Bij het lezen van een stukje op de site van J/M ouders over het feit dat de helft van de ouders blij is dat kind weer naar school gaat na de zomervakantie, vroeg ik mezelf of bij welke helft ik nu eigenlijk zit? Natuurlijk moet ik zeggen dat ik niet bij deze helft toe behoor?

Als liefhebbende ouder voor mijn kinderen, altijd voor ze klaar staand, troostend, empatisch als ik ben, ze alle vrijheid gevend, steunend, motiverend en altijd activerend, behoor ik natuurlijk bij de ander helft. Want, nee we gaan als vanzelfsprekend natuurlijk niet toegeven dat we wel eens heel erg boos op onze kinderen zijn, en nee we verliezen ook nooit ons geduld en we zijn al helemaal niet het type “achter het behang plakken”. Want we zijn allemaal heerlijk zen, en we zijn ook nooit moe van het heen en weer geren tussen werk, school, speelafspraken en sportclubjes. En klagen over al dat gevlieg en geren … nee dat doen wij Nederlanse ouders natuurlijk nooit. Want we zijn in balans. Een woord wat mij eerlijk gezegd, kort door de bocht genomen, mijn strot uit komt. We moeten in balans zijn. En wat gebeurt er met de wereld als ik een dagje totaal chagrijnig even lekker totaal uit balans ben. Is het dan gedaan met de wereldvrede? Stort de economie in?  Slaapt mijn baas er slechter van?  Want ja, ik ben wel eens uit balans en dan ben ik niet empatisch als ik voor de zoveelste keer de troep van mijn kinderen moet opruimen. En ik ben dan ook niet motiverend meer als ik voor de zoveelste keer mijn kinderen moet aansporen tot het maken van huiswerk. En ja, ik ben ook wel eens het type ” achter het behang plakken” als ze weer eens met lange tanden zitten te eten.

Kortom, ik behoor tot die ene helft die 6 weken schoolvakantie meer dan genoeg vindt.

 

Categorieën: Maatschappij

5 reacties

Pierken · 9 augustus 2014 op 12:57

Waarvan akte!
Hierbij mis ik de balans uit jouw eerste column. Het slaat voor mijn gevoel door in cynisme waardoor het gaat over-moduleren. Daarnaast lopen de zinnen nog niet lekker en is op teveel plekken de interpunctie onjuist. Inhoudelijk zal je best een punt hebben, maar ik vind het lastig om te ‘levelen’ met je, door hoe je het verwoord. Zoals je leest, wat mij betreft nog wat werk aan de winkel. Blijf schrijven, komt alles goed.

Nachtzuster · 9 augustus 2014 op 14:21

Na je eerste column, die overigens best aardig geschreven is en waar je al de nodige tips hebt gekregen, dacht ik dat je een meisje/ jonge vrouw van een jaar of 20 was. Nu blijkt dat je moeder bent van één of meerdere kinderen en denk ik dat je wat ouder bent. Jouw manier van schrijven neigt naar spreektaal in plaats van schrijftaal. Ik lees in deze column dat je een normale moeder/ vrouw bent die gewoon van haar kinderen houdt. Met andere woorden, voor mij is het een algemeen verhaaltje geworden zonder iets extra’s qua humor, twist of bizarre situaties. De titel doet mij denken aan een headline van de Telegraaf. Niet echt pakkend. Voor je wegrent: met kinderen in huis gebeurt er (denk ik) vaak wel iets raars of onverwachts. Ludieke kinderuitdrukkingen bijvoorbeeld. Kattenkwaad. Kleuterpuberteit. Probeer, als je wilt, daar eens wat van uit te werken tot een verhaal. Overdrijven mag, erbij verzinnen ook. Het is jouw verhaal en hoe spitsvondiger verteld, hoe leuker het is voor de lezer. En natuurlijk welkom hier! Actieve schrijfsters zijn momenteel in de minderheid.

Mien · 9 augustus 2014 op 19:07

Bij geren moet ik altijd meteen aan Gordon denken. Gordonneren zou een toepasselijke term zijn bij deze column. Ik gordonneer mijn kinderen naar school. Eens met het commentaar dat het wat meer smeuïg mag zijn. Verder leuk geschreven.

    Mien · 13 augustus 2014 op 20:17

    Grappig. Besef nu pas dat ik geren gelezen heb als een nieuw werkwoord met ger als stam. Ach, dan is gordonneren nog niet zo verkeerd, toch, met gordonner als stam. Klinkt bijna als een enge ziekte. Ik heb last van gordonner.

Odette · 13 augustus 2014 op 00:32

Wees eerlijk. Schrap. En drie weken zijn ook genoeg. 😛 -#excuseer

Geef een reactie

Avatar plaatshouder