Uitgeput zakte Piet neer op de geplaveide straat. Zodra Gnomon de tijd had stilgezet, was al zijn energie verdwenen. De twee dagen dat ze gereisd hadden, voelden ineens echt als ruim een jaar.
‘Gaat het wel, Piet?’ De elf klonk bezorgd. ‘Een ritje op Grillo hakt er stevig in. Je gaat dan sneller door de tijd dan je gewend bent. Zal ik je naar het huis van je betovergrootvader brengen, zodat je even een uurtje kunt bijkomen?’
Piet zuchtte. ‘Een uur lijkt me wat krap bemeten.’
Gnomon pakte hem bij zijn hand en trok hem overeind. ‘Vergis je niet in dat uurtje. In Tempus is de tijd anders, het zal voor jou veel langer voelen. Je zult als herboren zijn.’
Gelaten volgde Piet de elf door de straten van het dorpje. Het huisje van zijn voorouder was een kleine woning in het centrum. Piets mond viel open toen hij de woonkamer binnenging. Er hingen geen foto’s aan de muur en de meubels waren duidelijk afkomstig uit een ander tijdperk. Verder had het zijn eigen woonkamer kunnen zijn.
‘Je vindt het bed zelf wel, neem ik aan. Over een uurtje kom ik je weer ophalen.’ Gnomon glimlachte nog een keer en sloot daarna de voordeur achter zich.
Piet had het niet verwacht, maar zodra zijn hoofd het donzen kussen raakte, sliep hij, dit keer zonder dromen.

Anderhalf uur later stond Piet volledig uitgerust in een ruimte die Gnomon had omschreven als de raadszaal. Rond de langwerpige tafel zaten een aantal personen van verschillende geslachten. De elven waren herkenbaar aan hun puntige oren, van sommige andere aanwezigen vermoedde hij dat het dwergen waren, zeker weten deed hij dat niet. Van het overgrote deel wist hij niet tot welk geslacht ze behoorden. De plek aan het hoofd van de tafel was nog vrij. Gnomon had gefluisterd dat Piet daar moest gaan zitten.
Hij had de elf geschrokken aangekeken. ‘Ik hoef deze vergadering toch niet te gaan voorzitten?’
Gnomon had hem gerustgesteld: ‘Als nazaat van de weledele geleerde professor Piet Grillo komt die plek jou toe. Maar niemand zal verwachten dat jij vandaag deze bijeenkomst leidt.’ Piet zuchtte opgelucht.
‘De volgende keer zullen de verwachtingen anders zijn.’
Op de muur tegenover de deur was de spreuk te lezen die Gnomon bij hun kennismaking al had uitgesproken. Degene die de tijd doet tikken, is verantwoordelijk voor het verloop.
Piet voelde de blikken van alle aanwezigen op zich gericht. Na een klein bemoedigend duwtje van de elf rechtte Piet zijn rug en liep naar de enige vrije zetel.
Zodra hij zat, nam een rijzige en rondborstige elf het woord. Bij haar hoefde hij tenminste niet te twijfelen of ze een man of een vrouw was. Geschrokken besefte Piet dat hij niet wist of zijn gedachten veilig waren in dit gezelschap. Hij hoopte er maar het beste van.
‘Welkom allen. En welkom Piet Krekel in het bijzonder. Het is een zeldzame gebeurtenis dat een nakomeling van onze eigen Piet Grillo bij de vergadering aanwezig is. Dat feit op zich is heuglijk, ook al is de reden triest en uiterst ernstig.’
Na deze woorden keek de elvenvrouw hem doordringend aan. Beschaamd sloeg Piet zijn ogen neer.
‘We hebben nu geen tijd voor een formeel voorstelrondje, neem van me aan dat iedere aanwezige er toe doet en er veel belang bij heeft dat de ontstane problemen zo snel mogelijk worden opgelost.’ Iedereen knikte, niemand zei iets.
De elf vervolgde haar verhaal: ‘Mijn naam is Isabella Sustituto, bij afwezigheid van een tijdsbeheerder heb ik deze vergadering vele decennia geleid. Met uw permissie wil ik dat deze keer ook doen.’
Weer keek de vrouw hem aan. Piet knikte kort.
‘Nu, dan beginnen we.’ Ze keek kort in haar papieren. ‘Zoals al aangegeven, zijn we bijeen in verband met een ernstig probleem.’
‘Hou het kort, Isabella, in de tijd die jij nodig hebt om het uit te leggen, leren mijn kleinkinderen lopen.’ Het was een gedrongen man met een wilde, bos haar en een blonde baard die haar onderbrak.
‘Je hebt gelijk Ernest. Kort en daadkrachtig zijn vandaag de toverwoorden.’ Ze keek even heimelijk naar de man direct naast haar. ‘Doordat deze Piet met de tijd heeft gespeeld, is het een behoorlijk chaos geworden. Een chaos met verstrekkende gevolgen. Het verloop van de tijd moet zo snel mogelijk hersteld worden.’
In de stilte die volgde keek iedereen naar Piet.
‘En er is er maar een die dat kan, Piet. Jij zult het moeten doen.’
‘Zoiets zei Gnomon al,’ mompelde Piet zachtjes. ‘Maar ik heb geen idee hoe. Ik wist niet dat ik met de tijd rommelde. Sterker nog, ik wist niet eens dat het een bijzonder zakhorloge was. Als jullie mij die brief niet hadden gestuurd, had ik het niet uit de kast gepakt. Ik deed het niet express.’ Terwijl hij praatte, groeide zijn zelfvertrouwen. Het was een ongelukje, Uit onwetendheid, daar was hij toch niet verantwoordelijk voor.
‘Allemaal leuk en aardig,’ zei de man die Ernest werd genoemd, ‘ook nu verstrijkt er weer kostbare tijd. Hoe denk jij dit te gaan oplossen?’
‘Ik … Ik …’ stamelde Piet. ‘Kan ik niet de wijzers van het zakhorloge weer terugdraaien?’ Piet keek om zich heen en zag alleen maar afkeurende blikken. ‘Of de batterij eruit halen?’ Nu verschenen er hier en daar glimlachen.
Van achter Piets stoel fluisterde Gnomon in zijn oor dat er nooit een batterij zit in een opwindzakhorloge. Zittend aan het hoofd van de tafel voelde hij zijn gezicht kleuren. Dat wist hij ook wel.
‘Piet,’ zei Isabella, ‘de enige oplossing is om het tegenhorloge te herstellen. Jouw, of beter gezegd Grillo’s zakhorloge en het tegenhorloge moeten volledig gesynchroniseerd lopen. Alleen op die manier wordt verder kwaad tegengegaan. De tijd terugdraaien kan niet, zelfs hier niet.’
Opgelucht ging Piet wat makkelijker zitten. Dit klonk niet zo ingewikkeld, hij hoefde alleen maar een horloge te herstellen.
‘Dat is mazzel,’ zei hij arrogant, ‘als ik me niet vergis, ben ik in het dagelijks leven horlogemaker. Dat was ik in elk geval, voor dit gedoe begon en ik zomaar zonder aankondiging jaren wegbleef. Als jullie me vertellen waar dat tegenhorloge is, dan kan ik aan het werk.’
Piet keek de tafel rond en zag hoe bijna iedereen wegkeek. Alleen Ernest trotseerde zijn blik.
‘Ik heb het hier,’ zei hij uiteindelijk. Het hele gezelschap keek toe hoe de dwergachtige vanonder zijn baard een kleurrijk, vierkant lapje pakte en het op tafel legde. In het stoffen doekje was een zwarte wijzer ingeweven.


