Ik heb je broertje net in bed gelegd en wij zitten samen nog even aan tafel.
Je ogen zijn rood van alle tranen die je hebt gelaten.
Een diep verdriet heeft jouw gegijzeld en je kunt het niet loslaten.
Het laat jou niet los.

Je zegt dat je er tegen wil vechten en dat je hoopt dat ik dat ook doe.
Ik kan dat alleen maar bevestigen.
Je leven staat stil en je wil zo snel als je kunt weer door.
Dat kan alleen als je duidelijkheid hebt wanneer je langer met mij mag zijn.

Dat ik er hard aan werk, is wat ik jou vertel. Er komt een plan, er komen afspraken.
Ik hoop dat je me hoort en dat begrijpt wat ik je vertel.

Je hoeft je niet te haasten.
Er is geen snelste weg naar start.
Neem je tijd en vecht.
Vecht tegen je tranen en praat er over, ik doe dat ook, zelfs met jou.

Als je het nu even niet kunt om door te gaan is dat niet erg.
Luister naar je hart, ik ben bij je.
Ik pak je hand, ik hou je vast en druk je dicht tegen mij aan.
Als je even moet rusten dan zal ik op je wachten, daar ben ik je vader voor.

Ik help je met de last.

Met kleine stapjes gaan we het samen doen.
Want elke stapje wat we zetten is er toch weer één.

Je gaat zo slapen, maar eerst nog even in bad.
Je speelt in het water met een bootje dat langzaam uit je zicht verdwijnt.
En ik zeg je, nee ik beloof je dat het niet voor altijd zo blijft.
Je lacht, je kust me en je gaat naar bed.
Ik draai me om, doe het licht uit en vlak voor ik je deur dicht doe hoor ik dat je me zachtjes roept.

“Pap, ieder stapje is er één” fluister je mij toe en je valt in slaap.

Gelukkig, je hebt me gehoord.


0 reacties

Geef een reactie

Avatar plaatshouder