Bij de gezamenlijke huisartsenpraktijk heb ik een afspraak vanwege een onbeschoft lange, irritante verkoudheid. Het is een rond gebouw van bleke steen met roze en paarse raamkozijnen. Je wordt meteen bijna ziek van die kleuren als je het al niet bent, dus voor niks kom je nooit.
Achter twee opengeschoven glazen ramen zitten twee assistentes die een wollen maillot over hun dikke benen hebben. En heel korte rokjes. Uniform? Ze knikken vriendelijk en ik schuif in de natuurlijk ook ronde kring op een van de lichtgele stoelen. Het halletje waar achter de loketten de dames ‘dikkebeen’ zitten, sluit meteen aan op de wachthal zodat we alles kunnen verstaan wat ze tegen bellende patiënten zeggen. Mede omdat er geen woord gesproken wordt.’ Met Linde,’ zegt de ene telkens als ze weer een andere patiënt aan haar oordopjes heeft. Tja: Linde, echt deze generatie dertigers: Linde, Sterre, Roos, Noortje, Floortje heten ze.

Het brengt me terug naar de oude praktijk van de dorpsarts waar we tot een jaar of zes geleden altijd kwamen. Het doktershuis was een prachtige villa uit de jaren twintig met een ruime grindoprit, waaromheen grote oude kastanjebomen. De brede raamlijsten en stevige dakkapellen gaven het een bijna menselijk gezicht. Alles roomwit met grijsgroen geschilderd. De brede voordeur zo prachtig dat je bijna voor je plezier naar binnen stapte, een rode loper had er niet misstaan. Naast de deur een soort kastje waar bestelde medicijnen klaarlagen. Maar liever ging je even naar binnen.

De wachtkamer was klein en ontzettend hoog, met houten banken als in een oud station.
Er zaten altijd mensen nieuwtjes en roddeltjes uit te wisselen en hoewel ons dorp wat verderop lag, toch best interessant. Iedere binnenkomer werd even enthousiast verwelkomd. Er was links een stevige deur, die af en toe openging. Dan verscheen dorpsdokter Koos met een patiënt. Vaak een oude boer en die gaf hij op de drempel keihard nog allerlei adviezen mee plus een aardige schouderklop en de groeten aan zijn vrouw en kinderen en vee.
Ondertussen knipoogde hij dan even naar je, want hoewel zeer geliefd bij de autochtonen, vond hij toch dat de import zoals wij wat privileges verdienden.
Je wist dan dat je sneller dan je dacht naar binnen werd gewenkt. Dat vond de rest niet erg, want die zat nog midden in een spannende roddel. Hij informeerde altijd eerst naar ’de jongens’, onze zonen, en vertelde vervolgens allerlei dingen over zijn privéleven. Met drie huwlijken en drankproblemen stof genoeg. Dan kwam jouw klacht aan de beurt. Rake diagnoses gaf hij.

Midden in de wachtruimte zat een matgazen schuifluik. Het was namelijk zoals dat heette een apotheekhoudende huisarts. Als je geluk had schoof dat luik met veel geraas naar beneden en verscheen de assistente. Nooit heb ik het gevoel van me kunnen afzetten, dat ze de werkster was geweest en zich opgewerkt had naar deze riante positie. Klein en dik, met vormeloze kleren aan onder een uitgezakte permanent. Ze had altijd sloffen aan. Haar leeftijd schatte ik tussen de vijfendertig en de zestig. Dat veranderde in die twintig jaar niet. Maar eigenlijk beschouwde iedereen haar als de onbetwiste baas van de praktijk. ‘Ewna’ heette ze, de
‘ r’ kon ze niet zeggen vanwege een klein spwaakgebwek.
Ze wist alles, gaf raad, mixte poeders, draaide pillen, vulde flessen en kende iedereen bij naam.

Oh, de jonge verlegen arts noemt mijn naam, ik ben aan de beurt. Ik loop hem achterna over de lichtpaarse vloerbedekking. Hij stelt zich beleefd voor terwijl ik al zes jaar patiënt ben.


pally

Genieten van leven en mensen en natuur om mij heen. Schrijven als belangrijke drijfveer om te ordenen, te relativeren en te communiceren.

