Geen idee dat het zo intens droevig gesteld was met die body language van me. Maar het veelbelovende artikeltje in het plaatselijke Naarder Sufferdje sleurde mij onlangs weer helemaal bij de les.
Ik ga straks op cursus. Om de hoek. Bij Viola Voelspriet, oefentherapeut Mensendieck en Shantaladocente. Mijn zeldzame dédain voor de wereld van HartenZiel heb ik in een paar weken inmiddels boordevol schaamte helemaal overwonnen. Ik betrapte me er zelfs vandaag op, de dag fris en fruitig te openen met het tot nu toe door mij schromelijk onderschatte, gelijknamige Volkskrantkatern. En het valt te vrezen dat het een kwestie van tijd is of ik sla helemaal door.
Alle voortekenen wijzen er op dat ik Het Licht ga zien. En dat terwijl ik toch waarachtig meende al een leven lang een aardig portie lichamelijkheid in het pretpakket van m’n bruisende leven gestopt te hebben. Ontelbare troostende armen legde ik immers in m’n ellenlange carrière als docent probleemloos om de schokschouderende bloedjes van treurende kinderen. En daar liet ik, geheel tegen de adviezen van m’n doodsbenauwde collega’s, de lokaaldeur zelfs niet bij open staan. Berekende, geprogrammeerde empathie kon wat mij betreft de hoogste boom in.
Kinderverdriet. Het moment om je primaire gevoel maar duidelijke taal te laten spreken. En als daar een beetje onschuldige lichamelijkheid aan te pas kwam, lagen er voor mij geen drempels
De vervaarlijk groeiende optocht vrolijk kraaiende peuters die tegenwoordig over de vloer van huize Mut kruipt, steevast op weg naar de felbegeerde telefoons, de afstandbediening van de tv, het stereo-setje en het zoveelste leeg te schudden kistje met 50 tweedekeus sigaren, mag in ruil voor een plotseling van peuterzeik vergeven pantalon, belangeloos rekenen op m’n niet aflatende begrip en bemoediging. Alle opa’s en oma’s in mijn omgeving knuffelen zich trouwens helemaal te pletter.
En om de cirkel dan ook meteen maar even helemaal rond te maken: de prettige plekjes van Vriendin weet ik tot eer en meerdere glorie van onze relatie al jaren moeiteloos te vinden. Niettemin, als ik alles wat Viola mij te bieden heeft moet geloven, schiet ik toch ernstig tekort.

‘Zeg maar Viola’, opende de vriendelijk ogende Mensendieckster de eerste schermutselingen. Mensendieck, ik had het bij Wikipedia vooraf natuurlijk nog gauw even opgezocht. Een paramedische behandelmethode voor klachten aan het houdings- en bewegingsapparaat en spiergebruik gericht op vitaliteit.
Het oogde uitermate geruststellend. Zeker wat betreft die vitaliteit. Voor je het weet val je in handen van een gemankeerde Jomanda-achtige gebedsgenezeres of erger nog een marktgericht denkende, uitgekiende Sonja Bakker. Niet bepaald het type therapeut bij wie ik sta te trappelen om m’n povere lichaamstaal bij te spijkeren.
In het luchtig opgezette oefenzaaltje – rook ik daar wierook?- schurkte een zonder uitzondering uit vrouwen bestaand groepje somber ogende cursisten schichtig bijeen langs een klimrekje, een veelkleurige plastic glijbaan en een overdadig ingericht poppenhuis. Om te beginnen eerst maar ’s zonder het kindergeluk waarop we binnen afzienbare tijd onze nieuwverworven knuffelvaardigheden zouden gaan botvieren. Dat zou pas op cursusavond nummertje twee ten tonele gevoerd worden.
Bij het eerste kopje Rooibosthee (gratis) liet Viola er meteen geen gras over groeien.
‘Babymassage is een bijzondere manier om elkaar te leren kennen’, stak ze voortvarend van wal. ‘Zonder woorden leren we de taal van de baby verstaan, lichaamstaal. Met de Shantala babymassage die eenvoudig te leren is, activeer je zowel je eigen zintuigen als die van je baby, waardoor je intuïtief aanvoelt wat goed is voor jouw baby. Deze massagevorm is geschikt voor alle (adoptie-) moeders/vaders met baby’s vanaf ongeveer zes weken tot negen maanden. Ze slapen regelmatiger, krijgen een betere spijsvertering en een groter besef van geborgenheid. Alles wordt anders, zowel voor het kind als voor de moeder. Via deze babymassage kun je iets extra’s toevoegen wat van onschatbare waarde is. Aanraken is voor een baby net zo belangrijk als voeding.’
De impact van de op samenzweerderige toon uitgesproken boodschap van de massage-goeroe loog er niet om. Zag ik daar al niet iets als een eerste aanzet tot een matte glimlach doorbreken in de treurige ogen van het depressieve gezelschapje?
De kiem voor een gevoel van nattigheid was wat mij betreft gelegd.
Even later stonden we verspreid over de ruimte tot over onze oren collectief verstrikt in een serie lichaamsoefeningen die de regelrechte opmaat moesten vormen voor de totale ontspanning, het warme bed van waaruit we tot de essentie van het Shantala-denken zouden komen.
’Ontspanning’ mocht dan een onontbeerlijke voorwaarde zijn, een zo mogelijk nog belangrijker bestanddeel van de hele filosofie was ‘vertrouwen’.
Ik was er al bang voor en inderdaad.
Met een blinddoek om liet Anja, een grasvreterige dertiger met een stevige postnatale depressie, zich weldra door de via een loting uitverkoren Annemiek zorgvuldig over, onder en tussen een aantal daartoe opgeworpen obstakels doorvoeren. Onder luid gejuich van het intens meelevende clubje dat er overduidelijk zin in kreeg, passeerde ze even later zonder problemen de finish.
Het vertrouwen was er.
Het mijne trouwens niet.
Ik heb vanwege m’n werk door de jaren heen al genoeg van dit soort jeukseances meegemaakt op die diarree van bijscholings- en andere volslagen van de pot gerukte, wereldvreemde sensitivity-achtige cursusjes waarmee we zonder meer onze individuele competenties zouden oppimpen. Allemaal om vooral maar te verhinderen dat we ons onledig zouden houden met dat meer dan verderfelijke lesgeven. Iets waarvoor we in mijn optiek toch ingehuurd waren. Voor mij één van de redenen om tenslotte na 36 jaar de handdoek in de ring te gooien.
Toen we als volgende punt van de agenda vervolgens allemaal, met zo’n zelfde blinddoek om, geacht werden elkaar te betasten om de sensatie van de lichamelijke aanraking aan den lijve te ondervinden, braken bij mij de vliezen.
Ik werd gered door de ratelende ringtones van m’n mobiele telefoon die ik godezijdank met kennelijk vooruitziende blik vergeten had af te zetten.
‘Ik moet helaas ogenblikkelijk weg’, deelde ik tot mijn amper te beschrijven spijt mee.

Ik vluchtte naar m’n Marokkaanse schaakvriend om de hoek. Alle tijd voor dat wekelijkse partijtje van ons. Als ik een kwartiertje geduld had, was Mohamed er helemaal klaar voor.
Het werden er vijfentwintig waarin hij uitgebreid z’n verse nazaat van zes maanden naar bed knuffelde. Maar toen schoven we dan ook aan voor een desastreus potje.
De Shantala-cursist overzag in de 21ste zet matdreiging op de Damevleugel. Nota bene op het moment dat ie nét met z’n beide lopers en een toren een overweldigend eigen offensief dacht in te zetten.
Helaas.
Aanraken is zetten.
Regels zijn regels.


7 reacties

KawaSutra · 21 oktober 2008 op 00:04

Ik geloof dat ik na het lezen van dit stuk ook wel toe ben aan een Shantala babymassage. Aangezien mijn eega daarin gediplomeerd is, komt het vast weer helemaal goed. 😀

Mien · 21 oktober 2008 op 07:46

Ik grinnik. Erg herkenbaar Mut.
Ooit ook nog eens gezweefd over een tapijtje, ribben (en vooral geld) nageteld en de adem iets te lang ingehouden.
De sessies duurden over het algemeen wel iets korter dan deze column.
Sterk slot.
Aanraken is zetten.

Mien Matje

lisa-marie · 21 oktober 2008 op 09:48

Mooie en goede afsluiting, inderdaad aanraken is zetten bij alle spelletjes bij ons.
En de kinderen die knuffelen we gewoon.

Ma3anne · 21 oktober 2008 op 14:37

Sommige zinnen vragen op zo’n scherm toch wel enige grammaticale vaardigheid om te kunnen blijven volgen wie wat waar waarom en hoe doet. Maar ondanks dat heb ik geboeid zitten lezen en ongeboeid zitten lachen. Je ironie is heerlijk! 😀

SIMBA · 21 oktober 2008 op 16:19

[quote]Viola Voelspriet[/quote]
😆

Mup · 21 oktober 2008 op 20:02

Eens met Ma3,

Groet Mup.

arta · 21 oktober 2008 op 20:25

Sluit ook aan bij Ma3!
(beter krijg ik het zelf niet verwoord)

Geef een reactie

Avatar plaatshouder