Haar ouders wilden twee stuks, en liefst van elk eentje. De moeder was amper negentien en de vader vijfentwintig wanneer deel één van hun geluk zich aankondigde. Barry werd geboren, het was een jongetje met een oerlelijke naam, maar dat kon hen niet deren. Iedereen mocht het weten, hun zoontje was een feit. De vader zag het reeds voor zich, hun eigen tegelzetbedrijfje: “Stafke en zoon, voor al uw vloeren”. De ouders konden zich amper een brood permitteren, hun laatste centen gaven ze uit aan een luier of twee. Zelfs de moedermelk was amper te betalen maar ze deden alles voor hun kleine spruit. Drie maanden later sloeg de klok slechts zeven,….de kleine Barry was dood. Gestorven in het wiegje, wiegendood.

Het hoeft geen woorden om te zeggen hoe hard het verdriet was ingeslagen. Ze wilden even wachten om een nieuw geluk aan te boren. Ze wilden de verslagenheid voelen en volledig doorleven.

Na een jaartje begonnen ze er terug aan, nauwgezet en in het gaatje, zonder doel. Het hoefde niet per se een jongen te zijn, ze wilden er tenslotte twee, dus ze hadden nog één kans op twee, of vijftig op honderd. Het werd een meisje, blond, blauwe ogen en piepklein. Vooral dat laatste is gebleven, ze bleef klein maar was kerngezond, en de ouders konden opgelucht opnieuw ademhalen.

Twee jaar later en alle hoop richtte zich deze keer op een jongen, eindelijk kon het gedroomde tegelzetbedrijfje tot stand komen. Het lot besliste echter anders, het werd opnieuw een meisje. Dat is ook exact wat de vader zei toen ze uit moeders’ warme schoot kroop: “weer een meisje”. Ze hoort het hem nog steeds zeggen, de teleurstelling klonk door in zijn stem. En zo begon het: het leek alsof ze op jonge leeftijd reeds wist dat ze anders was dan het typische vrouwtje. Ze klom in bomen, ze viel er regelmatig uit, en ze was steeds op stap met papa. Ze ging met hem mee naar de duivenmelkercafé’s en at toen nog een droog worstje van achter de toog. Ze had geen barbiepoppen, want dat was iets voor meisjes. Nee, ze speelde met playmobil en met de autootjes, soms kwam er zelfs een blokje lego aan te pas.

Ze wist dat er ooit een jongen was geweest, ze wist dat ze een broertje had, zijn naam had ze terloops eens gelezen op zijn graf, op 11 november of zo. Haar moeder sprak er nooit over, en wanneer ze er op een onbezonnen moment toch iets over zei, sprak ze steevast over “haar kleinste”. Nooit zei ze zijn naam. Het meisje voelde zich soms ongewenst, hoewel haar ouders haar nooit dat gevoel gaven. Ze zocht het zelf op. Als haar kleine broer had blijven bestaan, dan was zij er nooit geweest. Ze voelde zich alsof ze zijn leven geleend had. Stiekem vroeg ze soms aan hem wat hij zou doen in deze of gene situatie. Maar dat sprak ze nooit luidop uit, niemand mocht ooit weten hoe zij zich voelde. Er werd tenslotte thuis niet over de doden gepraat.

Op een bepaald moment, toen ze een jaar of twintig was, kwam ze zelfs met een vriendin naar huis, misschien was het omdat haar ouders graag een schoondochter wilden. Het bleek slechts een fase, iets waar elk geleend leven door moet. Want zo is dat met geleende levens weet je, soms moet het maar,…

En ooit zal ze het vragen, ooit wil ze het weten, waarom die afschuwelijk lelijke naam?

Categorieën: Algemeen

19 reacties

troubadour · 12 maart 2014 op 08:22

Wat heb je toch het fijne vermogen om de lezer precies aan te reiken, wat hij nodig heeft om de juiste sfeer te ervaren.
Alleen daar geniet ik al zo van!

Mien · 12 maart 2014 op 09:59

Goede column. Moest even denken aan ‘A boy named Sue’. Mooie titel ook. De reactie van Troub kan ik onderschrijven.

Ze voelde zich alsof ze zijn leven geleend had.
Zou ik anders schrijven:
Het voelde alsof ze zijn leven geleend had.

Maar dat sprak ze nooit luidop uit.
In het kader van ColumnX als website binnen het hele Nederlandse taalgebied zou ik kiezen voor hardop i.p.v. luidop.
Hardop is standaardtaal in het hele taalgebied, standaardtaal in België is daarnaast ook luidop. Aldus taaladvies.net

Yfs · 12 maart 2014 op 16:35

Echt zo’n column waarvan je elke letter verslindt. Eentje waar je vooral niet aan moet komen en al helemaal geen taaladvies.net op los moet laten. Een column die het verdient om in alle puurheid ervan bewonderd te worden. :yes: :rose:

Anders · 12 maart 2014 op 19:45

Bedankt voor de fijne complimenten,…

En inderdaad Spencer, ik wilde het hier ook net neerpennen: ‘luidop’ is Vlaams, ‘hardop’ is Nederlands, dus wilde ik het ook niet veranderen. Maar dat ene zinnetje dat Mien aanhaalde, was inderdaad beter geweest.

