De man doet een mobiel in een doos en pakt het in. Cadeauverpakking. Met zijn pinken omhoog vouwt hij het papier om de doos en trekt behendig een reep plakband van een rol. Ook met de pink omhoog. Hij heeft een vlinderdas om. En bretels. Zie je niet vaak meer. Als hij klaar is en afscheid heeft genomen van zijn klant draait hij zich glimlachend naar mij toe: ’kan ik môneer helpen?’
‘Mijn abonnement is vervallen,’ antwoord ik. Dus wil ik een nieuwe. En een nieuw mobieltje.’
‘En naar welk abonnement gaan môneers gedachten uit?’
‘KPN. Tweejarig abonnement graag. En doet u daar maar een Samsung toestel mij. De nieuwste graag.’
Hij kijkt mij bedenkelijk aan. Hij krabt zelfs met zijn linkerpink aan zijn kin.
‘Ik ben bang dat môneer wel een ietsepietsje moet bij betalen dan.’
Ietsepietsje!
‘Dat dacht môneer even niet,’ antwoord ik. ‘Tegenwoordig krijg je zelfs een vakantiehuis in Frankrijk cadeau bij een abonnement, dus môneer gaat niet bijbetalen.’
‘Nou, weet u wat? KPN heeft toevallig een actie. Als môneer een oud toestel inlevert krijgt hij toch een nieuwe gratis. Is dat wat, môneer?’
Ik kijk hem aan en wacht op de clou. Er is altijd een clou. Dat moet wel. Dit kan namelijk niet serieus zijn.
Hij kijkt mij afwachtend aan.
‘Gewoon even voor de nieuwsgierigheid. Wat doet u dan met die oude toestellen?’
‘Die gaan naar Afrika, môneer. Bij wijze van ontwikkelingswerk, zeg maar.’
‘Dat is heel sociaal,’ antwoord ik. Maar ze doen daar toch alleen aan rooksignalen?’
‘Daar zegt môneer wat. Daarentegen schijnen postduiven daar de laatste tijd meer in zwang zijn, heb ik mij laten vertellen.’
Daarentegen!
‘En dan toch die oude mobieltjes?’
‘Jazeker, môneer. Life sucks, zeggen ze in het land van de grote Satan haha.’
‘Zal ik u dan mijn oude mobieltje geven? Helaas is het toetsenbordje een beetje versleten. Je kan de drie en de zes niet meer zien, ziet u wel?’
Hij kijkt er belangstellend naar. ‘Geen punt môneer, ze kunnen toch niet lezen daar.’
‘O? Nou, dat maakt de zaak simpel. O ja, de oplader werkt ook niet meer.’
‘Dat is geen bezwaar, môneer.Waar zouden ze die in moeten steken, in Afrika?’
Ik kijk hem verbijsterd aan.
‘De oplader bedoel ik, môneer. Waar zouden ze die in moeten steken? Heeft u ooit een boomhut met een stopcontact gezien?’

Zuchtend overhandig ik hem mijn oude toestel.
‘Wil ik de nieuwe aanwinst inpakken voor môneer?’
Als ik knik begint hij het toestel in te pakken. Pinken omhoog. Puntje van zijn tong uit de mond.
‘Kijkt u eens môneer. En mag ik môneer heel veel plezier wensen met de nieuwe aanwinst?’

Als ik weer buiten sta, kijk ik door het winkelraam naar binnen. De man heeft mijn oude toestel in zijn hand. Pink omhoog. Met een boog werpt hij het elegant in een vuilnisemmer.
De clou! Vroeg of laat is er altijd een clou. Ik wist het gewoon!

Categorieën: Diversen

5 reacties

KawaSutra · 30 september 2007 op 21:36

Tja, het venijn zit um altijd in de staart.

lisa-marie · 1 oktober 2007 op 09:02

Heerlijk geschreven,leest lekker weg. En ja hoor er is altijd een clou maar dan ook echt altijd 😀

FatTree · 1 oktober 2007 op 10:44

Erg goede column dat zowel grappig, waar en een tikkeltje ondeugend is. Jager, helemaal goed!

pally · 1 oktober 2007 op 14:15

Een verkoper als een ouderwets schijnheilige ober, prima neergezet, jager!
Ondertussen werp je ook een kritische blik op organisaties die zaken innemen om zogenaamd naar ontwikkelingslanden te sturen.

groet van pally

Siebe · 1 oktober 2007 op 14:34

Mooie en komische column en ook erg waar trouwens: er is a-l-t-i-j-d een clou. Hoewel, weet je zeker dat het niet de emmer was waar ze die dingen in verzamelen? Ik heb ze geloof ik wel eens zien staan in winkels.

Hoe dan ook, niet alleen komisch maar ook veel verzorgder ook dan je laatste en dat staat en leest veel prettiger, echt waar, geen clou!

😉

Gr.
S

Geef een reactie

Avatar plaatshouder