Ze zit er al jaren. Dicht bij me. In de gang! Ze is mijn steun en toeverlaat, mijn in en uit, mijn álles, mijn Grote Liefde. Zonder haar geraak ik aan de bedelstaf, verword ik tot een strompelende kreupelaar. Aangeschoten wild zonder passie, power en point. Wandelend langs een kringloopwinkel valt mijn oog direct op haar. Zittend achter glas. Ze werkt als een magneet op volle sterkte. Er is geen ontkomen aan. Vluchten kan niet meer. Ik raak op slag gepassioneerd door vorm en uitstraling. Eindeloze, kuis over elkaar geslagen, benen die weelde en pracht uitstralen. Volle, rood gestifte, losbandige lippen welke bloedstuwing doen ontstaan. Haar borsten zijn van een schoonheid die verplettert en verkracht. Billen die gewillige begeerte doen opwekken. Handen smachtend uitgestrekt naar de toeschouwer. Volledig geslaagd in het streven naar perfectie. Voeten, volstrekt volmaakt in vorm en draagkracht. Oren geven gehoor aan de schoonheid van moeder natuur. Alleen die doffe, doelloze staring in haar ogen. Die baart zorgen. Maar staat mijn (koop)lust niet in de weg.

“Wat kost zij?”. De verkoper antwoordt dat ze niet verhandelbaar is. “Maar alles is toch te koop, al heeft het altijd een prijs!”, probeer ik. Om hem en haar te gerieven. Hij wijst mij erop dat zijn tarief mijn draagvermogen te boven zal gaan. Hij begrijpt werkelijk niet wat échte liefde mij waard is. Vreemd. Toch looft hij en bied ik razendsnel de vraagprijs. Er is voor hem geen ontkomen meer aan. Ontzetting spat uit al zijn poriën. Heus, zijn ogen vullen zich met tranen. Wat hem dierbaar is gaat tegen de verwachting in grif van de hand. Maar hij opereert vanuit de gedachte: “Een man een man, een woord een woord”. “Kom over een uurtje terug, dan is ze gereed voor vertrek”, hakkelt hij emotioneel.
Wandelend ga ik richting centrum. Opgetogen over mijn nieuwe verovering. Loop een oude vlam tegen het (ook) bevallige lijf. Evenzeer een dame met een gretig gehalte aan vrouwelijkheid. Vol, rond en afgemaakt met een weelderige haarbos. Joke. Handen en polsen exotisch versierd. Type: zigeunerin uit de gegoede burgerij. Ik zoende haar reeds. Op haar linkerwang. Danste met haar ongeremde dansen. Zij verhaalde over een saaie echtgenoot thuis. “Jij bent zó anders!” Verleiding in de heftigste zin want met getrouwde vrouwen heb ik veel. Maar nooit iets wat in de verste verte lijkt op een relatie. We besluiten er nu een terras aan te wagen.

Ik verhaal over mijn nieuwe vriendin. Ze wil dolgraag mijn aanwinst in ogenschouw nemen. Ondanks dat ik bang ben voor lastig complicerende verwikkelingen besluit ik het erop te wagen. Richting kringloop “Tweede Kans” gaat het. Oud en nieuw maken kennis. Geen enkele vorm van jaloezie. Opmerkelijk. Joke roemt en prijst haar. Kortom; vindt haar prachtig. Tussen die twee kan niets meer stuk. Mooi zo!
Gedrieën nemen we plaats in de auto. Joke naast mij. Het waardevolle ‘koopje’ achterin. Thuis draag ik mijn nieuwe bruid naar boven. Ik ken haar plek reeds. Daar waar ze voor jaren verfraaid zal plaatsnemen. Achter haar een goudgerande spiegel. Flamelicht op mevrouw gericht. Op de Albert Cuyp vind ik de metalen Indiase hoofdtooi, ceintuur en enkelband, die haar precies past. Ze verkeert door opgehangen okergeel doek uiteindelijk in geheel exotische sferen
“Dit is ze nu, Joke!” Ik introduceer de vrouw van mijn leven in mijn dartelende kennissenkring. Aan elk bezoek stel ik mijn nieuwe vlam voor. Kwetsbaar zeg ik: “Vind je het wat?” Wanneer mensen komen kennismaken is hun reactie meestal prettig positief. “Gaaf, wat cool!” Vanaf die dag heeft iedereen er een vriendin bij. Ieder ziet óók mij graag gelukkig. We hebben het vaak over haar. “Wees een beetje voorzichtig, kijk uit dat ze niet omvalt”. Soms vergeet een logé haar tijdens nachtelijk toiletbezoek. Wordt plots geconfronteerd met een natuurgetrouwe inbreker. Zo zit ze al jaren geruisloos op een plek die alleen haar toekomt. Voor nu én altijd. Joke, je bent én blijft. Een hele mooie maar vooral dure ….. etalagepop!


3 reacties

LouisP · 9 oktober 2010 op 09:36

bouwjaar 54,
‘k vind het een leuk stuk om te lezen. Ik kreeg halverwege wel erg sterk het gevoel dat het er juist om was geschreven om de lezer te laten raden waar het om ging. Daarna werd het stuk voor mij ook wat minder.
Die mannen van de jaren 50..dat zijn nogal kadeekes hee!
gr.
Louis

Frans · 9 oktober 2010 op 10:25

De zigeunervriendin zal wel een schilderij wezen. Maar de zinnelijkheid is prachtig beschreven. Chapeau.

pally · 9 oktober 2010 op 18:37

Natuurlijk best vaak gedaan: een niet van vlees- en bloed zijnd object introduceren als een mens en daar een soort raadcolumn van maken.
Toch springt dit stukje eruit omdat het zo gloedvol geschreven is, dat je toch wordt meegesleept. Chapeau!

groet van Pally

Geef een reactie

Avatar plaatshouder