    Spencer · 12 maart 2014 op 20:08

    Dat is waar. En een mooi verhaaltje.

    Nu heb ik godverdomme [zowel Vlaams als Nederlands] weer gereageerd op de verkeerde manier! Dus eerst op een reactie en daarna pas op de column.. Ik hoop dat u het mij niet kwalijk neemt, maar ik kon Het Reageerschema niet vinden, dus het moest uit het hoofd..

    Mien · 12 maart 2014 op 20:35

    Tsja Anders, het is maar net zoals je het wil lezen of begrijpen.
    Ik had het al aangehaald:
    In het kader van ColumnX als website binnen het hele Nederlandse taalgebied zou ik kiezen voor hardop i.p.v. luidop.
    Hardop is standaardtaal in het hele taalgebied, standaardtaal in België is daarnaast ook luidop. Aldus taaladvies.net

    Ben voor u even in Taaladvies gedoken om verdere uitleg:

    Wat vindt u in Taaladvies?
    In Taaladvies vindt u een antwoord op vele concrete vragen over taal en spelling. De kern van Taaladvies is een databank met taal- en spellingkwesties waar vaak vragen over gesteld worden. De selectie van die kwesties is gebaseerd op de ervaringen van taaladviseurs en taaladviesdiensten in Nederland en België.

    Welke personen en instanties zijn bij Taaladvies betrokken?
    Aan Taaladvies wordt sinds het begin van de jaren negentig gewerkt. Heel wat deskundigen hebben in de loop der jaren een bijdrage geleverd aan de totstandkoming van de taaladviesbank. De namen van alle betrokkenen vindt u in een lijst van medewerkers.

    De meeste teksten zijn geschreven door een vaste groep auteurs. Aanvankelijk waren dat Tieneke Wilms en een kernredactie bestaande uit Jan Komen (coördinator), Geert Craps, Walter Haeseryn, Johan Nootens, Arie de Ru, Marc de Smit, Eric Tiggeler en Gerard Verhoeven. De huidige vaste tekstschrijvers zijn taaladviseurs van het Genootschap Onze Taal en de Taaltelefoon : An Bosmans, Roos de Bruyn, Dirk Caluwé, Stefaan Croon, Sylvianne De Schepper, Aleid Fokma, Rutger Kiezebrink, Jaco de Kraker, Tamara Mewe, Sara Van Calster, Veronique Verreycken en Wouter van Wingerden.

      Spencer · 12 maart 2014 op 22:05

      Maar Mien, het is toch leuk om wat Vlaams te leren?

        Mien · 13 maart 2014 op 00:04

        Het Vlaams, daar is geen beginnen aan. Hoeft voor mij ook niet. uitgezonderd zeker en vast. Want dat betekent heel wat anders dan vast en zeker. 😉

          troubadour · 13 maart 2014 op 05:32

          Poepen schijnt ook een heel andere betekenis te hebben.

Mien · 13 maart 2014 op 08:13

Off topic @ Troep:
[quote]Poepen schijnt ook een heel andere betekenis te hebben[/quote]
Klopt. Waarbij ik nog wil toevoegen dat in jouw geval bij beide betekenissen geldt dat de wens de vader van de gedachte is. 😉

.

Fulminator · 13 maart 2014 op 12:51

Anders, hij is prachtig. Een reden om hier te blijven lezen.

arta · 13 maart 2014 op 13:46

Mooi geschreven, Anders!

Toch een tip: (die ik zojuist ook onder een ander stuk plaatste) Teveel ‘ze’. Probeer het te omzeilen.

Al lezende vroeg ik me af of dit stuk in de ‘ik’-vorm niet nóg mooier was geweest. Uiteindelijk bedacht ik me dat je, bij dit verhaal, in de derde persoon enkelvoud het sentiment beter gedoseerd kon opdienen, wat het effect ten goede komt. Een bijzondere keuze.

Anders · 13 maart 2014 op 15:46

Bedankt Fulminator en Arta!
@Arta: Betreft die ‘ze’ omzeilen heb je inderdaad overschot van gelijk, ik probeer eraan te werken. En je andere opmerking klopt ook: net omwille van die dosering heb ik toch voor de derde persoon enkelvoud gekozen.

Nachtzuster · 15 maart 2014 op 23:15

Heel fijn om te lezen. Had voor mij nog wel zes pagina’s mogen duren. Juist het Vlaams vind ik prima te verteren en lieflijk aandoen. Ik heb er wel wat mee. :rose:

Geef een reactie

Avatar plaatshouder