Een keer per jaar doe je net alsof je goed kunt koken. Zo’n kerstdiner leent zich daar prima voor. De stoofpeertjes pruttelen lekker in de pan. Scheutje wijn erbij, scheutje wijn voor jezelf. Het ruikt goed, maar toch mis je iets. Dan opeens besef je het. De kaneelstokjes ontbreken! Daar gaat je reputatie. Goed, geen paniek. Als je nu naar de winkel rent, lukt het nog wel. Eenmaal binnen bekruipt je het gevoel dat het niet zo makkelijk zal gaan. In het midden van de gangpaden staan stapels dozen. In diepe plassen rode wijn drijven opengescheurde verpakkingen. Her en der slaan glazen potten kapot op de vloer. Dit kan maar een ding betekenen: vakkenvullers.

De rotzooi waar je je doorheen moet ploeteren is niet zo’n probleem. Dat is gewoon een kwestie van stevig doorduwen en vooral niet inhouden als een vakkenvuller onder de wielen van je winkelwagen terecht komt. Het wordt pas vervelend als je iets nodig hebt.
Natuurlijk, je zoekt eerst zelf, maar na een kwartier turen tussen de kruiden geef je het op.
Er zit niets anders op dan het een vakkenvuller te vragen.

Dan moet je er wel eerst een te pakken zien te krijgen. Dat is lastig, want als je ze ziet schieten ze meteen een ander gangpad in. Echt snelheid maken in de achtervolging lukt ook niet met al die obstakels. Op het moment dat je het op wil geven zie je er een die zich compleet met dozen heeft ingebouwd. Mooi. Die kan geen kant op. Dat geldt helaas ook voor de zure zweetlucht om hem heen. Het gevolg van een streng dieet van Red Bull en cheese onion chips. En je weet, vakkenvullers gebruiken geen deo, dus dat is even incasseren. Adem in en toch maar vragen.

“Pardon, weet je misschien waar ik de kaneelstokjes kan vinden?” Hij kijkt je aan met een verschrikte, lege blik en verdwijnt. Na enkele minuten begin je je af te vragen waarom het zo lang duurt. Moet hij ze soms halen bij een ander filiaal? Je denkt aan weglopen maar thuiskomen zonder kaneelstokjes is geen optie. Misschien heeft ‘ie wel een verschrikkelijk ongeluk gekregen, zoekend tussen de tientallen meters hoge stellingen van het magazijn? Misschien zit hij daar klem, tussen twee schappen, ergens achterin waar nooit iemand komt. Nee, natuurlijk heeft hij geen ongeluk gekregen. Die klojo is gewoon pauze aan het houden terwijl jij staat te wachten. Dan zie je de stokjes ineens liggen, tussen de dozen op de palletwagen naast je.

Een uitgelezen mogelijkheid om meteen wraak te nemen. Je haalt er nog een vakkenvuller bij. Met een vriendelijke glimlach zeg je: “Volgens mij zie ik daar wat ik nodig heb. Ja, daar he-le-maal onderop.” Met twee man wordt de pallet afgestapeld. Niet veel later is de gang definitief geblokkeerd met dozen. De afdeling vers brood en de koelafdeling zijn nu al een tijdje onbemand. Door de winkel begint zich langzaam een geur van verbrand brood te verspreiden. Op de koelafdeling beginnen de pakken cornetto’s voor de vriezer al een beetje te druppen. Dit gaat goed. De bedrijfsleider snelt met nerveuze pas voorbij. Zijn smakeloze gele overhemd vertoont donkere plekken. Ook hij gebruikt geen deo.
Als de toren eindelijk is afgestapeld zie je dat het geen kaneel- maar vanillestokjes zijn. Je bedankt de nu overwerkte vakkenvullers en legt het product om de hoek tussen de koekjes. Aan het plafond zoemt een camera die deze onregelmatigheid feilloos registreert. Over de intercom schreeuwt de bedrijfsleider dat er acuut gespiegeld moet worden bij de koekjes. Op de broodafdeling gaat een brandmelder af. Voor de koeling stort de toren ijs theatraal in elkaar. Je versnelt je pas richting de uitgang. Dan maar geen kaneelstokjes. Het verschil proeft toch niemand.

Categorieën: Actualiteiten

6 reacties

Fem · 25 december 2012 op 08:29

Lekker overdreven en geestig geschreven!

tip: kaneelpoeder werkt ook prima en er bestaat zelfs een kant-en-klaar goedje voor door de peertjes (excl. wijn)

Libelle · 25 december 2012 op 09:43

Iets subtieler had gemogen voor mij.

rickevers · 25 december 2012 op 09:55

Goed geschreven Floris. Je onderwerp is ook helder. Toch had het einde spannender gekund. Het stukje dooft een beetje. Het hele stukje wil je per se kaneelstokjes en dan ga je toch zonder weg. Het was leuk geweest als die vakkenvuller die er vandoor ging op het laatst toch nog met kaneelstokjes voor je aan kwam zetten. Dat hij je toch verrast heeft. Dan kantelt het stuk en wordt het sterker.

Meralixe · 25 december 2012 op 10:13

Die ‘je’ vorm zit me niet lekker. En, vakkenvullers zijn ook mensen hoor.
Nee, een niet bepaald vriendelijke column op deze Kerstdag. :eh:

Yfs · 25 december 2012 op 15:30

Helemaal met Rick eens!

Hoewel ik me regelmatig erger aan vakkenvullers” verdienen ze toch iets meer krediet. Er zitten ook hele beleefde en behulpzame exemplaren tussen.
Geniet van je stoofpeertjes straks!

😉

arta · 26 december 2012 op 11:36

Erg leuk geschreven, Floris!

Precies genoeg ‘over the top’ om een hilarisch beeld te scheppen van de Kerstinkoop-woede in jou en het ‘ik-kan-het-niet-bijhouden’ van de vakkenvullers.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder