Hallo vriendjes en vriendinnetjes

Dag vriendjes, dag vriendinnetjes, dat was het weer. Je hebt na een paar jaar middelbare school je diploma op zak en staat nu ingeschreven om te beginnen aan het hbo of de universiteit. Je bent klaar voor het nieuwe leven, waar je eindelijk als volwassene meetelt. Je gaat op kamers, bent klaar voor nieuwe vrienden, een nieuwe stad en vol eigen verantwoordelijkheden en het mooiste is dat je ouders nooit meer een rapport thuis zullen krijgen. Gaan je vrienden studeren in een andere stad? Geef ondanks je goede voornemens toch maar een extra stevige knuffel, want die zie je binnen de kortste keren niet meer terug. Het is tijd om nieuwe vrienden te maken.

Navelpuist

In gedachten verzonken pulk ik in mijn navel. Het reclameblok van Veronica is spannender dan de komkommertijdfilm. Vooral nu deze alleraardigste zender het niveau van zijn kijkers ineens doorheeft, want na elke zes minuten vol autocommercials, wc-reinigers en deodorant wordt een stukje van de film herhaald. Ik denk dat die vreselijke gewoonte uit Duitsland komt. Daar is het wel nodig als je twee pinten bier in twintig minuten achterover kan slaan en om ook nog die braadworst eruit te draaien is zes minuten reclame niet genoeg. Voor mij wel. Ik gaap en blijf ineens met open mond zitten. Er zit een pukkel in mijn navel.

Later als ik groot ben

Vroeger wist ik het wel. Papa en mama waren stom. Mijn vriendinnetje kreeg skeelers en ik had nog oude rolschaatsen. Opa en oma waren lief. Oma bracht altijd een zakje drop of chocolaatjes voor mij mee. En stiekem, als niemand keek, gaf opa mij wel vijf gulden! Ik spaarde alles op voor mijn verlanglijstje. Skeelers, een trampoline, dat gave spelletje voor de GameBoy, ‘Sst, Papa Slaapt’ en ‘De Betoverde Doolhof.’ En vooral ook voor heel veel snoep. Ik verheugde me op later, wanneer ik groot was. Dan kon ik alles kopen wat ik maar wou!

Mond-op-mond met opa

Ik kijk hem diep in zijn ogen. Bruin, met pretlichtjes om wat er komen gaat. Ik ga bovenop hem zitten en knoop zijn blouse langzaam open. Mijn hand strijkt over zijn gespierde borstkas, die steeds sneller op en neer gaat. Na een kneepje in zijn neus geef ik hem een lange zoen. Plotseling word ik bij mijn schouders gegrepen door 107 kilo vlees in een soepjurk, die me van hem aftrekt. Ik sla mijn ogen neer na zo’n machtsvertoon en richt me weer op de theorie van de reanimatiecursus.

Romantiek van een deurmat

Drie generaties vrouwen zitten in het restaurant. Ze hebben het praten opgegeven. De oudste vrouw inspecteert het bestek zorgvuldig op eventuele vlekken. De jongste heeft haar armen over elkaar geslagen en staart strak voor zich uit. Alleen de derde vrouw is actief in haar bewegingen. Ze staart van haar horloge naar de grote wandklok en kijkt reikhalzend naar de deur, waar de nieuwe gasten binnenkomen.