Op een vlonder bij onze strandtent zitten Koos en ik achter een in het zand gedrukt biertje. Alan Parsons speelt zijn ‘Blue blue sky’ vanuit de speakers. Het is geen geplande ontmoeting. Dat was het nooit de laatste 15 jaar. We hebben elkaar al veel te lang niet gezien. Ook vandaag niet, want Koos, mijn vriend, is begin 2000 voor een trein gesprongen. Zo spreek ik wel vaker met overleden dierbaren. Meestal onaangekondigd. Nu is het de muziek die, hem hier naast mij uitnodigt.

Wat wil je nog horen, gabber? Je weet dat je altijd welkom bent, maar jij overvalt mij steeds met vragen die ik mijzelf stel, dus moet ik je ook nu weer de antwoorden schuldig blijven. Ik kan het slechts met je hebben over onze mooie tijden van weleer. Vrede hebben met wat we niet mochten afmaken.
Wat kan ik je nog zeggen? Jouw voorlaatste week sliep je toch bij mij thuis? Het was hier of in Parnassia. Had toen toch door laten schemeren dat ik een week later bij jou thuis deze muziek moest uitzoeken voor jouw afscheid. Integendeel. Samen bakten we in zeven dagen de grootste lulkoek ooit. En tijdens jouw aanstekelijke slappe lach kotste je geen demonen mee.

Toch, Koos? Je vervaagt weer. Net als toen. Weet je nog wat ik je heb meegegeven? Het boek van Mona, ja, dat we elkaar iedere verjaardag als cadeau (terug)gaven. De eerste witpagina tot de randjes toe volgeschreven met quotes als:

‘Zoals een kind een schelp, ijl
en breekbaar een korte wijl
koestert, als een tere schat
zo heb ik jou ook liefgehad.’

Kolere, Koos, wat een heerlijk niks! Laat God nog maar mijn laatste aantekening lezen:
‘Oh ja, PS Ik heb ‘m niet meer nodig, hou maar lekker. Het is nu voor altijd van jou, lul.’


19 reacties

troubadour · 9 november 2014 op 08:59

Fijn, om over de vaardigheden te beschikken een geesteskind zo mooi over het voetlicht te krijgen.

Yfs · 9 november 2014 op 09:11

Sjonge Pierken!
Heel gek, maar om de een of andere reden las ik over het zinnetje heen waarin je vertelt dat Koos voor de trein sprong. Parnassia heb ik even moeten googelen. En toen ik daarna het liedje beluisterde van Alan Parson, kwam het hele verhaal (toch) binnen.. en hoe!

“Nu is het de muziek die hem hier naast mij uitnodigt”

Om stil van te worden….. :yes: :rose:

    Pierken · 10 november 2014 op 17:50

    Wat tof dat je de laatste tijd weer regelmatig de toetsen teistert, Yfs! :yes:

Meralixe · 9 november 2014 op 09:22

Tja, je hoort het wel vaker, de complete verrassing en dan natuurlijk de waaromvraag en de onmacht. Vooral die onmacht, had ik er nog iets kunnen aan doen? Moeilijke materie goed aan het papier toevertrouwd.
Doch had ik het gevoel dat je al bij de eerste alinea met de deur in huis viel. Had het nog sterker gekund door pas op het einde de ware aard van de column mee te geven?

Spencer · 9 november 2014 op 10:17

Fraai. :yes:

evil-ine · 9 november 2014 op 12:19

Moeilijk om hier de goede woorden voor te vinden, alweer…

:yes:

g.van stipdonk · 9 november 2014 op 19:33

Zware kost. There is always the music to keep you going. Ik heb vaak de neiging om bepaalde muziekstukken met persoonlijke gebeurtenissen te linken. In die zin is het zeer herkenbaar voor mij.

trawant · 9 november 2014 op 20:10

Mooi stuk Pierken, beeldend en compact.
Woede, verdriet, onbegrip, alles zit er in wat de keus van Koos voor je betekend heeft.

