Het rollen van de donder (wasstraat deel 6)

Even was ik in de waan dat alles goed kwam. Dat de verschrikkingen definitief voorbij waren. Wat een onschuldig avontuurtje had moeten zijn is in korte tijd veranderd in een nachtmerrie. Maar mijn belagers zijn weggejaagd en de mysterieuze vrouw waarvan ik niet eens de naam ken is uit mijn leven verdwenen. Ik lig languit op de bank, een pluizige deken tot boven mijn borst getrokken, een bundel stevig verpakt ijs tegen de zere plek in mijn kruis, een koud washandje tegen mijn pijnlijke lip. Nettie glimt van top tot teen en verwent mij met koffie, koeken en liefdevolle aandacht. Ondertussen mompelt ze steeds dingen als ‘mijn held’ en ‘stoere bink’ en vertelt ze vol enthousiasme haar verhaal aan iedereen die opbelt of aanbelt. En dat zijn er vanavond nogal wat. Ik ben een lokale beroemdheid geworden.

Slippertje in de wasstraat

Al die stoere binken met kapsones van hier tot sint-tokio krijgen hem er niet in. Ik zweer het je. Deze vent dus ook. Als een robotje volgt hij mijn armgebaren op, dat zie je niet vaak. Meestal presteren ze het juist het tegenovergestelde te doen.