‘Waar de mond van vol is, daar loopt de mond van over.’
Wist u dat er spreuken ontstaan zijn tijdens de eerste echte boerengangbang.

Ik lust er wel pap van. Van Nederlandse spreekwoorden en gezegdes. Breek me er de bek niet van open. Toevallig kwam ik in de bibliotheek van Kalmthout een boekje tegen over het ontstaan van de Nederlaendsche spreekwoorden. In de elfde eeuw was er in Esschen, een aangrenzende gemeente, een seksuele boerenrevolutie. Boerenseksclubs, hoeren, partnerruil en parenclubs. Dat was wat de klok sloeg. Thuis en ergens anders.
’Et swingt den panne ut’, las ik ergens.

Ieder huisje had zijn kruisje maar het gras was toen al groener bij de ander. De hete boerin was beter af met een goede buur dan een verre vriend.
Een groot gedeelte van de boeren ruimden snel hun veestapel op om de schuren en stallen in te richten voor andere doeleinden. De kettingen waar de stieren vroeger aan vast werden gemaakt konden mooi blijven dienen. Hetzelfde met de afvoerleidingen voor de mest. De eerste parenclub met SM kelder werd geopend. Niet alle boeren ruimden hun veestapel op om van de stal een plaats te maken voor orgideën. Sommige bleven gewoon verder gaan met hun beesten.

‘Wie een boerin wil slaan, vindt altijd wel een stok.’ ‘Op dezelfde aambei slaan.’
Het waren mooie en boeiende thema-avonden van de boerenbondageclub. Volgens de auteur. De boerinnen die op zo’n avond het onderste uit de kanne wilde hebben kregen vaak een nieuw lid voor hun neus. De knecht die te horen kreeg dat hij het bakzeil moest halen wist hoe laat het was. Hij moest tenslotte de augiasstal opruimen. Daarom was het belangrijk om eerst dat bakzeil te halen en te leggen.
Het derde been aan de wagen. Zo noemde ze in die tijd het geslachtsdeel van de knecht. En reken maar dat de Esschense boeren hun beste beentje voorzetten. En dat er regelmatig iemand op het verkeerde been werd gezet. U kunt al raden wat er gebeurde als er twee boerinnen om vochten.

Het was niet alleen rozengeur en maneschijn tijdens die donkere winteravonden. Wie het eerste komt, die het eerst maalt. De eerste voortijdige zaadlozingen dienden zich aan. Stel uit tot morgen als ge het dan nog kunt of, wat van ver komt is het lekkerste moet men hebben gedacht en de boerentantra werd in het leven geroepen.
Dat haastige spoed zelden goed was ondervond de schout bij nacht ook en hij wenste dat de pastoor de pot op kon. Dat was buiten de waard gerekend. Die was stiekem voor het zingen de kerk uitgegaan en had zich afgezonderd met de lesbische boerin in de hooiberg. Ze gierde het uit. De lesbische topmelkster moest nog even goed zoeken naar die naald.

Tja, volle en holle boerinnen klonken het hardst. Als er een kwam, kwamen er meer. Op een gegeven moment was het hek van de dam. Het was kort na zo’n sessie niet aan te raden om een gegeven boerin in het gat te kijken. Boeren droegen hoorns en koeien werden er bij gepakt. Boeren die heet stonden en boerinnen die van wanten wisten. Met de voeten werd er gespeeld en de vele handen maakten licht werk.
De avonden waren anders dan anders. Iedereen zat het liefst op zijn of haar stokpaardje. Met de adem van de buurman in je nek bij een boerentrio.
In het kleinste zolderkamertje ergens afgelegen zou er iets meer extreems te vinden zijn. Stoere boeren aten daar wat ze niet kenden. Koppen werden bij elkaar gestoken. Wie het dichtst bij de hete boerin zit warmt zich het meest en even later zaten ze met hun verbrandde gat op de blaren. Kaarsvet droop uit de naad op het bakzeil. Bungelend in de nok met een leren broek waar ze geen gat in zagen. En met een geblindeerde narrenkap maakte onbekend best bemind.

“Ende, heeft ut U gesmaeckt wijf?” Vroeg de schout bij nacht met een pijpje in de hand.
De zin en onzin is van alle tijden. Waar rook uit de bedstee komt is vuur geweest en waar een boerin wil is er een weg. Ik.

Categorieën: Algemeen

9 reacties

Mien · 31 mei 2012 op 12:09

Creatief met spreekwoorden.
Altijd leuk.
Grappige interpretaties.
Dat ook.

Mien

Yfs · 31 mei 2012 op 13:47

Heb ontzettend genoten van je vindingrijkheid. Ben gek op spreekwoorden en je blijft ze maar bijna meedogenloos uit je mouw schudden. Heerlijk! Ik miste de boer met kiespijn die er ook wel pap van lust zo tussen de verrekes haha! Stikjaloers haha! 😀

Pierken · 31 mei 2012 op 15:03

Hallo Louis. Ik ben a. nieuw hier (als lid) en b. onder de indruk van deze column. Erg inventief en onderhoudend. Wat mij betreft heb je met dit schrijven ook een aantal nieuwe spreekwoorden toegevoegd aan de onze taal. Waar komt ‘Op dezelfde aambei slaan’ vandaan?

Sagita · 31 mei 2012 op 19:19

Ha ha … echt lachen! Ik heb een boekje vol spreekwoorden, maar dit slaat alles!

Libelle · 1 juni 2012 op 06:48

Spreekwoordelijk goed Louis.

sylvia1 · 1 juni 2012 op 07:45

[quote]Waar rook uit de bedstee komt is vuur geweest en waar een boerin wil is er een weg. Ik.[/quote]
Geweldige slotzin! Dit kun jij als geen ander, Louis.

arta · 1 juni 2012 op 23:03

Op deze manier spelen met spreekwoorden kan er maar één!
Erg leuk, mooie humor, goede slotzin!

SIMBA · 2 juni 2012 op 12:57

Erg leuk! :duimop:

Geef een reactie

Avatar plaatshouder