Bij binnenkomst was de gelegenheid tot contact georganiseerd. Mijn hand was stevig in zijn hand. Ik condoleerde hem en werd direct omhelst. Innig. Hij bedankte me; bedankt man. Ik mompelde iets geruststellends terug en maakte plaats voor de mensen achter mij. In de zaal zocht ik een plek op de laatste rij stoelen. Ook de rijen voor mij vulden zich. De zaal was vol.
Een vriendin van de familie die toevallig werkzaam is in dit uitvaartcentrum heeft de regie. Regie en eigen herinnering vermengt ze professioneel. Zakelijk betrokken is ze, gedecideerd empatisch. Knap.
Toespraken volgen. Niets dan goeds natuurlijk. Altijd. Stilzwijgend zijn we het er met elkaar over eens dat er nu even geen betere vrouw dan de overledene bestaat. Een troostende gedachte denk ik. Wellicht geeft het met terugwerkende kracht iets van zin aan het bestaan. In ieder geval voor even. Ik houd de handen gevouwen op schoot en zoek de pose luisteraar; aandachtig luisteraar. De verhalen en de muziek worden geduldig en serieus aanhoort. Intieme verhalen en Afrikaanse muziek. Ze hield er van. Over de kist, aan de andere kant van de zaal, kijk ik naar buiten. Ik weet me in een wijk die in de jaren zeventig nieuwbouw en een aantrekkelijke woonplek was. Het is geweest. Verpauperd heet het nu. Muziek en uitzicht kan ik slecht bij elkaar brengen. Bovendien regent het.

Na de ceremonie verlaat de kist onder applaus de zaal. Alle aanwezigen staan. Ik kijk om me heen en zie bekende gezichten; de mensen die hier ook met name voor hem zijn; zij die de overledene niet gekend hebben. Ik krijg de handen niet op elkaar en ben blij als ik weer buiten sta. In de frisse lucht, onder donkere wolken en regen. Alvorens ik op de fiets stap zoek ik mijn koptelefoon. De twee zwarte oordopjes vind ik in mijn binnenzak. Ik plug ze in mijn telefoon en zoek muziek. Van kritisch zoeken is geen sprake in de regen; zonder bril bovendien. In de rij van artiestennamen toets ik willekeurig een naam in en stap op. Regen op mijn gezicht, wind van de zijkant. Ik heb nogal wat kilometers te gaan en trap krachtig door. Flarden van gedachten raken aan die altijd goede doden. Niets dan goeds over de doden is geen recht doen aan die doden stel ik. Het is het schuldgevoel over wat niet gezegd of gedaan is; het eigen belang van de levenden; de behoefte aan goede herinnering en eigen troost. Ergens op de achtergrond hoor ik het ritme van een drum en improviserende piano. Nou en, vraag ik mij af. Nou en? Voyeurisme denk ik. Het gedwongen voyeurisme; het ingezogen worden in de intimiteit van relatief onbekende anderen. Ik zoek het niet, ik wil het niet. Okee, jij niet denk ik, maar voor hem dan? Het is een matig gesprek dat ergens tussen egocentrisme en principe voort hobbelt.
Ik klem mijn handen om het stuur en zet nog eens aan. Het miezert nog. Ik richt mijn hoofd op en kijk om me heen. Groene weiden en kale bomen. Bestemming in de verte. Het aanhoudend ritme van de drums verdringt alles langzaam naar de achtergrond. Op de improviserende piano en toegevoegde sax worden verrassende paden betreden. Oude muziek, Duke Ellington, Live At Newport, 1956. Zij voert mij gedachteloos huiswaarts.

Categorieën: VC-FranK

11 reacties

troubadour · 1 december 2014 op 04:41

Diep beschouwelijk en toch prettig aandoend. Ik heb minder diepgaande gedachten gehad bij een crematie. Bij de laatste zinnen zo mooi ingekleurd richting titel..Klasse!

Mien · 1 december 2014 op 08:04

Een afscheid dat binnenkomt. Haarfijn ontrafeld in de polder. Met een louterende hertog op het eind. Moest bij lezen van de column eventjes aan een video van [b][url=http://youtu.be/aiz19J-wVnE]Viola[/url][/b] denken. :yes:

arta · 1 december 2014 op 09:06

Emotieloos toch emotie los weten te maken. Dat is schrijven!

Meralixe · 1 december 2014 op 10:09

Zucht … Ik zat bij U op de fiets. Nee, niet voor de muziek, wel voor de omschrijving van de onmacht en de twijfel die door je hoofd bonst. Zeer sterk omschreven.

evil-ine · 1 december 2014 op 14:06

Als een van de vele herfstbladeren die vallen, plakt er een aan je gezicht, we zijn met zovelen en willen allemaal uniek zijn. Een leven springt eruit, de omstanders dichten zich het leven toe omdat afscheid beter te verteren is wanneer geconserveerd in mooie bewoordingen, selectieve beelden.

Je schrijft sterk, menselijk, mooie balans tussen de binnen- en buitenwereld, een compleet schilderij dat mij raakt.

pally · 1 december 2014 op 22:36

‘Muziek en uitzicht kan ik slecht bij elkaar brengen’ Prachtige zin in zijn eenvoud.
‘Farden van gedachten raken aan die altijd goede doden’. Nog zo een.
De hele sfeer van het stuk, de innerlijke monoloog gemengd met vragen.

Topstuk, Frank

trawant · 3 december 2014 op 20:01

Mooi, ingetogen, direct en eerlijk.
En dat allemaal in 1 column.
Ook fijne muziekkeus op het eind.
En toch gaan we.

Frans · 4 december 2014 op 09:39

Tegenover de almacht van de dood schieten woorden altijd te kort. Desalniettemin is dit een dappere poging.

Nachtzuster · 7 december 2014 op 00:50

Sinds ik hier schrijf (ongeveer tweeënhalf jaar) heb ik jou nog nooit een reactie zien geven. Niet onder je eigen column, niet onder andere columns. Ik ben zo benieuwd waarom niet?
Inhoudelijk is dit gewoon een uitstekende column, niets op aan te merken (om on-topic te blijven).

    FranK · 7 december 2014 op 15:55

    Nooit reageren dat is wat overdreven maar mijn energie steek ik wat columnx betreft vooral in het schrijven. Dat is waar. In die zin is mijn bijdrage aan deze site wellicht als eenzijdig te beschouwen. Ik heb wat dat betreft wel goede voornemens gehad. Die heb ik echter niet waar kunnen maken. Daar heb ik me bij neergelegd. Dat neemt niet weg dat ik de reacties op mijn schrijverij op prijs stel. Dank daarvoor.

Nachtzuster · 13 december 2014 op 02:02

Tof dat je nu reageert. Wat die goede voornemens betreft: het is bijna weer 1 januari. Dussss … ik haal er maar geen statistieken bij vwb goede voornemens en volhouden. Daar is Mien meer van. Van de statistieken. Maar voor deze respons -> :yes:

Geef een reactie

Avatar plaatshouder