Ze ligt er mooi bij. Vredig, alsof ze zich heeft geschikt in het onvermijdelijke. Het is wel ineens stil in huis, nu ik haar gekakel niet langer hoef aan te horen. Het is vreemd ook om haar zo te zien liggen. Vooral omdat ze steeds in beweging was. Ik hoef haar niet aan te raken om te weten dat haar hart al een poosje geleden gestopt is met kloppen. Haar vel zal wel erg koud aan voelen. Ze is stijf en ligt daar, vol in het zicht. Naakt en kwetsbaar, met haar knieën opgetrokken.

Ik weet niet zo goed wat ik nu voel. Of moet voelen. Wat moet ik voelen als ik naar haar kijk? Afschuw, of schaamte misschien? Nee, dat niet. Ik voel eerder een soort van medelijden. Medelijden omdat ik weet dat haar leven niet prettig moet zijn geweest. Misschien is “niet prettig” zelfs een beetje zwak uitgedrukt. Een levende hel is wellicht een betere omschrijving. Haar hele leven versleten in een naar stront stinkende woonomgeving. Overbevolkt met lotgenoten die geen greintje medelijden hadden met de zwakkere onder hen. Ik heb haar niet zo heel lang gekend, slechts een paar dagen. Ze heeft waarschijnlijk kinderen gehad. Jong kroost die ze al snel aan hun lot moet hebben overgelaten. Zouden haar kinderen haar missen? Sentimenteel als ik ben hoop ik dat met heel mijn hart. Maar mijn verstand ontkent het meteen weer.

Ik kwam weleens in de buurt waar ze woonde. Een rustige landelijke omgeving. Ik heb haar daar vast en zeker een keer gezien. Maar haar naam heb ik nooit gehoord. Ze was voor iedereen ook niet meer dan een nummer. Misschien maar beter ook. Als ik haar naam zou weten, zou ik het er verschrikkelijk moeilijk mee hebben gehad. Dan wordt het allemaal meteen zo persoonlijk. Nu is het toch een stuk afstandelijker.

Nu ligt ze hier en zal ik haar laatste reis verzorgen. Het is me niet opgedrongen hoor. Het was mijn eigen beslissing. Maar diep in mijn hart voel ik nu toch iets van spijt. Het klinkt misschien een beetje morbide, maar ik moet gewoon even mijn hand op haar borst leggen. De vochtige kilte van haar huid zorgt ervoor dat ik mijn hand meteen weer terugtrek. Ik zal haast moeten maken vrees ik. Ik pak haar op en leg haar bijna teder in het water. Daar gaat ze. Vanavond eten we kippensoep.

Jan van Oranje
www.janvanoranje.nl


Jan van Oranje

Onder het kopje 'In naam van Oranje...' publiceert columnist Jan van Oranje al enige tijd zijn goed gelezen columns. De columns zijn te lezen in Viva! Magazine maar ook op: www.janvanoranje.nl, facebook.com/jan.v.oranje, janvanoranje.blogspot.com en op twitter.com/janvoranje. Oh ja, Jan heeft extreem dyslectische vingers, dus vergeef hem zijn kleine schrijffoutjes.

8 reacties

Mosje · 7 maart 2016 op 17:10

Een op-het-verkeerde-been-column. Altijd leuk.
Moet wel zeggen dat ik het na de eerste alinea al zag aankomen

Meralixe · 7 maart 2016 op 17:35

Daar waar ik u in uw vorige column, Liefde is blind, met een tien wou bedenken ben ik hier eerder geneigd je maar een vier te geven. Je probeert uiteraard het zelfde trucje uit te halen maar de ingrediënten zijn een beetje te ver gezocht.
Van af regel één is de lezer al op zoek naar de clou.

Novelle · 7 maart 2016 op 18:03

schaterlach

Mien · 7 maart 2016 op 20:15

Het bekt in ieder geval veel beter als Flappie. Een grote metafoor richting slagersmes. Had het korter gekund? Nee. We houden immers niet van plofkip. Ik vind hem redelijk tot goed geschreven. Drie X-en zou ik willen geven. Nee, niet aan de kip. Hij komt toch niet uit Amsterdam!

WritersBlocq · 7 maart 2016 op 21:08

Ik voelde hem wel aankomen, maar ben blij met een column over de bio-industrie. Je kunt ook kiezdn voor biologisch en scharrel, dan eet je letterlijk en figuurlijk lekkerder.

Goede column!

arta · 7 maart 2016 op 23:00

Doe mij ook maar een scharreltje!

Ook ik zag hem van mijlenver aankomen, maar dat neemt niet weg dat het leuk geschreven is.

pally · 8 maart 2016 op 17:21

Ja, in de eerste alinea werd al veel duidelijk. Toch een leuke column met gevoel voor dierenleed, dat weliswaar niet tot vegetarisch eten leidt, maar daar wel even ( ironisch) bij stil staat.

Esther Suzanna · 10 maart 2016 op 01:29

Cool. Of vet? Sterk verhaal.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder