[b]18-10-2007[/b]
Een emmertje sop staat naast haar. Trekker en zeem in de hand. Vandaag is het rot fruit en eieren die ze van haar ramen moet verwijderen. Het weer werkt deze keer gelukkig mee. Het is een kraakheldere en koude, maar droge herfstdag. Anders dan enkele weken geleden, toen ze hier in de stromende regen ook al had staan schrobben, om kwetsende graffiti van haar deur te verwijderen. Maar dit viel allemaal nog mee in vergelijking tot een aantal maanden geleden. Godzijdank was ze die bewuste dag niet thuis geweest en was er niemand gewond geraakt, want bijna alle ramen waren met flinke bakstenen ingegooid. Haar huis leek aan de buitenkant op een nagenoeg – door een flinke vechtpartij – tandeloos gebit, welke daarna provisorisch opgelapt was met verkeerd gekleurde stifttanden, want ook al was het warm geweest die week, de gapende gaten moesten toch met hardboard afgedicht worden. Het huis had aangevoeld als een Finse sauna, compleet met verschroeide houtgeur erbij.
Ergens is ze verbaasd, dat er juist vandaag niets dramatischer is gebeurd dan een beetje derrie op muren en ramen. Haar huis in vlammen op zien gaan, had haar meer passend geleken.

Natuurlijk heeft ze er aan gedacht om te verhuizen, maar ze was er nog niet klaar voor om zich weg te laten jagen. Het leek op de één of andere manier belangrijk om hier te blijven. Om haar tijd uit te dienen. Met opgeheven hoofd, hoe moeilijk ook. Om iets duidelijk te maken. Onschuldig.

Een eenzame traan glijdt langs haar wang. Ze merkt het niet eens. Het had net zo goed een vallende druppel van het net gewassen kozijn kunnen zijn. De hysterie is allang verdwenen. Echte huilbuien heeft ze niet meer. Ze is uitgehuild. Ze functioneert alleen nog maar op de automatische piloot; haar hersenen volledig in beslag genomen door haar gedachten.

Nog geen jaar geleden was ze gelukkig geweest. Ze had een lieve man en een leuke zoon. Hij was aan het puberen en kon zeker vervelend zijn, maar meer dan dat was er niet aan de hand. Ze woonden in een leuke wijk en hadden altijd goed contact met de buren. Een hechte leefgemeenschap was het, met eigen codes en ongeschreven regels. De grote boze buitenwereld leek hier niet door te kunnen dringen en als de buitenwereld het toch probeerde, werd deze gewoon genegeerd.

Totdat, op die noodlottige dag, de godganse buitenwereld alsnog met alle geweld de wijk binnendrong. Een hel was het. Elke dag was er wel iets over te lezen in de kranten of werd het breed uitgemeten in het nieuws. Ze heeft heus geprobeerd te schuilen, maar er is geen ontkomen aan je eigen emoties. De pijn, het verdriet, de vernedering, de schaamte. Vooral de schaamte. En de hele wereld kon meegenieten. Vanaf dat moment, is er nog maar één ding waar ze aan kan denken. Waar is het mis gegaan? Weg. Alles weg. In een paar uur tijd was ze haar man en haar zoon kwijtgeraakt. Had ze iets kunnen doen? Had ze als moeder zijnde dit niet aan moeten zien komen? Ze heeft al die jaren zo ontzettend haar best gedaan, maar je krijgt geen handleiding als je moeder wordt. Je doet wat goed voelt en hoopt op het beste en dat leek te lukken. Hij deed het goed op school, had leuke vrienden en er was nooit grote onenigheid. Waar is het mis gegaan? Als zij thuis was geweest, in plaats van haar man, had zij dan iets ondernomen? Begin je überhaupt iets op zo’n moment, of sta je als aan de grond genageld? Een hert gevangen in het licht van de koplampen.

Het ergste van alles is, dat ze haar zoon nu haat. Ze kan het niet meer opbrengen om hem te bezoeken. Ze kan hem niet meer in zijn ogen kijken en vragen hoe het gaat. De rechtszaak van vandaag was al een bezoeking en ze heeft hem niet eens van dichtbij gezien. Ze heeft een monster gebaard. De zoon van de duivel. Als ze in zijn ogen kijkt, ziet ze alleen de weerspiegeling van de dieptes van de hel. Ze haat hem om wat hij heeft gedaan. Ze haat hem om het schuldgevoel dat hij haar geeft. Ze haat hem voor het verdriet van zo velen, dat hij veroorzaakt heeft. Ze haat hem voor het kapot maken van hun eens zo gelukkig gezinnetje. Ze haat hem. De onvoorwaardelijke liefde tussen moeder en kind, is toch voorwaardelijk gebleken.

De buitenkant van haar huis glimt weer. Hopelijk gebeurt er vanavond niets meer, want morgen arriveren de nieuwe bewoners. Haar koffer is al gepakt. Ze gaat bij haar nicht in Australië wonen. Ze heeft het lang volgehouden, maar de uitspraak is binnen. Ze kan eindelijk loslaten en opnieuw beginnen. Thierry en Dannyboy wil ze zo snel mogelijk vergeten en ook Scheveningen wordt de rug toegekeerd.

Bij het opruimen van de schoonmaakspullen, werpt ze een snelle, van pijn en verdriet doordrenkte blik in de richting van het lege buurhuis:
“Het spijt me zo, Pascal. Rust zacht.”


10 reacties

pepe · 22 oktober 2007 op 08:05

Wat knap geschreven. Moeilijk actueel onderwerp.

Ik hoop dat deze moeder een gelukkig leven zal vinden, moeilijk lijkt mij, want het gebeurde zal haar altijd achtervolgen.

FatTree · 22 oktober 2007 op 08:51

Ik vond het een erg mooi, actueel verhaal. Ik vind het erg knap hoe goed jij je ingeleefd hebt in het verhaal. Het leest allemaal erg puur.

Dees · 22 oktober 2007 op 10:06

Het is mooi geschreven.

Maar ik ga ook even zeuren. Want ik denk wel dat je het verhaal van de moeder heel eenvoudig maakt door de beelden van het gelukkige gezinnetje en het nu haten van haar zoon.

Zo zitten mensen niet in elkaar, denk ik. Zo denken mensen wel dat andere mensen zijn, om de buitenwereld behapbaar te houden. Juist als je erover schijft kun je daar veel meer mee, denk ik. Door voor je zo’n stukje schrijft eens te brainstormen over wie ze is en wat ze voelt. En over hoe de zoon was.

DreamOn · 22 oktober 2007 op 11:06

Goed geschreven, origineel.

Ik ben het wel eens met Dees: volgens mij hou je als moeder onvoorwaardelijk van je kinderen, ook al kan je hart bloeden vanwege het gedrag, in welke mate dan ook.

[quote]Een eenzame traan glijdt langs haar wang.[/quote]

Dit is de enige zin waar ik over struikelde: Zó cliché!! 😉

Leuk, dat je hier zo enthousiast schrijft, Beryl!

Groetjes DO.

FatTree · 22 oktober 2007 op 11:13

In de context van de druppels op het raam van het schoonmaken vond ik het persoonlijk niet cliché. De zin is niet bedoeld als zelfstandig cliché, maar als voorzetje 🙂

arta · 22 oktober 2007 op 11:42

Ondanks dat ik dit erg mooi geschreven vind, mist er voor mij een stukje. Misschien ben ik wel dom (ik volg ook het nieuws nauwelijks en volgens mij heeft het daar betrekking op, da’s ook een optie), maar ik zat de hele column te wachten op wat er nu gebeurd was, maar het kwam maar niet!
Verder ben ik het ook eens met Dees, maar moet ik bekennen mezelf nog weleens aan dezelfde steen te stoten.
Soms klinkt een cliché zo lekker in een column dat ik er overheen lees, wat mij betreft kan het dan wél. Bij Do’s zin werd ik me er pas van bewust na het lezen van de reacties, dus absoluut niet storend in deze column. 🙂

*edit* Dank je voor je pb, Beryl, nu weet ik waar het om gaat en heeft je column nóg meer impact. (Toch maar weer eens wat meer het nieuws gaan volgen… :oeps: )

Beryl · 22 oktober 2007 op 11:47

Thanks DO! Vind het ook leuk om te doen.

Kennelijk niet in geslaagd, maar ik had gehoopt tot uitdrukking te brengen dat het juist helemáál niet eenvoudig is, om moeder te zijn van een moordenaar. Ik ben zelf geen moeder (laat staan van een moordenaar 😉 ), maar er zijn onderzoeken gedaan naar moeders van zware criminelen die verscheurd worden door emotie, waarin de walging het wint van de liefde. Maatschappij geeft aan dat de liefde onvoorwaardelijk hoort te zijn, maar dat dit dus niet altijd waar blijkt te zijn. Het is denk ik, misschien zelfs moeilijker om volledig afstand te nemen en daarmee de maatschappij op je dak te krijgen, dan moeder te blijven.

Maar goed, in dit geval blijft het gelukkig gewoon fictie… 😀

Beryl · 22 oktober 2007 op 11:52

Ik ben het eens met FatTree… 😆

Mosje · 22 oktober 2007 op 20:10

Na de eerste keer lezen wist ik bij god niet waar het over ging.
Toen de reacties gelezen, inclusief die van de schrijfster zelf.
Tja, maak het niet te moeilijk….
Schrijf eens over de deurknop. Is al moelijk genoeg

KawaSutra · 22 oktober 2007 op 23:26

Ik heb op 18 oktober blijkbaar ook iets gemist. Maar door de laatste zin begrijp ik wel een beetje waar het om draait. Ik zou zeggen: laat de gevoelens van de moeder in het midden, laat de lezer die switch maar maken. Voorwaardelijke of onvoorwaardelijke liefde, het kan allemaal.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder