Iedere morgen, tegen zessen, vertrekt er een arbeider. Vermoedelijk opgehaald, waarschijnlijk opgehaald, want er rommelt een motor stationair in de straat, precies gedurende de tijd die een arbeider nodig heeft zijn koffie op zijn biezen te morsen en zijn vriend, collega en vermoedelijk meerdere tevergeefs een beetje te leren. Je hoort ze niet komen, je hoort ze niet gaan. Ze laten alleen de geruststelling dat ze geweest zijn, en gisteren zijn thuisgekomen. Zij roffelen nu over klinkers, waarschijnlijk ergens in een buitenwijk van de stad. Op zoek naar tegels om te zetten of tomaten om te plukken.
Sommige morgens, tegen zessen, gaat er een geest uit de voeten na het zetten van een sirene. Het is zo’n geluid dat mensen maken als ze chagarijnig zijn. Weer niets is ontvreemd, al lijkt het nu ondenkbaar dat er nog iets wordt begeerd in dat stuk blik, dat steeds onverklaarbaarder zijn begeerder naroept. Het onophoudelijk voortgaan van het geloei maakt ook de auto zelf tot een spookachtig voorwerp, omdat het hierdoor van bezitter verstoken lijkt en toch steeds met geladen accu ergens in een zijstraat blijft wachten.
Soms schuilt betekenis in de dingen. Ergens tussen de lantaarns, de doordeweekse leegte en soms een koude miezer, of mist en een uitzicht op de leegte van het bijna oplichten van de rijtjeshuizen, op elke hoek van de straat, doolt een nachtploeg die de molen van de dag in gang zet. Sommige straten behoeven geen diefstalalarm, misschien maar het schuifelen van een kat in de stuiken of het klepperen van een schuurdeur die uit zijn maat is geweekt… misschien zijn er hele buurten waar niks gebeurt, waar wekkers waar leveren. Maar niet hier.
Hier komen schijnbaar zonder samenhang twee geluiden samen. Afzonderlijk wekken ze misschien geen argwaan, maar wat samen twee is wordt ginder één. Ik heb ze nooit gezien, de auto noch de arbeider, laat staan samen. Wel ben ik in de ban van overtuiging, dat zij niet wederkeren voor het simpel wekken van een ander, maar voor mij; ik zal snel moeten gaan slapen of de loop der dingen mist een tussenschouwspel, voor mij zo gewoon en haast misselijkmakend oninterresant, voor de schakeling in de chemische en mechanische verschuivingen en ontladingen die ten grondslag liggen aan dit kleine stukje universum zeker geen triviale gebeurtenis!
Zometeen zal de eerste buurman zich wakker melden door van het portiek te rochelen en zijn auto te starten, of zijn geprogrammeerde radio door de muren en leidingen te laten jammeren. Hij heeft een verschrikkelijk humeur, maakt het als iedere morgen uit met zijn vrouw en gaat op weg naar zijn kutkantoor waar zijn kutbaas op hem wacht en zijn kutcollega’s alweer overspannen vandaan zijn gevlucht. Hij wil terug naar huis nog voordat hij er is, voordat zijn gedachten hun dieptepunt hebben bereikt en alles weer langzaam met de lucht lichter wordt, als hij beseft dat hij wakker is. Hij staart naar het plafond. Zijn leven is compleet behalve die ene kwaal, waarvoor hij meer sloffen sigaretten dan hij zich kan verbeelden heeft opgebrand bij de praatarts. Deze stelt graag diagnoses: Ochtenddepressie. De dokter heeft daar zelf geen last van. Hij woont in een andere buurt.
Zie je wel. De loop der dingen herstelt zichzelf, net een thermometer, die door voortdurend zijn bloed op en neer te pompen zichzelf nooit tegenspreekt. Je zou bijna zeggen dat er een fabrikant aan heeft meegewerkt, of dat er tenminste over is nagedacht.
Overbodig stil te staan bij hoeveel anderen ik met mijn ongehoorzaamheid treiter.
Rest mijn summiere gevoel van schuld te smoren in een verlichte schoonheidsslaap en mijn voorraad chemicaliën te herstellen om het morgen weer gul te schenken aan de loop der dingen. Tot in de vroegte de stalen haan kraait onder het geschuifel van jullie, wie jullie ook zijn, ongelukkige kasboeren.
Mijn oprechte excuses,
Uw buurman
8 reacties
mrcrash · 27 augustus 2005 op 14:19
Ik heb je column meerdere malen gelezen. Maar ik blijf het warrig verhaal vinden.
Trukie · 27 augustus 2005 op 16:37
Na 1 keer lezen had ik een vermoeden van de rode draad. Na twee keer, sommige stukjes 3 keer lezen, vond ik het een bijzonder subtiel verhaal. Iedere zin vertelt iets, maar wel zonder adempauze.
Ik zal er bij stilstaan als ik tomaatjes aan de salade toevoeg.
Mooie entree.
Geertje · 27 augustus 2005 op 17:51
Tekst opmaak: Het maken van alinea’s zou makkelijker lezen.
[quote]Op zoek naar tegels om te zetten of tomaten om te plukken.[/quote]
Inhoud: En jij schept ze om in je salade!
[quote]De dokter heeft daar zelf geen last van. Hij woont in een andere buurt. [/quote]
En verbouwd zijn badkamer met behulp van!
meta4 · 27 augustus 2005 op 19:48
Excuses voor de opmaak, die is minder dan fatsoenlijk. Volgende keer netter;-)
Ma3anne · 27 augustus 2005 op 23:46
Ik probeer beelden te zien die je schetst, maar net als ik iets denk waar te nemen, verdoezel je ze weer.
Kan er eerlijk gezegd geen touw aan vastknopen.
Louise · 28 augustus 2005 op 07:34
Jij weet een spanning op te bouwen en een lezer nieuwsgierig te maken, absoluut!!
Ik blijf alleen wel zitten met mijn nieuwsgierigheid en de opgebouwde spanning. De antwoorden en de clue heb ik niet op kunnen pikken terwijl je mijn interesse meteen gewekt had 😉
Dees · 28 augustus 2005 op 10:17
Er zit een heerlijke cadans in de zinnen. Alleen de adempauze ontbreekt inderdaad een beetje.
Maar het ‘verhaal’ is prachtig!
Ps. Leuke nick ook.
bert · 28 augustus 2005 op 11:40
Welkom op cx.
Ik wacht op jouw volgende column.
Hier kon ik jammer genoeg geen brood van bakken.