Als een kleine zee ligt er tijd tussen mijn dochter Nina naar school brengen, en haar weer ophalen. Die zee bezeil ik het liefst daar waar glad water royaal onze tijdsruimte weerspiegelt. Mijn zoon denkt er precies zo over. En dus gaan we naar de Mercator. De Mercator is een winkelcentrum met één belangrijkste trekpleister: een enorme hypermarkt. Het voorvoegsel super heeft men terecht en doeltreffend vervangen.
Ik vind het heerlijk om er te komen. Je kunt er ook wat drinken, in het café dat plezierig onopvallend vanuit de winkel in zitplekjes overgaat. De grens is het looppad tussen kassa’s en tafeltjes. Geen grens dus. Daar zijn wij het liefst als we tijd hebben weg te niksen.

Enfin, afgelopen maandag zaten we er weer, Duka en ik. Mijn bezoeksmoes was al uitgepakt en lag klaar voor gebruik: één lullig boodschapje uit die hele grote winkel. Een plastic mobieltje met een slijpfunctie, voor ongeveer 30 eurocent, voor mijn zoon. Of misschien een slijper met een mobieltjesfunctie erop, wie zal het zeggen. Wat nou wat versierde leek mij een kwestie van persoonlijke voorkeur. Mijn zoon was daar niet helemaal over uit. Ik zag het aan zijn neus.

Het speeltje lag voor hem op de tafel, naast een afkoelend kopje thee. Mijn eigen mobieltje zat in mijn tas. Jassen lagen naast me over de stoel.
Ik vroeg: “Ga je bellen?”
Duka zei ja.
“Met wie?” vroeg ik.
“Met Nina? Of met Nurka? Of met Amir?
Of met mij?”
Dat was natuurlijk een gouden doch dwingende voorzet. Braaf schopte Duka het balletje in het doel.
“Met jou.” zei hij.

Ik pakte mijn eigen mobieltje en zette die aan mijn oor.
“Hallo Duka.” zei ik en keek hem aan. Hij begreep de blik en bracht zijn toestel eveneens in stelling.
“Waar ben je nu?” vroeg ik.
Duka keek me vreemd aan, het spel tussen fantasie en werkelijkheid nog niet beheersend.
“Hier…” antwoordde hij, met een vraag in zijn toon. Als mamma vroeg waar hij was terwijl ze hem zag zou hij dan warempel wel echt hier wezen?
“In de winkel?” vroeg ik.
“Ja! In de Merkenator!” jubelde Duka, opgelucht dat we het daar dan toch over eens waren.

“Enne, wat zijn jullie aan het doen?” vroeg ik.
“Watte?” vroeg Duka.
Dat is tegenwoordig zijn standaard vraag, meer een antwoord eigenlijk, als ik denk aan zijn enorme ontwikkelingssprongen van de afgelopen tijd moeilijke vragen te kunnen koppelen. Niet dus.
“Zijn jullie aan het koffiedrinken?” vroeg ik.
“Ja!!” zong Duka. “En aan het praten in de mooiemoelebieltjes!”

Ineens raakte mijn zoon geïnspireerd. Als een grote meneer met een gloednieuwe auto vertelde hij met glimmende oogjes over de toeters en de bellen.
“En het molebieletje heeft ook een slijper!” jodelde hij.
“Pot-jan-de-koekjes!” antwoordde ik.
“Heb je geen potloodje bij je?”
Zijn gezicht versipte. Snot-ver-drie, dat was niet de bedoeling.
“Nee…” treurde hij, en keek broedend voor zich uit.
Ik zweeg. Slecht nieuws moet mogen.

Ineens verhelderde zijn gezicht. Het plotselinge inzicht deed hem het hele spel vergeten en ver buiten het mobieltje kweelde hij: “Maar thuis wel! Thuis heb ik wél potloodjes!”
Kijk, dat is nu de clou van mobieltjes, en mijn zoon had deze rebus ondanks zijn kabouterhoogte al helemaal uit het bovenste vakje van de geheimenkast gepeuterd, naar beneden gewerkt, opengefröbeld en weer dicht gepuzzeld. Mobieltjes? Die neem je mee naar huis. Daar zijn potloodjes. Dan kan je slijpen.

Ik ben streng in de leer. Begin je een spelletje, zul je het áfmaken ook. Dus praatte ik consequent in mijn eigen uitstaande toestel en deed een voorstel.
“Zullen we dan maar Nina gaan ophalen? Kunnen we daarna snel naar huis. Goed?”
Uit de blik op zijn gezicht kon ik opmaken dat hij een loepzuiver begrip had voor de noodzaak het spel te hervatten. Ik kon zijn antwoord voorvoelen.

