Hij lag vanmorgen in de bus, de enveloppe met onze naam er op en een verkeerde postcode, geschreven in een rommelig wat kinderlijk handschrift. Op 92-jarige leeftijd bleek ze overleden: Nel, de buurvrouw naast ons eerste huis. Het huis waar we twee zoons kregen en moesten wennen aan getrouwd zijn en alles wat daarbij komt.
Nel was in die periode een belangrijke persoon voor ons, of liever gezegd, ze hoorde bij ons.
Ze had een mager wat benig gezicht, dat iets zigeunerachtigs in zich droeg en donker, gepermanent haar, beweeglijke wenkbrauwen en felle, maar toch lieve bruine ogen. Haar stem was hoog en hees. Ruim twintig jaar ouder dan ik was ze, vrijgezel en zorgend voor een oude en zeer chagrijnige moeder.
Het enige grappige wat ik mij van die moeder herinner, is, dat ze altijd zei dat ze naar de serie ‘Pekelvlees’ keek en daarmee ‘Peyton Place’ bedoelde. Maar de grap daarvan begreep ze zelf niet. Wij vormden een mooi contrast als net getrouwd jong echtpaar. Nel zag onze kinderen geboren worden en opgroeien, was dol op ze en wederzijds. Via de babyfoon paste ze vanuit haar huis heel vaak op.

We konden eigenlijk bijna altijd weg, want zij liet haar moeder maar zelden alleen. En als we thuis kwamen, ook diep in de nacht, ‘moest’ Nel altijd even mee en bleef nog een poosje bij ons zitten met een borreltje, dat hoorde erbij, daar kwamen we niet onderuit.

Met Sint stond er ook een schoen van onze kinderen bij haar klaar, met haar verjaardag zaten we in een keurige saaie rij met altijd dezelfde mensen en aten we altijd dezelfde snacks: kaasblokjes met augurk, plakken leverworst en plakken kookworst. Maar Nel genoot er van.
Met kerstmis ging ze met ons naar de nachtmis in de oude kerk aan de overkant (Haar ouwe chagrijnige moeder ging gelukkig nooit mee). Na de mis volgde een kerstnachtontbijt bij ons. Nel haalde dan eerst thuis altijd haar langspeelplaten op van de ’Maastrichter Staer’. Ik haatte dat koor, maar ach, dat geluid hoorde bij onze gezamenlijke traditie.

En nu is ze er dus niet meer. De laatste jaren was ze al steeds verder weggeleden. Herkende niemand meer. Over een paar dagen gaan we haar begraven naast dezelfde kerk waar we beiden tegenover woonden. De plek, waar we in het begin erg moesten wennen aan het elk uur slaan van de torenklok, ook ’s nachts. Elf jaar hebben we daar gewoond en Nel, onze Nel, was daar een onverbrekelijk deel van.

Dank je wel voor die jaren, dat je zo dichtbij ons was.

Categorieën: Egodocument

pally

Genieten van leven en mensen en natuur om mij heen. Schrijven als belangrijke drijfveer om te ordenen, te relativeren en te communiceren.

12 reacties

Mosje · 2 april 2016 op 13:41

Mooi verhaal, je kunt het zo voorlezen als er nog iets van een afscheidsdienst plaatsvindt.

WritersBlocq · 2 april 2016 op 23:20

Mooi Pally, om zo iemand te kennen. En ik zeg expres niet ‘gekend te hebben’, want dat is zo definitief verleden tijd. Over wat zich in definitief verleden tijd heeft afgespeeld, hoef je niet meer in het ‘nu’ te praten. Zeer zeker zal er over Nel nog in het ‘hier en nu’ gepraat worden, zeer zeker.

In deze zin ‘Nel was in die periode een belangrijke persoon voor ons, of liever gezegd, ze hoorde bij ons.’ mis ik een dubbele punt na ‘gezegd’, waardoor ‘ze hoorde bij ons’ als een absoluut statement, een stelling, wordt neergelegd.

Voor de rest: een parel, Pally! Niets meer aan veranderen en inderdaad voorlezen op de uitvaart! Liefs, en sterkte met het verlies voor julllie allemaal, WeteBeetje

Snarf · 3 april 2016 op 00:27

Een hartverwarmende ode aan een dierbare vriendin. Mooi verwoord!

Hans Schoevers · 3 april 2016 op 07:19

Mooi Pally. Een buurvrouw zoals vroeger de buurvrouwen waren. In deze tijd is dat dikwijls wat afstandelijker.

Mien · 3 april 2016 op 08:59

Pekelvlees en Mestreechter Staar. De Middeleeuwen leven op. Een mooie Pally, verstild. Wel even opletten met ‘altijd’. ?

Meralixe · 3 april 2016 op 09:03

Ach Pally, die vroegere samenlevingen waar een straat bij wijze van spreken één ‘familie’ was. Nu ken ik mijn overbuur, dat altijd gehaaste rare mannetje in maatpak niet eens meer bij naam. We spreken niet eens tegen elkaar! Zelfs een goede morgen, goed weer he, zowat het minste van het minste binnen een ‘relatie’ lukt niet eens.
Deze mentaliteit wint het meer en meer van hoe het vroeger was.
Oei, daar gaan we, we zitten volop in de ‘vroeger was het beter’ sfeer.

Yfs · 3 april 2016 op 09:07

Een mooi voorbeeld van hoe mensen instappen in onze “trein des levens” om een stukje met ons mee te reizen en, wanneer de tijd rijp is, weer uitstappen. Mensen met een gouden aura.
Een groot voorrecht als deze mensen op je pad komen.

Hoe groot…. dat heb je heel mooi en vooral heel warm geschreven.

Bruun · 3 april 2016 op 12:00

Prachtig verwoord. Een genot om te lezen.

pally · 3 april 2016 op 22:37

Mosje, Sharf, Hans Schoevers, Yfs, Meralixe en Bruun, WB , Mien, bedankt voor jullie reactie!

Mien) je hebt gelijk met te veel ‘altijd’
WB) Haha, we gaan weer op de leestekens letten, als in oude tijden: top!

Fem · 4 april 2016 op 13:21

Die Nel…

Mooie ode Pally!

arta · 4 april 2016 op 21:08

Heel erg mooi geschreven, Pally!
Inderdaad voorleeswaardig!

NicoleS · 2 augustus 2016 op 16:42

Ik denk dat Nel hier heel blij mee is. Met veel warmte geschreven en vooral veel liefde.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder