik een Tequila bestel bij de uitbater raak ik met Sean, die naast me zit, aan de praat.

De dansende rat !

Het is al laat in de middag als we aan een tafeltje zitten dat tegen de pui van een groezelig cafe is gezet. Er is nu genoeg tijd om na een lange, afmattende reis even van een lauw biertje te genieten voordat we op zoek gaan naar het enige guesthouse dat het gehucht rijk is. Uren hebben we doorgebracht op harde houten banken in een oude, rammelende bus die met doodsverachtende snelheid over hobbelige wegen heeft voortgejakkerd.

De schaduw met de gele ogen.

De oude autobus is schokkend en luid rammelend in de nacht tot stilstand gekomen. Voor in de bus zie ik de chauffeur een klein lampje aan doen en naar me gebaren dat hier onze wegen zich zullen scheiden. Ik pak mijn rugzak en loop door het gangpad tussen de onverstoorbaar doorslapende passagiers naar de deur. Na op een zandpad te hebben gewezen en een kort Buenos Noches sta ik op het door de volle maan beschenen asfalt en hoor het lawaai van de vertrekkende autobus langzaam wegsterven in de geluiden van het oerwoud.