Vier jaar, zeven maanden en een dag geleden verliet je mijn leven.
Gisteren besloot ik om je maar weer eens op te zoeken. Ik moest met je praten. Althans.. tegen je praten, want onze communicatie is nogal eenzijdig. Ik besloot om voor de verandering maar eens een bloemetje voor je mee te nemen. Iets dat ik de afgelopen paar bezoekjes was vergeten. Clichematig als ik ben kocht ik de rode rozen. Jij vond ze altijd prachtig dus waarom zou ik ervan afwijken.
Eenmaal aangekomen, vertel ik honderduit. Je zou er geen speld tussen kunnen krijgen zelfs al zou je het proberen. Ik vertel dat ik je nog steeds mis, en dat ik nog altijd van je hou. Zelfs na al die tijd, mis ik je nog verschrikkelijk. Maar ik vertel ook dat ik al dat gevoel een plek heb gegeven waardoor ik er niet meer elke dag last van heb. Ik voel me schuldig omdat ik niet elke dag meer aan je denk.
Het gesprek gaat verder over vanalles, ik vertel over mijn supermarkt ervaringen, over de katten, en over vanalles. De meest vreemde dingen vertel ik aan je. En tot mijn schrik vertel ik je ook dat ik tot over mijn oren verliefd ben op een ander. Het flapte er zomaar uit. Direct voelde ik me schuldig.
Onbewust ga ik nu voor jou denken. Ik kan er niets aan doen. Ik hoor je zeggen “Dus daarom heb je ineens wel bloemen mee”. Ik voel me beroerd. Kan niets meer zeggen om dit te ontkennen.
Als een geslagen hond druip ik af met de staart tussen mijn benen. Ik sla nog uit routine een kruisje, en leg een steentje op je graf.
De hele avond heb ik nagedacht. Ik voelde je aanwezigheid, en voelde dat je boos op me was.
Die nacht droomde ik van je. Ik had al heel lang niet van je gedroomd. Maar door alle emoties van die dag was je er ineens weer. In mijn dromen welliswaar.
Je lachte naar me. Zoals je deed voordat de leukemie je van me afpakte. Ik hoorde je stem, en ik kon niets terugzeggen. Beetje omgekeerde wereld. Je was prachtig als altijd. Je zei “Je moet me loslaten, ooit zie ik je weer, maar tot die tijd moet je gelukkig zijn.” Het was hetzelfde dat je zei voor je voorgoed je ogen sloot.
Betraand schrok ik wakker. Geen tranen van verdriet deze keer, maar blijdschap. Blij omdat ik je weer heb gezien, en blij omdat je niet boos bent. Je begrijpt het.
En ik geloof dat ik het nu ook begrijp….
10 reacties
Eftee · 22 mei 2004 op 15:16
😥 Ik wordt altijd zo ontzettend sentimenteel, van dit soort columns. Maar je hebt hem dan ook goed geschreven.
Shitonya · 22 mei 2004 op 15:53
Mooi verteld 🙁
Louise · 23 mei 2004 op 10:30
Ongelooflijk aangrijpend geschreven.
sally · 23 mei 2004 op 18:08
“kippevel”
sally
Ma3anne · 23 mei 2004 op 20:00
Wow, dit gaat diep.
Wees blij met de boodschap die je kreeg… heel bijzonder.
Dees · 23 mei 2004 op 21:07
De superlatieven laten me in de steek. Mooi, Reveal.
Irma · 23 mei 2004 op 21:58
Wat nog anders dan ‘prachtig!’
Li · 23 mei 2004 op 22:06
Mooi en aangrijpend geschreven Reveal.
Ik ben er stil van.
Li
pepe · 24 mei 2004 op 01:51
[quote]Je zei “Je moet me loslaten, ooit zie ik je weer, maar tot die tijd moet je gelukkig zijn.”[/quote]
Hoe onmogelijk dat soms lijkt, er is leven na het verlies van … (vriend, zus, broer, kind of wie dan ook)
Heel mooi geschreven
WritersBlocq · 11 oktober 2005 op 22:19
ben er stil van…