Het is al laat in de avond. Gijs werpt een ongeduldige blik op de voordeur.
‘Waar blijft ze nou?’ mompelt hij. Het is nu al weer een paar uur geleden dat ze de buurt in trok, op zoek naar verloren zielen. Gijs zucht. Hij is allang niet meer zo overtuigd als Trudy is. Sterker nog, hij is het geloof zat. Zijn gedachten dwalen vanzelf af naar Nadine. Ongelovig en ongelooflijk lekker. Watertandend denkt hij aan haar kontje. Zijn eigen vrouw heeft nooit zin en om eerlijk te zijn zal haar weerzin hem een biet wezen. Nadine ziet hem ook wel zitten, vermoedt hij. De verleidelijke blikken en het uitnodigende uitzicht op haar decolleté.

Dan hoort hij het gerinkel van een sleutelbos, Trudy staat voor de deur. Maar wat staat ze daar nu te doen? Waarom komt ze niet naar binnen? Hij loopt enigszins verwonderd naar de deur en opent die. Daar staat Trudy, zwaaiend op haar benen. Verbijsterd kijkt hij haar aan.
‘Wat is er met jou? Waar kom je vandaan? Je stinkt. Heb je gedronken?’
Trudy begint te giechelen als een schoolmeisje.
‘Ach, eentje maar, voor de gezelligheid, ‘ lacht ze en stapt wankelend naar binnen. Ze grijpt zijn arm en kijkt hem fanatiek aan. Haar ‘overtuigd van zichzelf en geloof-blik’ noemt hij die.
‘Luister Gijs, wij blijken enige buren te hebben. Wist jij dat?’

Na een nacht vol passie en posities die Gijs van Trudy niet gewend is, lijkt in de weken daarna de oude godsdienstwaanzin toch weer boven te komen drijven. Als een berg ziet Gijs ertegenop om met zijn koelkast naar het buurtfeest te gaan. De straat wordt versierd, een rood wit hek moet het doorgaande verkeerd tegenhouden en drie grote barbecue kachels staan al vroeg die avond te roken. En er is drank. Koelkasten vol. De bewoners van de straat kennen elkaar al lang en zoenen elkaar bijna hartstochtelijk drie keer op de lippen. Ook Gijs krijgt van de uitdagend geklede dames drie dikke klaszoenen. Hij voelt de kwijl achter de boord van zijn overhemd druipen.

Trudy houdt wat afstand, ondanks de getuite lippen vol  varkensvet en mayonaise waarmee de mannen haar willen gegroeten. Ze houdt het bij een hand. Gijs en Trudy maken kennis met iedereen en het lukt Trudy vrij gemakkelijk om afspraakjes te maken om over haar paradijs te komen praten. De meesten willen dat dezelfde avond nog. Ze maakt een schema in haar Iphone.
‘Wanneer komt Henk met de hoed?’ krijst Sjeel, in een krappe minirok.
‘Hij kan hem niet vinden!’
‘In zijn broek!’ giert Sjeel en slaat haar benen met een weids gebaar over elkaar.
‘Godverdomme, wat ben ik geil zeg!’ Gijs ziet de afdrukken van de rieten tuinstoel in de dikke dijen van de buuv. Even denkt hij dar het een ouderwets design van een onderbroek is. Maar die heeft ze niet aan. Dan klinkt er ineens een luid sissend geluid in een van de barbecues.
‘Wat is dat? Er was toch geen regen voorspeld?’ Jaap, chef BBQ, met in zijn ene hand een vork en met zijn andere onder het korte rokje in de blote bilnaad van buuv Lea, kijkt bezorgd naar de lucht.
‘Sorry,’ roept Sjeel. ‘Geen paniek. Ik zat even met mezelf te spelen.’ Dan klinkt het in koor: ‘Henkie! Henkie! Henkie!’ Een voordeur gaat open en er verschijnt een hoge hoed.

‘Hee, die Henkie, kom maar lekker hier met die hoge hoed!’ schreeuwt Sjeel. Ze hapt in een vette varkenspoot. Het hete vet drupt langs haar kin naar beneden. Henk is gehuld in een te strakke wielrenbroek en een glimmende tanktop. Lachend springt hij tussen het publiek, de hoed tonend als een waardevol relikwie.
‘Wie doen er allemaal mee vandaag?’ roept hij, terwijl hij haastig een slok neemt uit het dichtst nabij staande glas bier dat op tafel staat.
‘Ik heb dorst!’ schreeuwt hij. ‘En trek in wat gewillig vlees!’ Zijn wellustige blik glijdt over het wulpse lijf van een jonge buurvrouw die kirrend naar hem staat te lachen.

Gijs kijkt het tafereel stomverwonderd aan.
‘Moeten dit verloren schapen voorstellen?’ fluistert hij tegen Trudy. Zij wil er niet van horen.
‘Jij ook altijd met die negativiteit. Ze zijn alleen.. wat vrij. Maar dat betekent niks.’ Ze draait zich van hem af en loopt naar de rest van de buren.

Henk gaat als een collectant met de cilinderhoed rond. Huissleutel na huissleutel wordt gedoneerd.
‘Is dit aftrekbaar?’ vraagt Jaap lachend. Hij wil zijn hand onder de rok van Lea vandaan halen, maar dat lukt niet.
‘Ik zit vast,’ fluistert hij voor iedereen hoorbaar. Lea steekt haar enorme pokdalige achterwerk iets naar achteren en geeft Jaap daarmee voldoende ruimte om zijn beklemde vingers uit haar strakke poepgaatje te bevrijden. Hij pakt met dezelfde hand een broodje en een gebarsten worst van de grill.
‘Eerst eten! is er nog saus?’ Lea kijkt hem lippenlikkend aan.
‘Jij ook, Trudy?’ vraagt Henk, die onverstoorbaar zijn ronde met de hoge hoed vervolgt.
‘Ik heb de hele avond al ingepland!’ lacht Trudy en ze laat hem haar Iphone zien.
‘Ik kom op elk huisnummer. Even kijken. Waar is Sien?’ Ze heeft het nog niet gezegd of ze horen hard gegil.
‘Daar!’ wijst Lea. Ze ziet Sien voorover gebogen staan met haar achterkant tegen een slaapkamerraam.
‘Sien is de ramen aan het soppen!’ Er wordt gelachen, maar dan horen ze hulp geroep.
‘Dat is Harry!’ roept Jaap. Sien gooit het raam open en begint te schreeuwen,
‘Help! Kan er iemand met een nijptang komen? Harry zit met zijn ballen vast in de matrasspiraal!’
‘Nou, nou, harige Harry met zijn vleeslul gevangen bij zijn lange zak,’ zegt Lea meewarig terwijl ze Jaap kordaat bij zijn taas pakt en en zijn vrije hand tussen haar lebberende lippen duwt.
‘Daar pas ik wel voor op, Japie!’ Maar haar beoogde prooi loopt richting het huis waar Sien in haar volle overdadig behaarde glorie, die bijna schuil gaat achter haar uitgezakte borstpartij, nog voor het raam staat. Hij draait zich nog even om naar Trudy.
‘Vijf minuten. Kom dan boven Ik wil alles weten van de goddelijke drie eenheid!’ Dan sprint hij weg.

Nadine komt aan bij de straat van haar zus en zwager. Sinds een tijdje is ze aan het flirten met Gijs en ze heeft het triomfantelijke gevoel dat dit zo zijn vruchten heeft afgeworpen. Trudy kent ze al heel lang, maar ze is eigenlijk verloren voor haar sinds ze volledig opging in haar geloof. Het begon als troost na de dood van haar eerste kind en daarna liep de goddelijke devotie steeds verder uit de hand. Verder en verder tot het te ver kwam. Nadine stapt van haar fiets en ziet het kleurrijke buurtgezelschap jolig drinken bij de voortuin van nummer negenenzestig. Een buurman met een opvallende tanktop aan graait met zijn hand onder de rok van een ordinair geklede vrouw. Ernaast staan Gijs en Trudy.
‘Wat is dit?’ mompelt ze, wrijvend in haar ogen. Iedereen kijkt stomverbaasd naar Nadine en Trudy.
‘Wat doe jij hier?’ vraagt Trudy.
‘Ik?’ hakkelt Nadine. ‘Ik ben toch je tweelingzus?’ Ze klampt zich vast aan het eerste wat ze te pakken kan krijgen: het is de staande lul van Henk.

co-column, geschreven door Streeksteek en NicoleS


NicoleS

Door veel te lezen word je een betere schrijver. Joost Zwagerman was ervan overtuigd. Ik houd van lezen maar ook van schrijven. Ik ben bij column x terecht gekomen dankzij mijn lieve vader die hier jaren columns geschreven heeft. Kees Schilder is zijn naam. Ik hoop evenveel plezier te beleven aan het schrijven als hij. Favoriete schrijvers: Gerard Reve, J.J Voskuil, Maarten 't Hart, Adriaan v Dis, Arnon Grunberg, WF Hermans, Simon Vestdijk, Louis Bordewijk en Jean Plaidy. Favoriete boek: Het bittere kruid, Marga Minco.

15 reacties

Mien · 29 november 2016 op 07:12

Ik vraag me nu serieus af, is dit geil vet of vet geil? Ik ben er nog niet uit.
Maar in ieder geval, geslaagd(e) cootje(s). ? ? ?

pally · 29 november 2016 op 11:57

Erg subtiel…

Snarf · 29 november 2016 op 12:56

De inhoud van de column is niet iets waar ik warm van word. De stijl van schrijven wel!

Esther Suzanna · 29 november 2016 op 13:10

Jeez…ik weet niet waar jullie allemaal het hoofd van vol hebben, noch hoe hierop te reageren. Zo dus.

Deel 1 vond ik grappig. Dit is weer een stap te snel en wat mijn betreft té ver.

    Esther Suzanna · 30 november 2016 op 11:33

    Oh, misschien wel overbodig maar jullie schrijfstijl is super. Het buitelt en borrelt. Maaaaarrrrrr….genoeg gezegd.

Bruun · 29 november 2016 op 14:46

Deze column is als een rollercoaster: razendsnel en leuk, maar wel een beetje misselijkmakend. Iets minder banaliteit had het verhaal gesierd. Desondanks wel genoten van de ride.

Karen.2.0 · 29 november 2016 op 15:23

Ik was meer gecharmeerd van jullie vorige co-column. Ik snap dat je over the top schrijft maar dit is iets te veel van het goede naar mijn mening. Raakte ook de draad kwijt wie nou onder wiens rok zat cq wat in welke hand zat of op de bbq lag. Schrijftechnisch mankeert er natuurlijk niets aan!

    Esther Suzanna · 30 november 2016 op 11:32

    Even offtopic, als feedback maand ging om ‘De feedback waar ik van onder de tafel lag (zonder vochtige Tena)’ dan sta je op nr. 1 met deze zin.

    ‘Raakte ook de draad kwijt wie nou onder wiens rok zat cq wat in welke hand zat of op de bbq lag’. Hahahaha..

Dees · 29 november 2016 op 15:24

Een sexklucht is helaas ook niet aan mij besteed. Maar bonuspunten voor het nieuwe genre ?

Nummer 22 · 29 november 2016 op 20:38

Sleutelgat verhaal. Jawel!?

Nachtzuster · 29 november 2016 op 22:25

Hmm..Tja, heb getwijfeld of ik wel of niet zou reageren. Maar niet reageren is ook een reactie in principe. Zoals ik al eerder bij een co-column van jullie heb gemeld vind ik jullie beiden prima auteurs.
Gezamenlijk halen jullie niet het beste in elkaar boven en dat vind ik zonde. Een seksklucht kan prima, maar waarom niet iets meer subtiel? Waarom zo platvloers en over de top? Ik kan mij vergissen, maar zelf denk ik dat dat buiten jullie beider comfortzone ligt. Natuurlijk kan het dan een uitdaging zijn om wat anders te proberen, maar wat mij betreft is dit niet zo geslaagd. Een gezamenlijke column over dagdagelijkse beslommeringen, op een sfeervol bedje met een vleugje humor, zou mij in ieder geval meer bekoren. In ieder geval is dat iets waar jullie beiden goed in zijn.

Yfs · 30 november 2016 op 08:39

Als co-column is dit verhaal naadloos geschreven, en dat is knap.

Inhoudelijk kwamen er beelden bij mij voorbij van Jheronimus Bosch.

Ik denk dat in een column als deze de uitdaging juist zit in het ‘ontplatten’.

Persoonlijk lees ik liever woorden als “sterretje” ipv poepgaatje, en ipv ‘lul’ lees ik liever “tampeloeres, zwengel, fallus, lid, jongeheer, leuter, lid, of zelfs opperwachtmeester. (sorry, liet me even gaan).

En geloof me, ik ben echt niet vromer dan de Paus!!

NicoleS · 30 november 2016 op 12:07

De lol om op een dergelijke ongecensureerde manier te kunnen schrijven en het ‘platte’ woordgebruik is groot. Wij hebben ongelooflijk veel plezier erin. Ik begrijp dat niet ieder onze directe manier van schrijven kan waarderen, maar voor mij werkt het op allerlei manieren zeer bevrijdend. Dank voor jullie reacties!

    Bruun · 30 november 2016 op 13:31

    Dat het voor jou als (in dit geval co-)schrijver bevrijdend werkt is het allerbelangrijkst. Laat je vooral niet uit het veld slaan als iets wat minder aanslaat. Dat overkomt de besten.

Blanchefort · 30 november 2016 op 22:43

Wow, wat een trip! Wat zei je ook al weer dat jullie geslikt hadden?

Geef een reactie

Avatar plaatshouder