‘Hee Marianne! Hoe is het met je dochter?’ buldert het over de parkeerplaats bij de buurtsuper. Ik loop naar de man met zijn kanariegele baseballpet en zoals gebruikelijk schudden we elkaar de hand. ‘Goed. Hoe is het met jou?’
‘Wanneer kom je eens koffie drinken?’ negeert hij mijn vraag. Het vaste ritueel van bijna elke dag. Ik draai het vertrouwde riedeltje af, dat het vast nog wel eens gaat gebeuren.
‘Dat is goed, Marianne!’ roept hij tevreden en sjokt naar de snackbar voor zijn dagelijkse portie softijs. Ik loop de supermarkt binnen. [i] Hoe lang ik hem ken, weet ik niet eens. Hij was er gewoon op een goede dag en is altijd gebleven. Een markante verschijning uit het gezinsvervangend tehuis aan de overkant. Zestig plusser met een flink, zeg maar héél flink postuur, rossig haar, zijn mond altijd openhangend en steevast morsig gekleed. Vriendelijk tegen iedereen, die toevallig zijn pad kruist. Door zijn doofheid is hij qua geluid altijd zeer aanwezig tussen het winkelend publiek. Hij hoort zichzelf niet zo goed praten, waardoor hem niet kwalijk is te nemen, dat hij het maximaal toegestane aantal decibels regelmatig overschrijdt met zijn overweldigende stemgeluid. [/i]

Wanneer ik mijn boodschappen heb gedaan, loop ik even de snackbar in om te zien of hij zijn ijsje al heeft. Automatisch loop ik eerst naar de stapel servetten en pak er een paar. Het personeel van de snackbar weet wat ik kom doen.
‘Man, man, wat zit je weer te knoeien. Smaakt het?’ vraag ik hem.
‘Ja, is een lekker ijsje!’ schreeuwt hij me toe. Intussen poets ik zijn mond af en duw hem de rest van de servetten in zijn hand.
‘Zo, nu zelf dadelijk als je klaar bent goed je mond afvegen, want anders zie je er niet uit!’ schreeuw ik terug.
‘Is goed, Marianne, zal ik doen!’ belooft hij. En ik weet, dat hij zich aan zijn belofte zal houden. Ik groet de snackbarmensen met een knipoog en wens hem een fijne dag.
‘Doe de groeten aan je dochter!’ roept hij me na.

[i] Het is op de schildercursus, dat ik hem beter leer kennen. Zijn schilderijen zijn ontroerend van eenvoud en prachtig van kleur. Tijdens exposities worden zijn werken het eerst verkocht. Zijn baan op de zorgboerderij is voor hem bijzaak. Hij noemt zich kunstenaar. En terecht! [/i]

Twee januari kom ik hem weer tegen en hij doorbreekt zijn ontmoetingsritueel door mij ietwat plechtiger dan anders de hand te schudden en een gelukkig nieuwjaar te wensen. Uiteraard ook de beste wensen voor mijn dochter. Plotseling zegt hij: ‘Heb jij konijnen?’ Ik kijk hem uiterst verbaasd aan en zeg, dat ik katten heb, maar geen konijnen en dat hij dat best weet.
‘Nee? Dan heb je ook geen keutels!’ roept hij en lacht onbedaarlijk en bulderend, omdat hij me in de maling nam. Nahikkend en snurkend van het lachen loopt hij weg.

Enkele dagen later bereikt me het bericht dat ze hem gevonden hebben op zijn bed. Dood. Hij is er onverwacht tussenuit gepiept. Zijn laatste woorden en bulderende lach echoën de rest van de dag door mijn hoofd. ‘Heb je konijnen? Nee? Dan heb je ook geen keutels!’ Hoe bizar kan een afscheid zijn.

Het is nu ruim een maand geleden. Ik denk telkens aan hem, als ik langs de snackbar naar de supermarkt loop. Er ontbreekt duidelijk een stukje kleur. Verdomd, ik mis hem.
De buurt is een levenskunstenaar armer.

Categorieën: Diversen

13 reacties

Mosje · 14 februari 2009 op 15:25

Een kleurrijk figuur. Mooi beschreven, en ik kan me voorstellen dat je hem mist.

pally · 14 februari 2009 op 16:54

Mooi geschreven, Ma3!En mensen zoals hij, nog unieker dan elk uniek mens, mis je door het aparte, maar vooral ook door het waarachtige.

[quote]Automatisch loop ik naar de stapel servetten en pak er een paar.Het personeel van de snackbar weet wat ik kom doen[/quote]

Deze quote zegt vooral iets over jou :wave:

groet van Pally

DreamOn · 14 februari 2009 op 17:24

Prachtig en ontroerend beschreven.
Een mooie ode aan een kunstenaar. :wave:

Mien · 14 februari 2009 op 19:03

Mooie column. Ontroerend. Ook daarvoor zijn servetten erg handig. 😉

Mien

LouisP · 14 februari 2009 op 22:40

hoi M.

een heel schoon stukske maar ik heb het dan ook voor kunstenaars.

groet,

L

Dees · 15 februari 2009 op 10:46

Mooi mooi mooi. Jij met je oog voor paradijsvogels en de paradijsvogel die hier het virtuele papier afspat, met (of zonder) konijnen en keutels. Een mooi eerbetoon.

Prlwytskovsky · 15 februari 2009 op 11:48

Ik neem aan dat je tenminste één schilderij van hem hebt hangen?

WritersBlocq · 15 februari 2009 op 12:40

Geweldig, en wat fijn voor hem dat juist jij er zo prachtig over schrijft.
Liefs, Pauline. :kus:

doemaar88 · 15 februari 2009 op 16:36

Mooi en ontroerend geschreven. Het gemis zal groot zijn!

lisa-marie · 15 februari 2009 op 22:01

Mooi, een uniek beschreven levenskunstenaar 😀

KawaSutra · 15 februari 2009 op 22:20

En weer de juiste snaar geraakt Ma3. Het is niet makkelijk om iemand in een paar zinnen overtuigend neer te zetten. Maar dat is jou wel toevertrouwd. Mooi om zulke kleurrijke mensen te kennen, triest om afscheid te moeten nemen.

arta · 15 februari 2009 op 22:23

Dit stuk zegt niet alleen veel over de kunstenaar, maar vooral ook over jou, de mens achter de schrijfster. Twee mensen, elk eigen op hun eigen manier, mooi geschreven, pakkend, ontroerend, mooi!

SIMBA · 16 februari 2009 op 08:14

Een kei-skôn stukske Ma3! :kus:

Geef een reactie

Avatar plaatshouder