Mien · 10 november 2014 op 07:55

Een opdracht aan het strand. Zout en zoet. Mooi. Koos koos. De vraag die blijft. Was het kies?

suno · 10 november 2014 op 08:30

Mooi, ontroerend.

Pierken · 10 november 2014 op 17:38

Allen dank voor de reacties!
@Meralixe: Heb dat wel overwogen, zelfs om het helemaal in het midden te laten, maar ik wilde de chronologie niet teveel verbijzonderen. Dat voelde niet integer en heb het daarom opgeschreven zoals onze verstandhouding was; rechtuit.

SIMBA · 10 november 2014 op 18:25

:yes:

pally · 10 november 2014 op 22:15

Heel aangrijpend, door de stoere en dus juist niet stoere jongenstaal, Pierken.
Mooi ook, om je vriend eerst te laten sterven en dan weer tot leven te roepen.

Frans · 11 november 2014 op 10:10

Gisteren 10 november vertelde ene Alex van Ligte in Schepper & Co aan Jacobine Geel over de suïcide van zijn zoon. Ook hij had het niet aan zien komen. Van Ligte schreef er een boek over. Ik had het gisteren toch al moeilijk met al dat geherdenk. Zoveel verdriet kan ik niet aan. Dan wint het valse sentiment. Want om nu tranen te laten om de woorden van volstrekt onbekende mensen over totaal onbekende doden slaat natuurlijk nergens op. Ik was gewoon bij de verkeerde uitvaart.

Ferrara · 11 november 2014 op 13:10

Mooi gedaan, Pierken. Tweede alinea komt bij mij het meest binnen.

Frans · 12 november 2014 op 00:32

Ik heb naast alle lof ook wat kritische kanttekeningen. Wat als de vriend Peter had geheten. Dus tamelijk flauwe titel. Gedicht dat over kortstondige vriendschap gaat, terwijl het verhaal juist een langdurige vriendschap wil verkondigen en dan het boek dat nu altijd van Koos is en dus heeft God daar warempel niets mee van doen of het moet Koos zelf zijn waar God dan mee zit opgezadeld. Het rammelt. Maar zoals zo vaak willen de mensen dat maar wat graag lezen.

Pierken · 12 november 2014 op 19:53

Nog bedankt voor de opvolgende reacties. Het is weer gezellig druk op de voorpagina. Leuk om te zien!

@Frans: Flauw is subjectief. Als je aan deze titel een hypothetische draai wil geven dan kun je alles flauw maken. Hij heette Koos en geen Peter dus.
Het poesiealbumversje is een voorbeeld van de onzin die we met elkaar deelden: ‘een heerlijk niks’. Maar als jij het dan toch serieus wil nemen, dan gaat dat m.i. meer over de intensiteit van liefhebben dan over een tijdspanne.
In de twee laatste zinnen heb ik geprobeerd aan te geven dat hij volgens mij in goede handen is. Het ‘Ik heb ‘m niet meer nodig, hou maar lekker.’ ligt in het verlengde van onze gezamenlijke humor. Dat is inderdaad een boodschap aan beiden.

Waarom willen mensen overigens maar wat graag iets lezen dat rammelt, zoals je stelt?

Frans · 13 november 2014 op 00:29

Je hebt alles dus aan den lijve ondervonden. Het is dan moedig of wat dan ook om dat met anderen te delen. Ik wil ook helemaal niks afdoen aan je verdriet. Een ander die het minder fraai kan verwoorden heeft net zoveel verdriet. En daar zit mijn schrijverspijn. Daar zit ook mijn kritiek. Die ik dus helemaal niet kan hebben. Want het gaat niet om de woorden die het gemis verwoorden maar om het gemis. dat de een dus beter kan verwoorden dan de ander. Daar wil ik over schrijven. En dat lukt me dus van geen kanten.

schrijfersveer · 22 november 2014 op 14:57

:yes:

Geef een reactie

Avatar plaatshouder