Vandaag is een mooie dag. Met muziek in mijn oren loop ik over het station. Het is prachtig om te zien hoe de wereld lijkt te reageren op de old school Mobb Deep beat die uit mijn oortjes komt. Een blinde man tikt achteloos zijn stok op de maat heen en weer terwijl hij iets minder achteloos probeert in te checken. Bij de andere incheckpaal staat een bejaard echtpaar zich af te vragen waarom hun papieren kaartje geen piepje geeft als ze hem heen en weer bewegen. Ik loop behulpzaam op ze af, maar bedenk mezelf halverwege dat je nooit te oud bent om iets te leren. Ik laat het dus maar hierbij.

Als ik langs de Smullers loop zie ik alleen maar dikkerdjes in de rij staan. Om te zorgen dat mensen niet teveel in stereotypen gaan denken trek ik snel een kaasouffle uit de muur. Ik ga op een bankje zitten en bekijk hoeveel tijd ik nog over heb: over twee minuten gaat mijn trein. Honderdtwintig seconden. Dat wordt proppen dan. Terwijl ik de trein in stap veeg ik de slierten warme kaas uit mijn mondhoeken weg(hoezo mannen kunnen niet multi-tasken?). Nadat ik heb plaatsgenomen in een, zeldzame, vrije vierzitsbank bedenk ik mezelf dat het naar binnen schrokken van de kaassouffle niet nodig was geweest. Je kan namelijk ook gewoon eten in de trein. Deze gekke keuze is vast en zeker een gevolg van mijn laatste uitgebreide maal in een sprinter. Ik zal niet uitleggen hoe, maar er is toen een whopper, een kleine friet en medium cola terecht gekomen tussen een automatische schuifdeur. Sindsdien haat ik automatische schuifdeuren en eten in de trein.

Fuck, ik ben per ongeluk in de stiltecoupe gaan zitten. Als ik ergens onrustig van word, zijn het wel stiltecoupes. Het is zo stil dat ik me begin te ergeren aan de vrouw schuin tegenover mij, die om de twee minuten een bladzijde van haar boek omslaat. Op de voorkant van het boek valt te lezen dat de vrouw ‘vijftig tinten grijs’ aan het lezen is. Ik kan het niet laten om op haar gezichtsuitdrukkingen te letten. De vrouw gaat met haar emoties zo op in het boek dat mijn kaassoufle langzaam naar boven kruipt. Om mijn misselijkheid te bedaren draai ik mijn hoofd naar de andere kant van de coupe. Inmiddels is er een oudere vrouw tegenover mij komen zitten. “Jongeman, weet jij misschien of het volgende station Den Dolder is? Ik kan niet zo goed meer lopen, en mijn ogen zijn ook al niet meer zo best..”. Het volgende station is inderdaad Den Dolder, en hoe zielig ik het ook voor de oude vrouw vind, ik houd mijzelf aan het principe van de stiltecoupe en kijk strak voor mij uit.

Even voorbij Den Dolder worden we gecontroleerd. De vijftig tinten grijs mevrouw blijkt geen kaartje gekocht te hebben en krijgt een boete. “En u volledige naam mevrouw?” “S.M Houdini”. De oma tegenover mij vraagt iets over Den Dolder aan de conducteur en direct na zijn antwoord barst ze in huilen uit. Huilen in de stiltecoupe, gedraag je eens. Demonstratief loop ik de coupe uit en ga alvast staan bij de deur staan. Dit laatste is geheel tegen mijn principes in: als er een soort mens verbannen moest worden uit dit land zijn het wel diegene die minuten van te voren bij de deur gaan staan, om zich vervolgens onhandig staande te houden met behulp van vieze bezwete paaltjes. Niet mijn ding.

Als ik na voltooiing van mijn reis weer terug ben op Amersfoort centraal zie ik het bejaarde echtpaar nog steeds bij de incheckpaal staan. Het ziet er naar uit dat niemand ze te hulp is geschoten in de tussentijd. Met al mijn behulpzaamheid loop ik naar ze toe en leg ze het principe van de papieren kaartjes uit. Na een kort gesprekje vertrekken de oudjes richting Den Dolder, waar een familie reünie aan het plaatsvinden is. De oudere zus van de incheckpaal-man zou vandaag ook voor het eerst met de trein naar Den Dolder reizen. Ze zijn erg benieuwd hoe zij haar treinreis heeft ervaren. Ik ook. =

Categorieën: Algemeen

7 reacties

Yfs · 6 juli 2013 op 13:15

Wat een heerlijke column om te lezen! Leuke titel ook! Tijdens het lezen gelachen, met mijn hoofd geschud, mijn wenkbrauwen gefronst en uiteindelijk na de laatste alinea hardop ‘Ach gut’ geroepen. Wat een onthutsende, doch goed ingepakte en ijzersterke clou!!!

SIMBA · 6 juli 2013 op 13:46

Hij is leukkkk!!!! :laugh:

Libelle · 6 juli 2013 op 17:33

Geanimeerd gelezen. Wat ben je dan frigide zeg, steeds om de twee minuten.

Nachtzuster · 6 juli 2013 op 19:38

Je schrijft erg lekker en hebt een goed oog om te observeren wat je dan prima verwerkt in een column. Want eigenlijk gaat het nergens over. Knap hoe je er dan een enerverend verhaal van maakt. :yes:

Ferrara · 6 juli 2013 op 20:05

Jammer dat het blad tussen de rails niet meer bestaat. Hij zou er zo in kunnen. Prachtige titel terwijl die leeftijd nergens valt te spotten.

Sagita · 7 juli 2013 op 10:53

Leuk verhaal. Heel herkenbaar. Wel een beetje dwarse reiziger. Slot heel grappig!
groet Sa!

Meralixe · 7 juli 2013 op 12:06

Er zit van mij, en ik denk zelfs vandaag, ook een column met enkele vergelijkbare omstandigheden, maar dan van uit het standpunt geschreven van een zeventiger.

Er zit me toch iets dwars in uw verhaallijn. U vertrekt met de trein vanaf Amersfoort centraal richting Ten Dolder, weg van punt A waar die twee mensen staan te sukkelen met één of ander ook mij onbekend apparaat. Even later beëindigt U uw reis…op dat zelfde punt A. waar ben je dan naartoe geweest? Er mag natuurlijk een ongebreidelde verregaande fantasie bij de schrijver heersen maar beweren dat die oudjes daar een paar uur naar een oplossing aan het zoeken waren is toch een beetje van het goede te veel…denk ik. 🙂

Er kunnen hier en daar enkele slordigheidjes weg gewerkt worden die de kwaliteit van de column sterk verbeteren.
Voorbeeld: Voorlaatste alinea… Na ‘principes’ een punt. Daarna hoofdletter A (nieuwe zin) en dan verder ‘moet’ in de plaats van ‘moest’ en ‘is’ in de plaats van ‘zijn’. Met deze kleine verschillen lees ik het dan zo:

“Dit laatste is geheel tegen mijn principes. Als er een soort mens verbannen moet worden uit dit land dan is het wel diegene die minuten van te voren bij de deur gaat staan, om zich vervolgens onhandig staande te houden met behulp van vieze bezwete paaltjes. ”

Nu, de beste stuurmannen staan aan wal hoor.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder