Volgende maand zal het weer oktober zijn, en dan denk ik altijd aan 12 oktober 2002 toen een kerel met een bom op zijn navel zich wilde verenigen met Allah.
Het zoontje van mijn buren is toen overleden wegens die bommen hier op het eiland Bali. Het ventje was slechts 6 jaar oud.
Hij zei altijd vriendelijk goeiedag tegen mij wanneer ik hem met zijn moeder tegenkwam op straat. Zijn tante nam hem mee naar Kuta om een nieuw broekje te kopen. Hij zei tegen mij : ik word volgende week 7 jaar oud, nu ga ik een lange broek kopen, want ik word al een grote jongen.
Toen ze langs dat restaurant wandelden ontploften de bommen.
Men heeft enkel zijn hoofdje terug gevonden en van zijn tante helemaal niets meer.
Telkens je mij zag zei je : selamat pagi tuan
en je glimlach zal ik nooit vergeten
Je stelde mij je tante voor
dit is mijn tante, zei je trots
en je had gelijk, want je tante was mooi en lief en jong, en jij was ook nog zo ontzettend jong
Krankzinnigen hebben je tante en jezelf uiteengereten toen je blij een broekje ging kopen
Je eerste lange broek, want je werd een grote jongen
en een grote jongen wil een lange broek.
Hele slechte mensen hebben anders beslist.
Ik mis je, kleine lieve jongen.
4 reacties
arta · 20 september 2010 op 07:43
Ah, Wayan, wat een mooi puur stukje. Al loopt het hier en daar niet helemaal lekker, het ráákt!
Mien · 20 september 2010 op 14:42
Reed my memory.
Dat dacht ik toen ik dit stukje las.
Door de eenvoud in zijn optekening komt het indringend binnen.
Je hebt me even deelgenoot gemaakt.
Mien
LouisP · 20 september 2010 op 20:24
Wayan,
harde realiteit op een bijzondere manier opgeschreven…
gr.
Louis
Dees · 20 september 2010 op 21:54
Aangrijpend geschreven, de korte zinnen als [i]added value[/i] voor deze ene keer.