Geachte heer Balkenende

A., 17 februari 2003
Geachte heer Balkenende,

Het is al weer enige tijd geleden dat ik u hoorde spreken over uw idee dat ons land behoefte heeft aan leiderschap. Had dat destijds betrekking op uw persoon of op uw partij? Of was het soms op dat rare kabinetje van u? Een ding is duidelijk: als u ook maar over een sprankje leiderschap beschikt, dan trekt u nu de stekker uit die zieltogende informatieronde. Je kunt het er over eens zijn dat iedereen van staatswege een kogelvrij vest krijgt omdat veiligheid zo’n belangrijk thema is, je kunt een beetje kissebissen of je voor het kwartje van Kok een ijsje koopt of een lolly (als er maar wat te likken valt) en je kunt ruzie maken of je nou wel of niet door het rijk gesubsidieerd in Wassenaar moet kunnen wonen maar als je het niet eens bent over bommen op Bagdad, dan kun je de doktoren Donner en Leijnse maar beter aan de stervensbegeleiding laten beginnen.
Waar was uw leiderschap toen iedereen zat te wachten op uw boodschap dat het einde oefening was met Balkenende I? Toen moest Zalm het vonnis voltrekken maar die zal u nu niet helpen. Wellicht dat u die schichtige handlanger van weleer, Minime Verhagen, kunt vragen om nog eens stiekem in de stoppenkast te rommelen.
Of heeft jullie partijstrateeg uitgerekend dat het beter is dat Bos kortsluiting veroorzaakt? En zegt meneer de strateeg dat dat een kwestie van afwachten is of heeft hij maniertjes om Wouter tot daden aan te zetten?

B. Koele Boots