Mijn zoon zette plechtig zijn mobiele telefoon aan zijn oor.
En knikte.


15 reacties

senahponex · 3 april 2006 op 09:55

[quote]Kijk, dat is nu de clou van mobieltjes, en mijn zoon had deze rebus ondanks zijn kabouterhoogte al helemaal uit het bovenste vakje van de geheimenkast gepeuterd, naar beneden gewerkt, opengefröbeld en weer dicht gepuzzeld. Mobieltjes? Die neem je mee naar huis. Daar zijn potloodjes. Dan kan je slijpen.[/quote]

Een prachtige zin, kinderlijke onschuld en ontwikkeling van een kind in 1 zin samengevat.
Prachtige, heerlijke, column om te lezen.

DriekOplopers · 3 april 2006 op 10:31

Echt super. Leuke moeder, geweldig kindje. En prachtig opgeschreven!

Hulde!

Driek

sally · 3 april 2006 op 13:18

[quote]Mijn zoon zette plechtig zijn mobiele telefoon aan zijn oor. En knikte.[/quote]
😛
Het hele verhaaltje is weer heerlijk om te lezen Anne.
Groet
Sally

Ps. Alleen het genot van die hypermarkt kan ik niet met je delen. Ik rijd er het liefst met een hele grote bocht omheen.

Anne · 3 april 2006 op 14:00

He Sally, ken jij de Mercator dan? Zo niet, ik beloof je dat ik ooit een column zal schrijven waarin ik een waardig monument opricht voor deze heerlijke winkel. Dat je het snapt. Geloof me, het is met niks te vergelijken met de westerse hyper/supermarkten. Was dat wel het geval, echt, dan bleef ook ik er weg.
Groetjes van Anne.

Ma3anne · 3 april 2006 op 15:46

Geweldig, hoe jij met je kleine zoon omgaat. Erg leuk beschreven ook.
Hier en daar raak ik wel de weg kwijt tussen de beeldspraken, moet ik zeggen.
Je schildert beelden en gebruikt af en toe net een kloddertje verf te veel, als het ware.
😉

Trukie · 3 april 2006 op 17:21

[quote]Daar zijn wij het liefst als we tijd hebben weg te niksen. [/quote]

Hoe kom je er op.
En dan nog wel met een

[quote]bezoeksmoes[/quote]

Spreken de kinderen Nederlands of zijn ze tweetalig?

Mosje · 3 april 2006 op 19:22

Anne, ik heb zojuist je zoon gebeld met de duim voor mijn oor, en de pink voor mijn mond.
Wat een brabbelkont is het zeg, net zijn moeder.
😉

Anne · 3 april 2006 op 19:29

Trukie,
Kinderen zijn tweetalig, en inderdaad, zoals je misschien al aanvoelde, het gesprekje ging niet helemaal in het Nederlands! Strekking was echter wel helemaal hetzelfde.

Mosje, jij dacht misschien dat je mijn zoon aan de lijn had, maarrr…dat was ik!
Groetjes van Anne.

Dees · 3 april 2006 op 19:38

Heerlijk om te lezen en héérlijke uitsmijter. Ik zie het hem doen, in twee talen 😀

Raindog · 3 april 2006 op 20:38

Wederom erg mooi.
Nu maar hopen dat die gewoonte niet went.

Li · 3 april 2006 op 21:38

[quote]“En het molebieletje heeft ook een slijper!” jodelde hij.[/quote]

[quote]Zijn gezicht versipte.[/quote]

Van dit soort zinnen smul ik!

Li

KawaSutra · 3 april 2006 op 22:23

Geweldig, zo beeldend beschreven dat ik er als het ware bij zat. Of dat ik jou was met mijn zoontje aan de andere kant van de lijn.
Jouw woordkeuze vind ik subliem, ik ben nu al weer benieuwd naar de volgende!

Nana · 4 april 2006 op 14:03

Mooie en leuke mama ben jij zeg! Soms wat te bloemrijk geschreven, maar het zijn wel steeds mooie bloemen

Mup · 4 april 2006 op 15:00

Heerlijk gesprek Anne, te veel mooie zinnen om allemaal te quoten, genoten!

Groet Mup.

Chantal · 4 april 2006 op 19:36

Wat een mooie, lieve column! 🙂

Geef een reactie

Avatar plaatshouder