16 reacties

dj_Eddy · 11 januari 2008 op 17:33

Leuk verhaal. Mijn huisarts vraagt altijd eerst: wat denk jezelf dat het is? Tegenwoordig denken patiënten haarscherpe diagnoses te kunnen geven, omdat ze zelf via internet aan de slag zijn geweest… 😉

lisa-marie · 11 januari 2008 op 18:03

Mooi neergezet raakt precies de sfeer zoals ik die ook ken.
Enige tijd geleden zijn wij ook overgegaan naar een modern centrum en nog steeds voel ik mij een beetje verloren. 😀

Trukie · 11 januari 2008 op 22:28

Openheid of lak aan privacy of gewoon gefocussed op van alles en nog wat en dan de clou uit het oog rakend.
Soms mag het voor mij bij het oude blijven.
De multi-variabelen (antroposofie, esoterie, bowen) raken hier ook in de meerderheid 😡

Bromkous Trukie

WritersBlocq · 11 januari 2008 op 23:20

Ik hoop heel erg dat je je gauw beter voelt. En die huwlijken? ‘Echt’ niet wat het lijkt…

KawaSutra · 12 januari 2008 op 02:39

Wat een rake beschrijving van die oude huisartsenpraktijk. Vaak stond er dan ook nog een donkergrijze Volvo voor de deur, als ik mij goed herinner.

SIMBA · 12 januari 2008 op 09:00

Bij ons deed de vrouw van de dokter de apotheek, ook haar deskundigheid was erg vaag!
Maar ik verlang er niet naar terug; ik heb sinds een jaar een jonge dokter(es) in een groepspraktijk en ik ben er heel erg blij mee! Een beetje anonimiteit is wel prettig.

dj_Eddy · 12 januari 2008 op 11:17

[quote]Een beetje anonimiteit is wel prettig.[/quote]

Daar ben ik het helemaal mee eens. Niet alleen is de opleiding voor huisarts een stuk verbeterd (veel meer aandacht voor sociale aspecten), ook is het voetstuk waar de huisarts vroeger opstond voor een groot deel verdwenen. En dat laatste heeft zonder meer ook plezierige kanten, zoals de toegenomen anonimiteit.

arta · 12 januari 2008 op 11:37

Mooi geschreven, Pally!
Toch heeft het wel iets, zo’n dokter waar je niet steeds de hele ziektegeschiedenis van je voorouders hoeft te vertellen, puur omdat hij de mensen zelf écht kent…
🙂

Prlwytskovsky · 12 januari 2008 op 11:57

[quote]Klein en dik, met vormeloze kleren aan onder een uitgezakte permanent[/quote]
Hahaaa schitterend, dit is inherent aan apothekers assistentes. 😆

Dees · 12 januari 2008 op 13:40

Mooi stuk. Hoewel ik me wel afvraag of het contrast zo nodig was. Ik denk dat je zonder het heden erbij, het verleden in nog veel meer kleur en geur naar voren had kunnen halen. Maar dat is zomaar een gevoel.

Anne · 12 januari 2008 op 13:49

Ach wat mooi weer Pally..

pepe · 12 januari 2008 op 17:43

Mooie rake beschrijving Pally. Maar het telt andersom voor de medewerkers van de praktijk ook, de mensen zijn (terecht) mondiger geworden en ook vrijer….

Mup op het account van Pepe te A.

pepe · 13 januari 2008 op 08:49

Pally nu niet gelijk naar de dokter rennen als je denkt dat je dubbel ziet.
Muppie is hier en wat denk je, ze doet gewoon cx-en onder mijn account.

Mijn reactie op jouw column: Hij is superleuk en wat is er veel veranderd in die jaren.

pally · 13 januari 2008 op 13:01

Allemaal bedankt voor de reacties!

Eddy)Toch wel goed die mondigheid van patienten
Simba)Net als Eddy hou je meer van anonimiteit, kwestie van gevoel.
Ilse Marie)Je herkent het nostalgische gevoel
WB)Dank, wil nog niet erg lukken, ga effe naar de zon.
Kawa)Ja, een donkergrijze volvo!
Trukie) lekkere brompot :kus:
Arta)Ja, toch handig als ze je kennen?
Dees) Jij hebt hier absoluut een punt, alleen die oude praktijk, nog iets meer uitgewerkt had waarschijnlijk een leukere column opgeleverd!
Anne) dank!
De ’tweeling’ Pepe en Pepe, dank voor de stereo- reactie.
😀 😀

groet van Pally

Li · 13 januari 2008 op 17:58

Mooie beschrijving maar ik heb hetzelfde gevoel als Dees. Het contrast tussen de oude en nieuwe praktijk was met het uitdiepen van de oude praktijk groter geworden en had de column nóg sterker gemaakt.

Li

klapdoos · 14 januari 2008 op 17:53

Heerlijk om te lezen, back to the past, zo een gevoel gaf het mij. Er is ook zoveel verandert..
groet van leny

Geef een reactie

Avatar plaatshouder