Lianne

Ik ben een enthousiast schrijfster van fictie. Voel me nog beginnend, schrijf korte verhalen in allerlei genres, maar altijd met aandacht voor de mens achter het verhaal. liannehartman.wordpress.com

10 reacties

Mien · 9 december 2016 op 07:23

Prima vervolg Lianne. Helemaal niet te lang. Sluit naadloos aan op de vorige aflevering van het spannende fantasy vervolgverhaal, met een plot waar de volgende schrijver goed mee uit de voeten kan. Ook de schrijfstijl is consequent doorgezet. Daar kan ik nog wat van leren. Ben benieuwd hoe de tegenactie van de actie een vervolg gaat krijgen. Succes aan je successor Arta.

NicoleS · 9 december 2016 op 07:36

Wat een mooi vervolg. Mijn man probeerde me daarnet 3x te roepen maar ik hoorde het niet eens zo diep zat ik in het verhaal. En dat is een goed teken.

Karen.2.0 · 9 december 2016 op 08:21

Razend knap hoe jullie aan elkaar schrijven en je toch het idee hebt dat het door 1 persoon geschreven is! ‘Nu verschenen er hier en daar glimlachen.’ lijkt zeer te doen aan wat Nachtzuster de taalklier noemt, ‘Nu verscheen er hier en daar een glimlach’ leest iig prettiger 😉 Goed gedaan!

    Lianne · 10 december 2016 op 10:15

    Je hebt gelijk, het klopt niet helemaal. Het was beter geweest om de glimlach enkelvoud te maken, of het ‘hier en daar’ weg te laten: Nu verschenen er glimlachen.

Esther Suzanna · 9 december 2016 op 14:02

Ik wilde bijna al gaan informeren wat er met het Zakhorloge ging gebeuren… 🙂

Wow, Lianne, wat een super doorstart/vervolg!

De kamer van Piet… en die tegentijd! Mooi!

Ik kan niet wachten op de rest. 🙂

Dees · 9 december 2016 op 14:09

Mooi! Bij de tijd, eigentijds en tegentijds. Lengte is alleen een bezwaar als je de lezer toestaat om zich te gaan vervelen en dat is hier volstrekt niet het geval. Prachtige nieuwe introductie, een lapje tegentijd. En toch wel weer een formidabele uitdaging om daar iets op te verzinnen. Voor Arta Krekel 😀

Lianne · 10 december 2016 op 10:14

Dank jullie voor de complimenten.
Het was weer erg leuk om dit te schrijven, voor mij toch ook weer een nieuwe werkwijze. Ik zat met zes uitgeprinte verhalen naast me, waarin ik alles had onderstreept dat ik terug wilde laten komen. Dat lukt natuurlijk nooit. 😉
Ik ben nu al benieuwd hoe Arta verder gaat.

    Mien · 10 december 2016 op 12:08

    Is Tolkien ook nooit gelukt Lianne. 😉 Fantasie en verbeelding daar draait het om. Is tot nu toe bij alle deelnemers goed gelukt.

Arta · 11 december 2016 op 10:40

Oh oh oh…
Na dit, wederom fantastische, deel moet ik weer! Aaaaaah!

Ik vind dit vervolgverhaal geweldig!
Lianne, wat schrijf je toch mooi!

Mien · 22 december 2016 op 15:51

Morgen sluitingsdatum voor publicatie deel 8. Spannend. Zie er al naar uit.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder