De fik er in…

In onze Vaderlansche politiek dwalen enkele onverschrokken figuren rond die in de tijd van plunderende en brandstichtende Vikingers geen slecht figuur zouden slaan. Eén daar van is onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Mr. Aart Jan de Geus. Hij is namelijk niet bang… Niet alleen is hij niet bang aangelegd maar hij is ook nog eens onkwetsbaar. Mocht hij bijvoorbeeld ooit een auto-ongeluk krijgen, geen nood, de Geus kruipt uit het wrak, neemt eventuele gewonden in de Arnold-Schwanzennegger-greep en spurt naar het eerst best hospitaal.
Huis in de fik na een aanslag door een brandweerman met burn-out verschijnselen?
Geen probleem voor Aart Jan. Hij blust het lekker zelf.

Maar misschien beschikt niet iedereen over een onverwoestbare c.q. onbrandbare torso als onze Aart Jan. Misschien dat mensen als u en ik, in geval van nood, wèl behoefte hebben aan een doodgewone ambulance of brandweer. Die zijn er toch? Ja! Nog even wel.

In een helder moment heeft Aart Jan de Geus namelijk bedacht dat brandweermannen en ambulancepersoneneel een groot deel van hun, gemiddeld 54 urige werkweek, in ‘de wacht’, mogelijk slapend doorbrengen. En slapen, dat is dus geen werken. Dat hoeft dus ook niet vergoed te worden. Brandweermannen en ambulancepersoneel moeten dus maar eens fiks gaan inleveren.

Aart Jan komt uit de accountancy-hoek. Heeft hij voor gestudeerd. Dat heeft met getalletjes en rekensommetjes te maken. En bij rekensommetjes komt er uiteindelijk iets ‘onder de streep’ te staan. Zeker bij het opmaken van de balans. En die balans, die is een beetje naar één kant doorgeslagen. Namelijk naar de kant van staatskas-leegschrapende ambtenaren in Den Haag. En dat moet nu weer rechtgetrokken worden. En wat is dan voor de hand liggender dan het bij mensen te halen die de baas-zijn-tijd verknoeien met het oppoetsen van hun dienstauto. Of erger nog, slapen tijdens de nachtdienst. U kunt er vast nog wel een paar verzinnen.

Het is te hopen voor Aart Jan dat hij een goede engelbewaarder heeft. Dat het zijn gezinnetje niet overkomt. Huis in de fik maar geen brandweer. Want wie wil dát straks nog doen? Alhoewel…

Als ze het al niet voor het geld doen, doen ze het dus voor de kick. Pyromanen! Dat betekend dus dat de blusser van de brand waarschijnlijk tevens de aanstichter daarvan is. Dat maakt het, in het geval van brandstichting, dan ook nog eens makkelijker bij de opsporing van de dader. Dit betekent op haar beurt dus weer een ontlasting van het opsporingsapparaat. De politiemacht kan dus in de toekomst ook met minder man/vrouwkracht parkeerbonnen blijven schrijven en dat is dus weer een extra besparing c.q. aanvulling van de staatkas.

Zo zie je maar weer hoe snel je iemand als Aart Jan de Geus onderschat…