Op weg naar mijn bed heb ik daarnet nog even de TV opgezet. Veel was er niet meer te zien, maar op de Duitse zender was toch iets merkwaardig herkenbaars aan het gebeuren. Twee doodserieuze mensen waren aan een tafeltje ‘semmsen’ aan het spelen. Ik denk dat het een soort luchtig, maar toch niet geheel van alle ernst gespeend praatprogramma was, want de ene zag eruit als een ouwe politieker met wit haar en een brilletje, de andere droeg gewoon een brilletje en was waarschijnlijk de presentator. Maar het spel dat ze speelden was onmiskenbaar ‘semmsen’, iets waar ik zelf veel geestige middagpauzes op het college en ongeveer evenveel zatte café-avonden mee doorgebracht heb.
De regels zijn belachelijk eenvoudig. Je hebt drie munstukken nodig, liefst niet te grote. De eerste speler gooit die op tafel; de volgende kiest één van die munten uit en tikt die met de vinger over de denkbeeldige lijn die men kan trekken tussen de middelpunten van de twee overige muntstukken. Ok, dit klinkt veel ingewikkelder dan het is. Rudimentair gesproken: ge moet dienen enen frank tussen die twee andere door schieten. De speler die daarna komt, moet hetzelfde doen, met die beperking dat hij niet met dezelfde munt mag spelen als dewelke de vorige speler juist heeft gebruikt. Dat is alles. Als ge het eens uitprobeert, zult ge merken dat het niet altijd zo evident is om een geldige stoot te placeren. Indien een speler faalt in het correct tussenspelen van een muntstuk, is hij verloren en dient hij de muntstukken te verzamelen en opnieuw op tafel te gooien voor een volgende ronde.
Dat is het technische aspect van het spel. Maar natuurlijk moet er ook een zekere inzet zijn; daarom bestaan de volgende bijkomende regels:
1) De speler die een schot mist, krijgt één harde mep op de hand waarmede hij speelt, van iedereen die mee aan tafel zit.
2) Wanneer iemand een muntstuk van de tafel schiet, krijgt hij eveneens een mep van iedereen.
3) Ook de opwerper, die het spel start, kan van iedereen meppen krijgen indien hij zo lomp is om een geldstuk van tafel te laten rollen.
4) Wie op hoorbare wijze pijn laat merken, krijgt van de speler die hem net geslagen heeft een tweede mep extra.
5) Wie zijn hand wegtrekt, krijgt van de speler die hem had moeten slaan twee meppen i.p.v. een.
6) Zowel de hand waar je mee speelt, als de hand waar je mee slaat, moet steeds dezelfde zijn.
De Duitsers die dit aan het spelen waren op televisie, volgden spijtig genoeg de bijkomende regels niet. Het was niet verwonderlijk dat het hen algauw tegenstak, en mij ook, waardoor ik nu zit te typen in plaats van TV te kijken.
Ach ja, die naam ‘semmsen’, dat was een uitvinding van de leerlingen op het college. Het staat gewoon voor: Sadistisch En Man Makend Spel, S.E.M.M.S. We lieten toen geen kansen onbenut om het macho-aspect van iets te benadrukken. Dat kreeg je in die ongemengde scholen.
De hand van een semms-speler kon tot een week lang paars zien. Vaak was dat het resultaat wanneer iemand al veel schoten gemist had, af en toe een extra klap kreeg omdat hij de pijn niet meer kon onderdrukken, en dan nog eens met trillende hand de muntstukken ongelukkig opgooide zodat er een of twee van tafel rolden. Pijnlijke zaak, maar ik heb het vele mensen zien meemaken en het is mezelf ook genoeg overkomen. En toch: ’t is triestig, maar door deze uitleg te doen, heb ik een vreselijke goesting gekregen om dat spel nog eens te spelen. De volwassenheid loert duidelijk nog niet om de hoek.
0 reacties